Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Een glimp van het voortbestaan: ervaringen uit het grensgebied tussen leven en dood. Deel 1

Eén van de meest intrigerende boeken die de afgelopen decennia zijn verschenen is “De Tunnel en het Licht” van de Amerikaanse arts Raymond A. Moody. Jarenlang deed hij onderzoek naar het verschijnsel van de “bijna-dood-ervaring”. Deze term, die door hemzelf is geïntroduceerd, slaat op de ervaringen die mensen vaak hebben tijdens momenten waarop ze klinisch dood zijn of zich in een levensbedreigende situatie bevinden. De verslagen hiervan stemmen op een heleboel punten overeen. Zo wordt door velen melding gemaakt van de doorgang door een lange, donkere tunnel met aan het einde daarvan een verblindend licht en van een kritische terugblik op het voorbije leven onder begeleiding van een soort “gids”.

Het opvallende van het werk van dr. Moody is, dat hij zich – in tegenstelling tot veel auteurs uit de esoterische en parapsychologische hoek – op een strikt wetenschappelijke manier met dit onderwerp bezig houdt. Eerlijk gezegd vind ik dat laatste ook wel ‘es een verademing. Hij bevindt zich daarmee in hetzelfde gezelschap als de cardiologen Pim van Lommel en Michael B. Sabom. Bovendien zijn zijn bevindingen bevestigd door soortgelijke onderzoeken die in de V.S. en elders zijn uitgevoerd.

Hoewel hij schrijft dat het onmogelijk is om, op grond van het materiaal dat nu voorhanden is, tot een sluitende bewijsvoering te komen voor een voortbestaan na de dood, spreekt hij als zijn persoonlijke overtuiging uit dat de door hem ondervraagde personen wel degelijk in aanraking zijn geweest met een andere dimensie van de werkelijkheid. Daarbij steunt hij o.a. op het ervaringsgegeven, dat mensen die in een dergelijke situatie hebben verkeerd een heel andere kijk hebben gekregen op hun eigen leven en de waarden die daarin een rol spelen. Bovendien zijn zij vrijwel zonder uitzondering veel spiritueler gaan leven dan daarvòòr het geval was. De redenen die deze mensen daarvoor opgeven hebben niet zozeer te maken met het feit dat zij bijna dood zijn geweest, maar veel meer met de inzichten die zij tijdens hun ervaring hebben opgedaan.

Mijns inziens betekent zijn werk daarom een uitdaging voor theologen en alle anderen, die om welke reden dan ook geïnteresseerd zijn in het probleem van de dood. Alle reden dus voor een korte bespreking van dit onderwerp. Daarbij zal “De Tunnel en het Licht”, dat inmiddels een standaardwerk over bijna-dood-ervaringen is geworden, als uitgangspunt worden gebruikt om verschillende facetten van dit verschijnsel nader te belichten.

WAT IS EEN "BIJNA-DOOD-ERVARING"?
Aan de hand van honderden gesprekken met mensen die zich in een levensbedreigende situatie hebben bevonden (bv. een hartstilstand, een coma of het ontbreken van waarneembare hersenactiviteit) en tijdens zulke ogenblikken bijzonder indringende ervaringen hadden, stelde dr. Moody een lijst op van de negen kenmerken die horen bij een “bijna-dood-ervaring”, kortweg aangeduid als een BDE. Deze kenmerken zijn: een gevoel van dood-zijn, vrede en pijnloosheid, uittreding uit het lichaam, een donkere plaats of tunnel ingaan, snel opstijgen naar een plaats hoog boven de aarde, overleden vrienden en familieleden tegenkomen die baden in het licht, een opperwezen ontmoeten, het eigen leven panoramisch overzien, en tegenzin voelen om naar de wereld der levenden terug te keren.

Zo op het eerste oog doet dit lijstje nogal fantastisch aan. Het lijkt me dan ook goed om er alvast enkele kanttekeningen bij te plaatsen. Bij de verdere bespreking zullen die steeds goed in het oog moeten worden gehouden.

In de allereerste plaats heeft niet iedereen, die in een levensbedreigende situatie terechtkomt, een BDE. Als de term ‘levensbedreigende situatie’ wordt gedefiniëerd als 'het ondergaan van een ziekte, aandoening of ernstige verwonding die in meer dan 10% van de gevallen de dood ten gevolge heeft', wordt in iets meer dan de helft van de gevallen later een BDE gerapporteerd. Het is niet precies bekend waarom sommigen onder zulke omstandigheden géén BDE meemaken. Wél kon worden vastgesteld dat de ervaringen frequenter en gedetailleerder worden naarmate de vitale functies van de betrokkene langer uitgeschakeld zijn geweest.

Ten tweede moet worden aangetekend dat in de overgrote meerderheid van de gevallen maar een beperkt aantal van de in totaal negen BDE-kenmerken worden waargenomen. Sommige mensen hebben alleen een tunnelervaring en een ontmoeting met overleden vrienden en verwanten. Anderen hebben alleen maar een uittredingservaring en verder niets. Diverse combinaties komen voor. De BDE wordt dan ook gedefiniëerd als de aanwezigheid van één of meer van de genoemde kenmerken.

In de derde plaats is komen vast te staan dat de levensovertuiging of het geloof van de betrokkene niet van invloed is op het karakter van een BDE. Niet-gelovigen maken b.v. even vaak melding van de ontmoeting met een opperwezen als trouwe kerkgangers. Dat geldt ook voor moslims, hindoes etc. Vooral dit laatste element is zeer opvallend. Je kunt tot je veertigste jaar niet in God geloofd hebben, maar Hem toch op een heel intense manier zien en ervaren tijdens een BDE, zó levendig en indrukwekkend dat daarbij vergeleken alle aardse ervaringen volledig verbleken. Het hoeft hier verder geen betoog dat de levensovertuiging van zo iemand daardoor vaak radicaal verandert.

- wordt vervolgd -

Schrijver: Hendrik Klaassens, 12 februari 2009


Geplaatst in de categorie: wetenschap

4.0 met 5 stemmen 262



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)