Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Bij Geduldig Gereedschap van Rutger Kopland

Als scholier las ik 'Een plek om te blijven' als de woorden van een moderne tovenaar, die zodanig goochelde met woorden, dat de lezer er geen touw meer aan vast kon knopen, of je moest van zeer goede huize komen en bij die laatste opmerking wensten wij ons graag te scharen. In brieven aan elkaar citeerden we vaak een van zijn toverformule's, waarvan je zeker was dat je vriend(in) de code kon kraken. Hij was een minimalist, maar omdat we bekend waren met zijn maatschappelijke beroep, dachten we ook uiterst diepzinnige, psychologische kernen te ontdekken. Zijn ware naam Van den Hoofdakker had hij ook al verkort tot Kopland. Geinig, maar nog niet geniaal.

De combinatie van dichter en psychiater maakt hem tot de ideale vaderfiguur, ongeveer zoals zijn vrouwelijke equivalent, Anna Enquist, die een projectiescherm is voor onze behoeften aan moederlijkheid. De vaderlijke poëzie in deze ontroerende bundel is ingedeeld in een drieluik. In het eerste luik beschouwt Rutger het subjectieve leven van diepgewonde, ongrijpbare zielen, als psychiater is hij vaak onmachtig en er rest een respectvol stilzwijgen over hun verdwenen authenticiteit. In feite lijkt hij sprekend op zijn patiënten als het gaat om de ongrijpbaarheid van de persoonlijkheid. Hij lijdt met hen mee, gelijkwaardig.

Het tweede luik onthult zijn fotografisch inzicht met betrekking tot zijn patiënten, hun vluchtigheid, met het geduld (patience) als bindende factor tussen hen, met elkaar. Rutgers speelt met het onkenbare, laat ruimten over die grenzen aan niemandslanden en zwarte gaten, troostend met het onzegbare en hij noemt God zelden direct, maar bijvoorbeeld in het sublieme 'Speeltuin'.

Het derde luik is een verpakte levensles en zegt mij vooral niets af te dwingen, maar kalm te vertrouwen op het leven zelf. Zijn diepzinnig en smaakvol leesvoer is zeker de moeite van het herkauwen waard en vers voer is al helemaal welkom. "Ach, toe papa!" "Geduld, Kind, geduld".

Dat deze grote Hollandse meester-dichter ooit naast mij stond te pissen in een herentoilet, maakte hem in één klap tot een mens van vlees en bloed voor mij, niet dat mijn adoratie voor zijn werk daardoor wegviel, maar de mythe-vorming door de uitgeverijen en de media werd wel doorgeprikt.

Schrijver: Joanan Rutgers, 23 september 2010


Geplaatst in de categorie: taal

5.0 met 1 stemmen 639



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)