Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Bert Schierbeek: De fietsenmaker

De fietsenmaker

in zijn hol, onder schaarse pit,
één deur open, zit, knielt en
hurkt hij voor de zoveelste fiets,
zeg je dag zegt hij dag
een glinstering in zijn ogen
en ziet hij op al die pedalen
totaal verlicht al die benen
en vanaf het zadel al die dijen,
die opwaaiende jurken en wat
daaronder zit en hij vermoeden
moet, dan staat hij op, omvat
het stuur, ziet al die handen
om het handvat en geeft een ruk,
dan mompelt hij: op een dag
een middag dreef de berg Mola de
mist in en werd totaal onzichtbaar.

Lambertus Roelof (Bert) Schierbeek werd geboren in 1918 te Glanerbrug.
Zijn moeder stierf tien dagen na zijn geboorte aan kraamvrouwenkoorts. Hij werd opgevoed door zijn grootouders van moederszijde, die in Beerta woonden. Zijn grootouders Cezar spraken het Groningse dialect, wat hem positief heeft beïnvloed. Naast de taal hield hij van het Groningse platteland, de boerderijsferen en de uitgestrekte kleivlakten.

Toen hij elf was, ging hij bij zijn vader wonen, die inmiddels hoofdmeester in Boekelo was en hertrouwd was. Hij ging eerst twee jaar naar de Mulo om vervolgens naar het gymnasium in Enschede te gaan. Daar werd hij sterk gestimuleerd door zijn leraar Nederlands om schrijver te worden.

Na die schoolopleiding vertrok hij naar Amsterdam waar hij pedagogiek ging studeren.

In de oorlog zat hij bij het actieve verzet. Na de oorlog verscheen zijn boek 'Terreur tegen terreur', dat een verwerking van zijn verzetsverleden was.

In 1946 kwam hij bij de Cobra-beweging en werd hij redacteur van het blad 'Woord'. Hij was één van de eerste Vijftigers en hij was fel gekant tegen het traditionele woordgebruik.
In 1951 verscheen zijn prozawerk 'Het boek Ik', dat het eerste prozaboek van de experimentelen was. Het boek was sterk beïnvloed door James Joyce, Nietzsche en het Zenboeddhisme.
In datzelfde jaar bracht Vinkenoog 'Atonaal' op de markt, waar hij gek genoeg in ontbrak. Hij stond wel in 'Vijf 5-tigers'.
Hij werkte nauw samen met Lucebert en Karel Appel, zij inspireerden elkaar.

Zijn vrouw Margreetje kwam door een auto-ongeluk om het leven.

In 1978 kreeg hij de Herman Gorterprijs en in 1986 de Hendrik de Vriesprijs. In 1991 de Constantijn Huygensprijs.

Zijn schrijfwerk is maatschappijkritisch, levenslustig en humoristisch.

Hij stierf in 1996 te Amsterdam. 'Gelachen hebben we...', wat hij ooit voor zijn vrouw schreef, had nu ook betrekking op hemzelf, dat gedicht verenigde hen opnieuw.

Posthuum verscheen zijn dichtbundel 'Vlucht van de vogel', want schrijven deed hij tot het allerlaatste.

Schrijver: Joanan Rutgers, 7 december 2010


Geplaatst in de categorie: literatuur

3.0 met 3 stemmen 259



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)