Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

De tweede Copernicaanse revolutie: buitenaardse beschavingen en ons wereldbeeld - deel 1

INLEIDING
Op 27 november 2001 maakte de NASA bekend dat men voor het eerst in de geschiedenis een atmosfeer had waargenomen rondom een planeet die tot een ander zonnestelsel behoort. Het ging om een planeet die zich op een afstand van 150 lichtjaren bevindt en ruim 200 maal zo zwaar is als de aarde. Deze ontdekking werd gedaan met de Hubble Ruimte Telescoop en is zonder meer uniek. Tot op dat moment was men ongeveer 80 planeten op het spoor gekomen die cirkelen rondom andere sterren, maar nog nooit had men daarbij een atmosfeer waargenomen.
De rechtstreekse waarneming van een planeetatmosfeer in een ander zonnestelsel brengt de ontdekking van buitenaardse civilisaties een stapje dichterbij. Als men nl. nu al in staat is om de dampkring van ver verwijderde planeten waar te nemen, zal het over enkele decennia ook mogelijk zijn om met verbeterde waarneemtechnieken grootschalige structuren – wegen of gebouwencomplexen - te zien, die duiden op het bestaan van een buitenaardse beschaving. Een tweede stap in die richting is de lancering van de Europese COROT-satelliet, die vanaf december 2006 gedurende 2,5 jaar gericht onderzoek moet doen naar planeten rondom andere sterren, waarbij met name zal worden gelet op rotsachtige, aardse planeten
Technisch is de mens nu al in staat om radiosignalen op te vangen van andere civilisaties. Een wereldomspannend netwerk van radiotelescopen speurt de sterrenhemel stelselmatig af op zoek naar die ene intelligente bliep temidden van de kosmische achtergrondruis. Maar over de consequenties die een dergelijke ontdekking zal hebben voor ons wereldbeeld heeft nog vrijwel niemand nagedacht. Zullen we daardoor anders gaan denken over onszelf? En vooral: is de mensheid rijp voor deze tweede “Copernicaanse revolutie”?

VOORBIJ DE BEWOONDE WERELD
Sinds het ontstaan van de mens als soort heeft hij nagedacht over zijn eigen plaats in de wereld waarin hij leeft. Deze voorstellingen over de kosmos en de rol van de mens daarin waren sterk religieus getint: de wereld was nog bezield, het luchtruim werd door goden en duivels bevolkt en achter elk natuurverschijnsel vermoedde men de hand van een goddelijke macht. Zo was de zon voor de Oude Egyptenaren de god Amon-Ra, die de scepter zwaaide over hemel en aarde. De maan werd door hen eveneens als een godheid voorgesteld. Sommige sterren beschouwden zij zelfs als de woonplaats van verheerlijkte zielen die na hun lichamelijke dood naar het hemelgewelf waren opgestegen. Deze voorbeelden kunnen met talloze andere worden aangevuld. Eén ding is echter duidelijk: de kosmos was voor de oude volkeren een voorwerp van verering en de belangrijkste bron van hun godsdienst. Nog belangrijker is de constatering dat de mens zich in de oude culturen direct verbonden voelde met de kosmos. Men beschouwde zichzelf als een deel daarvan. Er was ook niet zo’n scherp onderscheid tussen de menselijke samenleving en de natuurlijke wereldorde: over beide domeinen heersten goden, demonen en hun gevolg.
Over de regionen die zich buiten die bekende en vertrouwde wereld bevonden, maakte men zich eveneens voorstellingen. Om nog eens de Oud-Egyptische cultuur aan te halen: volgens hun opvattingen moest de god Osiris elke nacht slag leveren tegen de wereldslang Apophis die over de oerwateren heerste. Het onbekende was dus nauw verbonden met duivelse machten die de veilige zekerheden van de bekende wereld bedreigden. Deze gedachte komt men bij zeer veel volkeren tegen: voorbij de bewoonde wereld begint het rijk van de chaos, vanwaaruit duistere krachten af en toe een poging ondernemen om die bestaande orde in het honderd te laten lopen.

Afgezien daarvan waren die “buitenste gebieden” ook vaak het voorwerp van allerlei fantasieën over een betere wereld, vrij van alle aardse zorgen en beslommeringen. Wie kent niet het “Eiland der Gelukzaligen”, dat voorbij de grens van de bekende wereld werd gesitueerd? De mythen over Thule, Hyperborea en de “Elyseese velden” vinden hier eveneens hun oorsprong. In deze gebieden zouden reuzen wonen of zielen van overledenen die omgang hadden met de goden. Daarnaast deden allerlei mythen de ronde over verdwenen beschavingen die door hun hoogmoedige houding of door geknoei met natuurkrachten in een ver verleden ten onder waren gegaan. Atlantis is daarvan het bekendste voorbeeld. Een andere overlevering verhaalt over een planeet die zich tussen Mars en Jupiter moet hebben bevonden, maar door gevaarlijke experimenten van haar bewoners is geëxplodeerd. De brokstukken daarvan cirkelen nog altijd als asteroïden - reusachtige rotsblokken met een doorsnee van enkele tientallen of honderden kilometers – om de zon, op de plaats waar zich vroeger de moederplaneet moet hebben bevonden.
We zien in verhalen van dit type een combinatie van het demonische en het verhevene, dat in andere mythen nog afzonderlijk voorkomt, hetzij als fantasieën over een gebied vol gruwelijke monsters, hetzij als vage herinneringen aan een soort paradijs.

- wordt vervolgd -

Schrijver: Hendrik Klaassens, 27 december 2006


Geplaatst in de categorie: heelal

3.0 met 3 stemmen 478



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Jan Stas
Datum:
26 mei 2007
Email:
jean.g.stasskynet.be
Volgens wijlen helderziende E.Cayce zal het opduiken van bewijzen van Atlantis spijtig genoeg ook het einde van deze beschaving inluiden ! Nog heel even geduld dus ...
N.B.ook de code waarmee de voorspellingen van Nostradamus kunnen ontcijferd worden, zal binnenkort boven water komen, hopelijk rest dan nog voldoende tijd om de mensheid nog afdoende wakker te schudden.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)