Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Kun je in de 21e eeuw nog wel geloven in God?

Als ik om me heen kijk en op mijn eigen ervaringen af ga, kom ik tot de conclusie dat mensen God vaak pas gaan zoeken als ze eerst heel erge dingen hebben meegemaakt. Ook merk ik dat mensen God vaak zoeken op een wonderlijke manier, bv. door een ritueel gebed af te raffelen. Dan kun je terecht de vraag stellen: “Wélke God zoeken ze?"

Ik geloof dat God méér is dan alleen maar een energievorm, méér dan een eerste oorzaak, de alomvattende liefde of - helemaal lekker vaag - 'al wat is'. Wat zou dat trouwens zijn: 'al wat is?' Dat klinkt raadselachtig en tegelijk veelbelovend. Alles wat er is, dat is ontzettend veel. Maar is God dan het geheel, de optelsom van alle afzonderlijke dingen, of misschien het overkoepelende geheel?

'Al wat is' lijkt me daarom té vaag om voor God in aanmerking te komen. Je kunt er immers alle kanten mee op. Het is net een toverbal die alle kleuren van de regenboog aanneemt als je er maar lang genoeg op sabbelt. Goed. Welke kandidaten zijn er nog meer? God als energievorm dan? Klinkt lekker technisch in dit moderne tijdperk. Het doet me denken aan God als een soort energiecentrale of als een wolk elektromagnetische lading. Maar energie is op zichzelf neutraal. Als ik de stekker in het stopcontact steek, speelt de radio ook op energie. Maar God moet als God toch méér zijn dan een energetische lading? Hij heeft toch ook eigenschappen en vermogens? Hoe zou Hij anders de wereld hebben kunnen scheppen?

Dat laatste brengt me op een ander godsbeeld: God als persoon. In deze tijd is dat beeld van God niet populair. Het is niet modern genoeg, niet hip en niet flitsend. Het doet veel mensen denken aan de kerken en aan de Bijbelse God. En die God van de bijbel... Nee, bah, daar willen ze niets mee te maken hebben, dat hebben we nu zo langzamerhand wel gehad. We leven nu in de 21e eeuw en niet meer in de Middeleeuwen, nietwaar...
Maar klopt die redenering eigenlijk wel? Is dat godsbeeld écht verouderd, of durven we simpelweg geen duidelijke keuzes meer te maken? Schamen we ons voor het godsbeeld van de Vader die ons als Zijn kinderen heeft voortgebracht? Zo ja, waarom dan?

Als het daarop aankomt, zie ik om me heen dat veel mensen meteen als door een speld gestoken overeind veren als iemand het woord 'God' laat vallen. Ik denk dat dat vooral komt door de puinhopen die de kerken ons in de loop der eeuwen hebben nagelaten. In plaats van de gemeenteleden te dienen zoals Christus Zijn leerlingen diende - denk maar aan de voetwassing - zagen de kerkbestuurders, bisschoppen en kardinalen het als hun voornaamste taak om hun eigen machtspositie en wereldlijke belangen veilig te stellen en waar mogelijk uit te breiden, desnoods ten koste van het welzijn van de gemeente. Dat er desondanks ook altijd priesters zijn geweest die écht om hun gemeenteleden gaven en voor hun wereldse en geestelijke belangen opkwamen, is een pluspunt en heeft ervoor gezorgd dat de traditie bewaard bleef, maar ook niet meer dan dat.

De kerken hebben veel schade aangericht en mensen kopschuw gemaakt voor het geloof. Dat gebeurt in feite nog steeds. De recente onthullingen over seksschandalen binnen de R.K. kerk roepen veel walging en weerzin op, en dat is volkomen terecht. De katholieken hebben dat voor een groot deel aan zichzelf te danken. Een instelling als het celibaat zorgt ervoor dat mensen hun seksuele driften op alle mogelijke manieren moeten onderdrukken. Natuurlijk gaat dat vaak fout. De leiding van de R.K. kerk zou er heel verstandig aan doen om te erkennen dat seksualiteit niet per definitie zondig en verdorven is, maar een normale menselijke drift die je in goede banen moet leiden. Het celibaat zouden ze dan ook onmiddellijk moeten afschaffen.

Deze en andere misstanden roepen walging en weerzin op. Begrijpelijk. Maar rechtvaardigt dat de enorme, soms fanatieke afkeer die sommige mensen in zich voelen opkomen zodra het woordje 'geloof' valt of iemand er openlijk voor uitkomt dat hij of zij christen is? Is dat voor de anderen, die dat horen, een gerechtvaardigde reden om alle stekels op te zetten en naar zo iemand uit te halen? Natuurlijk niet! Wie afkeer voelt voor christenen en elke christen goedkoop en gedachteloos vereenzelvigt met kruistochten, inquisitie, onderdrukking en dwang, is in principe sterk bevooroordeeld bezig. Zo iemand zou zijn eigen motieven, frustraties en zondebokken eens moeten onderzoeken i.p.v. altijd maar de blik naar buiten te richten en anderen - God, de christenen of de kerken – overal de schuld van te geven.
Christenen en het christendom veroordelen onder verwijzing naar de fouten van vroegere eeuwen is dan ook goedkoop en gedachteloos. Goedkoop, omdat een dergelijke gedachtegang met simpele etiketten werkt, die men elke christen zonder aanzien des persoons op kan plakken. Gedachteloos, omdat deze manier van denken en redeneren zelden onderbouwd is en gewoonlijk op onderbuikgevoelens is gebaseerd.

De werkelijkheid is, dat het christendom weliswaar veel te lijden heeft gehad van allerlei menselijke fouten en stommiteiten, maar tegelijkertijd ook voor heel veel mensen een bron van inspiratie en zingeving is geweest. Dat geldt in feite nog steeds. Door de eeuwen heen hebben christenen God als een liefdevolle Vader ervaren, die hen kon bereiken in de enige plaats waar een mens écht in de geest kan worden bereikt, nl. in zijn hart.

Ik geloof dat voor een mens, die eenmaal tot dat inzicht gekomen is en zich realiseert wat voor een onvolmaakt wezen hij is, de rest op den duur vanzelf op zijn plaats valt. Maar we zullen wél eerst van onze troon, onze gedroomde goddelijkheid, af moeten komen. Zonder deemoed - noem het voor mijn part gepaste bescheidenheid - is geen echte geestelijke ontwikkeling mogelijk. Helaas kunnen de meeste mensen die gepaste bescheidenheid alleen maar leren door eerst flink met hun kop (d.w.z. hun hoogmoed) tegen de muur te lopen. Dat is een bitter gegeven, maar gezien onze menselijke natuur pakt het vaak wel zo uit. Dat we dan al snel door Gods liefde in genade worden aangenomen, is daarbij gelukkig een hele troost.

Schrijver: Hendrik Klaassens, 8 maart 2010


Geplaatst in de categorie: religie

4.3 met 9 stemmen 315



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Maarten
Datum:
22 december 2011
Ten eerste bevreemdt het mij dat er geen reacties komen op deze tekst. Ik vind hem erg doordacht, maar goed, wellicht spreekt het voor zich en dat is natuurlijk een compliment.

God als persoon? Ja, ik zie wat je bedoelt. Ik denk nog steeds dat de mens een natuurlijke behoefte heeft aan een zorgzame figuur in de vorm van een vader of een moeder. Echter in de werkelijkheid voldoen de normale ouders niet meer als het gaat om mondiale rampen, tegenspoed en leed. Op dat moment is er behoefte aan iets dat groter, machtiger is. Iets dat je lot bepaalt zodat de totale willekeur van de natuur niet zo wreed lijkt.

Men ziet dit ook bij bepaalde mensen die veel tegenslag hebben gehad in hun leven. Uiteindelijk komen ze tot inkeer, geholpen door een bepaalde instantie of individu met een religieuze grondslag en plots is deze persoon wedergeboren. Is dit nu werkelijk omdat Jezus hen heeft gevonden of andersom, of omdat de gehele gedachte, de zorg, je leven uit handen geven en (wederom) afhankelijk worden van externe invloeden hetgeen hen bekeerd? Begrijp me niet verkeerd, in de meeste gevallen zijn ze veel beter af dus ik zie het probleem niet. Wel zie ik het probleem van een nieuwe vorm van afhankelijkheid.

De natuur heeft naast al dat moois iets kils dat ons beangstigt. Het is natuurlijk een geruststellende gedachte dat alles wordt bestuurd door een Almachtige, en dat deze Almachtige, mits je hem eert en uiteraard Zijn bestaan erkent, deze grote angstige krachten beheerst en ook iets moois voor jou in petto heeft.

Ik ben al lang geleden tot besef gekomen dat ik als mens onvolmaakt ben. Tevens ben ik regelmatig tegen een muur aangelopen maar heb hiervan geleerd. Echter staan mijn kwaliteiten en mijn liefde voor mijn gezin ver boven mijn zwaktes. Mijn onvolmaaktheid beweegt mij ertoe mij geestelijk te ontwikkelen en mijn plaats samen met iedereen te beschouwen aan de hand van natuurlijke verklaringen, en ik berust mij daarin met een prettige nostalgie. Ik heb God niet nodig voor troost of genade omdat ik deze vind in de ogen van mijn zoon (over raken in mijn hart gesproken). Ik heb mijzelf al lang geleden geaccepteerd en vergeven voor mijn onvolmaaktheden. En mocht ik wonder boven wonder ooit voor mijn Maker komen te staan dan heeft hij net zoveel aan mij te verantwoorden dan ik aan hem.

Erg interessante tekst die ik graag gelezen heb Hendrik.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)