Inloggen
voeg je autobiografie toe

Autobiografieen

“Sneu”.

22.

Meester heeft door dat ik bij hem in huis woon. Nadat ik jarenlang het gevoel heb gehad onbelangrijk te zijn en onzichtbaar te moeten zijn, is dat een nogal verwarrende ontdekking.
Vooral als er andere mannen in de buurt zijn, laat Meester duidelijk merken dat hij mij kent. Maar het voelt niet goed. Ik vind zijn aandacht niet prettig. Ik walg van de dingen die Meester zegt en doet en wat hij soms thuis met zijn tong bij mij doet. Ik laat merken dat ik het niet wil, dat het pijn doet en dat ik het smerig vind, maar Meester reageert lacherig en negeert het.

Constant ben ik op mijn hoede voor hem. Ik vind hem vies en daar schaam ik me voor, want ik wil mijn vader niet vies vinden. Ik wil van mijn vader houden, of in ieder geval iets wat op houden van lijkt, maar mijn gevoelens voor hem komen daar zelfs niet een klein beetje bij in de buurt. Het enige wat ik wil is hem op afstand houden.

Soms probeer ik bij mijn moeder wat steun en begrip te krijgen. Maar als ik haar vertel wat mijn vader doet, wil ze niet luisteren. Ze reageert geërgerd: “Nee, zo is papa niet!
En ze zegt dat ik mijn vader enorm heb gekwetst. “Nou is papa sneu”. Het woord boos wordt niet gebruikt bij ons. Meester is nooit boos, alleen sneu of teleurgesteld. Mijn aanvankelijke boosheid vloeit onmiddellijk over in schuldgevoel. En schaamte. Heeft mijn vader eindelijk wat aandacht voor me, verpest ik het weer, omdat ik het dus duidelijk niet begrijp en blijkbaar ook niet begrijp wat knuffelen is. Ik snap niet wat onschuldige spelletjes zijn. Ik kan dus niet vertrouwen op mijn gevoel. Heel verwarrend en vervreemdend allemaal.

Als ik boos op hem ben, zegt Meester: “ Als jij denkt je zo te kunnen gedragen , wil ik jouw vader niet meer zijn ” .
Hij zegt dit langzaam en duidelijk articulerend en laat een kleine stilte vallen tussen ieder woord. Van ellende wil ik wel door de grond zakken.
Later zeg ik niets meer en laat ik niets meer merken.

Mijn moeder zegt dat ik niet boos mag zijn, maar juist heel erg trots moet zijn op mijn vader. Dat heeft te maken met zijn handicap. Bij een ongeluk met vuurwerk op vijftienjarige leeftijd is hij zijn linker onderarm kwijtgeraakt.
Aan de ene kant is de handicap van mijn vader een enorm taboe. An elephant in the room, iedereen ziet ´m, maar niemand heeft het erover. Aan de andere kant wordt het door mijn moeder gebruikt om alles te bagatelliseren. Wat mij ook overkomt, wat er ook gebeurt, niet over zeuren. Niets is immers zo erg als het ongeluk en de handicap van mijn vader. En hij zeurt toch ook nooit?

Door zijn handicap moeten wij - mijn zusje en ik - mijn vader met praktische zaken helpen. Zoals zijn veters strikken, mouw van z'n overhemd oprollen enz. ´s Morgens bij het ontbijt zet hij zonder woorden en met een groot gebaar zijn voet met schoen op tafel, naast mijn bord, zodat ik zijn veters kan strikken.
Ik vind dat zo normaal, dat het jaren duurt voordat ik erachter kom dat niet alle kinderen de veters van hun vader strikken op tafel naast hun boterhammetje met hagelslag.

Schrijver: Lone Wills, 16 juni 2015


Geplaatst in de categorie: emoties

4.0 met 7 stemmen 275



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Joanan Rutgers
Datum:
16 juni 2015
Een subtiele openbaring van je vernederingen door je botte, egocentrische gezinshoofdman. Dat hij geen linkeronderarm meer heeft, kan hem zo onbewust boos en wrekend gemaakt hebben. Hij heeft zijn traumatische frustraties zonder pardon op jou afgereageerd. En zijn satanische despotisme had gestrikt moeten worden. Bind zijn veters in gedachten alsnog stevig aan elkaar!
Het dubbel erge is dat je moeder die bullebak ook nog in bescherming neemt!...

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)