Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Jan Pieterszoon Sweelinck, "Der Organistenmacher"

Met de dood van Jan Pieterszoon Sweelinck in 1621 wordt een belangrijke periode in de Nederlandse toonkunst afgesloten. Het is een periode geweest die twee eeuwen lang met haar muzikale produkten de toenmalige muziekwereld verbaasd en geinspireerd heeft.
Het is het tijdperk dat wel aangeduid wordt met de naam "Periode der Nederlanders". De eerlijkheid gebiedt te vermelden dat Nederland toen groter was dan nu, maar Jan Pieterszoon Sweelinck, over wie deze bijdrage gaat, is een echte Noordnederlander. Geboren in Deventer in 1562.

Het was een tijd vol beroeringen, waarin de eenheid van ons volk onder zware druk werd gzet. Verbitterde godsdiensttwisten lieten hun sporen na in het leven van alledag. Ook de grote vrijheidstrijd tegen Spanje die pas in 1648 bij de Vrede van Munster tot een einde kwam, heeft het leven van Sweelinck voor een groot deel overschaduwd.

Toch blijkt uit de berichtgeving uit die dagen welk een verdraagzaam man Jan Pieterszoon Sweelinck geweest moet zijn en hoe hij in die getourmenteerde tijden de wijsheid van de tolerantie tot de zijne gemaakt heeft.

Toen Sweelincks vader benoemd werd tot organist van de Grote Kerk verhuisde de familie naar Amsterdam. Het is de stad waar Jan zich zijn roem als organist en componist en zijn faam als leraar heeft opgebouwd.
Na het overlijden van Pieter Sweelinck neemt Jan de post van zijn vader over en bekleedt deze gedurende 48 ononderbroken jaren. Zijn faam als leraar is een voor die dagen uniek verschijnsel: uit veel landen stromen zijn leerlingen toe. Vooral Noordduitsers willen zich onder zijn leiding stellen zoals Samuel Scheidt uit Halle en Heinrich Scheidemann uit Hamburg. Vandaar ook Sweelincks Duitse bijnaam "Der Organistenmacher". Ook zoon Dirk, die later zijn vaders post aan de Oude Kerk weer zal overnemen behoort tot de lange lijst leerlingen.

Jan Pieterszoons Sweelincks werken voor orgel zijn heel lang in manuscript bewaard gebleven. Zijn vocale werken daarentegen, gecomponeerd tussen 1592 en 1619, hebben wel en zelfs veel publicaties gekend. Zij worden uitgegeven in Amsterdam, Leiden, Hamburg en Berlijn. Een goed bewijs voor Jan Pieterszn Sweelinck als een gevierd en internatonaal bekend moet hebben gestaan. Het vocale werk van Sweelinck is bizonder uitgebreid. Het bevat o.a. 22 chansons, 153 "Psalmen Davids" en 36 "Cantiones Sacrae" op te vatten als Latijnse motetten.

Sweelinck was een musicus met een verfijnde smaak. Hij componeerde zijn vocale muziek in aansluiting met het goede gebruik van zijn tijd op Franse, Duitse, Italiaanse en Latijnse teksten. Zijn contrapuntisch meesterschap wordt in de motetten gecombineerd met een diep religieuze inspiratie, waardoor het hoogstpersoonlijke karakter van deze stukken onstaat. In de wereldlijke stukken vormen fantasie en individuele gevoelens van de componist de grondslag voor de uitdrukkingswijze.

Het instrumentale oeuvre van Sweelinck, dat voornamelijk voor orgel bedoeld is vormt een machtige synthese met de variatiewetken van de Engelse Virginalisten, genoemd naar het instrument dat zij bespeelden, het Virginaal. Maar er is ook beïnvloeding van de klare en briljante stijl van de Italiaanse orgelmeesers. Zowel het werk van de Engelse componisten John Bull en Peter Philips als dat van de Italianen Claudio Merula en Giovanni Gabrieli moet Sweelinck bizonder goed gekend hebben. Het was muziek die hoog in aanzien stond en regelmatig in vakkringen circuleerde.
Door al deze informatie en eigen stijlbewuste werkwijze wordt Jan Pieterzbn Sweelinck de schepper van de orgelfuga, door hen nog Fantasie genoemd. Later zal Johann Sebastiaan Bach deze vorm naar een onovertroffen bekroning voeren.

De grote betekenis van Jan Pieterszn Sweelinck is gelegen in het feit van zijn nieuwe inzichten in het componeren van orgelmuziek. Daarbij behoort onmiddellijk te worden genoemd Sweelincks grote gaven als pedagoog. Daardoor fungeert Sweelinck als een verbindende figuur na ar Bach, degene die elk door Sweelinck beoefend genre tot een absoluut eindpunt brengt.

Het completewerk van Jan Pieterszn Sweelinck wordt uitgegeven tussen de jaren van 1895 tot 1902. De Nederlander Van den Sigtenhorst Meyer heeft door zijn voortdurende onderzoekingen over Sweelinck een geweldige bijdrage geleverd door de publicatie van zijn Sweelinck biografie. Daarin komt door zorgvuldige documentatie zijn liefde voor de muziek van Sweelinck volledig tot uitdrukking. Van den Sigtenhorsts werk bestaat uit twee delen, het vocale en het instrumentale werk. Het is tot vandaag een plezierige bezigheid dit in 1934 gepubliceerde werk te lezen en door te bladeren en een uitstekend beeld van Sweelincks werk en tijd te ondergaan.

Sweelinck komt als men en componist over als een stoere en kernachtige persoonlijkheid, Recht en vrijheid sieren zijn denken en handelen. Deze eigenschappen geven ons een goed beeld van de vroomheid en de rechtzinnigheid van Jan Pieterszn Sweelinck.
Hij is een van onze grote Nederlandse muzikale zonen.

Schrijver: Wim Brandse, 1 mei 2009


Geplaatst in de categorie: muziek

4.3 met 3 stemmen 158



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)