Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Menno Wigman: Tot mijn pik

Tot mijn pik

Het wordt wat koud. De dagen zijn van glas,
gewapend glas en Seroxat. Zocht ik
een woord voor alles waar geen woord voor is,
ik geef het op. Je bent een zak, een zak
ben je dat je ook nu weer dicht. En jij,

mijn pik, wat hebben we vandaag verricht?
Ik wil geen weemoed die niks kost, kom op,
je slaapt al dagen in mijn broek, zo moe
van wie je ziedend van je zaad ontdoet.

Geen hoop, geen zin, geen bedvriendin. En naakt
als water sliert wat heupwerk door mijn hoofd.
Oktober. Veertig en geen bed werkt over.
Ooit wist je alles van genot. Iets met
voltage, wijsheid - ach mijn sleutel tot.


Menno Wigman is geboren in 1966 te Beverwijk.
Hij groeide op in Santpoort en hij zat op het gymnasium Felisenum te Velsen-Zuid.
Vanaf 1978 was hij drummer in een punkband. Hij drumde als het ware de poëzie uit zijn onbewuste, met elke slag op zijn drumstel ging hij dieper op zoek in zijn mysterieuze wezen.
- De schrijver Brusselmans is ook zo'n drummer geweest, drummen is sjamanisme, een goede leerschool voor woordenzoekers.-
Zijn leraar Nederlands stimuleerde de dichtkunst bij hem.
In 1984 debuteerde hij in eigen beheer met 'Van zaad tot as'.
In 1985 'Two poems', uitgegeven door twee leraren en daarna nog zes uitgaven.
In 1984 ging hij Nederlands studeren aan de Vrije Universiteit van Amsterdam.
Hij publiceerde een dichtbundel in eigen beheer en hij begon een eenmanstijdschrift, waarin hij voorname pseudoniemen introduceerde. Daarnaast werkte hij in een antiquariaat.
Zijn scriptie ging over de dichter Nico Slothouwer.
In 1997 verscheen zijn eerste echte dichtbundel ''s Zomers stinken alle steden' bij Bert Bakker.
In 1998 verscheen 'Wees altijd dronken' (de wijze raad van Baudelaire) met 50 Franse prozagedichten uit het fin de siècle.
In 2002 verscheen 'Zwart als kaviaar', waarvoor hij de Jan Campertprijs ontving.
Hij ontving de Gedichtendagprijs voor zijn gedicht 'Misverstand'.
In 2004 verscheen 'Dit is mijn dag' (Prometheus).
Sinds dit jaar is hij de samensteller van Meulenhoffs Dagkalender van de Poëzie.
In 2005 zat hij drie maanden in de antroposofische Willem Arntsz Hoeve in Den Dolder. Vrijwillig en als experiment. Hij vertoefde er in een leegstaand paviljoen en hij ging op zoek naar de poëzie van de bewoners. Ook wilde hij er zelf tot nieuwe gedichten komen en hij zocht er naar eventuele sporen van Gerrit Achterberg, maar die zal geen gedicht voor hem verstopt hebben.

Menno voelt zich als romanticus een eeuw te laat geboren, maar dan beseft hij niet dat hij wellicht nog sterk verbonden is met zijn vorige incarnatie uit die tijd, wat zijn heimwee verklaart.
In 2006 verscheen het dagboek, dat hij in Den Dolder schreef.
Hij was redacteur van 'Zoetermeer' en hij werkt nu voor 'Inkt', 'Awater' en 'Kinbote'.
Hij vertaalde o.a.: Rilke, Baudelaire, Thomas Bernard, Else Lasker-Schüler en Gérard de Nerval.
Hij trad op tijdens Lowlands, Winternachten, Crossing Border, Poetry International, de Nacht van de Poëzie en de Dag van de Poëzie.
In 2009 verscheen 'De droefenis van copyrettes', een eigen bloemlezing.

Ingmar Heytze noemde hem de beste dichter van onze generatie, Hafid Bouazza nuanceert dat tot één van de beste dichters en zegt over zijn werk: 'Lyriek uit het volle hart!'.
Inderdaad, als een moedig en tot de tanden toe gewapend frontofficier. Oude barricaden omverwerpend, nieuwe paleizen veroverend, met de vlag van het vrije woord en de vrije liefde over zijn door kogels getroffen schouder.

Schrijver: Joanan Rutgers, 12 maart 2011


Geplaatst in de categorie: reizen

4.5 met 4 stemmen 873



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)