Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Anne Broeksma: IJstijd

IJstijd

Toen ik vroeg in welke tijd je het liefst
en waarom, riep je: 'ijstijd.' 'de grote of de kleine?'
'Doe maar de grote.'

Of je wel wist dat zelfs de mammoetjagers hier niet kwamen,
dat er geen begroeiing was op mossen, gras en poolwilg na
en een bloempje dat uitbundig bloeide, dwars door stenen,
zand en sneeuw: de dryas octopetala.

En dat je toen zei dat je gewoon met rust gelaten wilde worden. Dagenlang niemand tegenkomen, niemand die iets van je wil. Ik wenste je veel kou toe, deed mijn jas aan en mijn wanten. Later kwam ik je nog één keer tegen. Je lag dood naast een wak, er groeiden bloemen uit je ogen.


Anne Broeksma is geboren in 1987.
Ze studeert Nederlandse literatuur aan de universiteit van Utrecht.

Haar poëzie is soms frivool en soms bizar, maar heel begrijpelijk, ze speelt geen verstoppertje.
Ze trad op bij de Kargadoorslam, ze won daar de publieksprijs, ze won in Utrecht de U-slam.
Ze had in 2009 nog geen computer, misschien inmiddels wel. Ze haalt haar inspiratie uit de actualiteit, net als Nico Dijkshoorn in De Wereld Draait Door.
Ze werkt voor het Poëzie Circus en ze is de gangmaakster van 'Slok op Utrecht', dat wordt gehouden in het mediacafé Willem Slok. Dichters krijgen een onderwerp voorgeschoteld om over te dichten, bijvoorbeeld over de luchtkwaliteit in Utrecht of over de rattenproblemen in de Zeven Steegjes.
Het zijn vlotte voorstellingen met pittige gesprekken, muziek en nieuws. Het is zeker niet oubollig of ouderwets traag.

In café De Bastaard vindt maandelijks een poetry-slam plaats.
In Club Moira is om de twee maanden iPoetry-live, met muziek, voordrachtkunstenaars en een poëziequizz.

Anne schrijft gedichten sinds haar vijftiende onder haar pseudoniem Kamerplant. Ze was aanwezig bij Onbederf'lijk Vers en Dichters in de Prinsentuin. 'Voor wie ik liefheb, wil ik heet zijn', is haar leuke variatie op de bekende zin van Neeltje Maria Min.
Haar stem klinkt helder, doordringend en scherp. Ze stond in de top-100-bundel van de Turing nationale gedichtenwedstrijd en in Meander Magazine. Ze wil nog graag een roman over een tuincentrum schrijven. Een bloemenmysterie? Ik ben benieuwd.
Ze vindt zichzelf niet een echte poetryslammer, omdat het wedstrijdgedoe haar tegenstaat en ze schrijft bovendien te korte gedichten voor die vorm van voordracht.
Ze noemt de dichter Alexis de Roode als haar muze, met hem bespreekt ze de poëzie van anderen.
Ze wil de vanzelfsprekendheid van de dingen doorbreken en juist bewonderen en niet wegzinken in de zinloosheid.
Haar schrijfstijl kan zomaar ineens veranderen. Soms gebruikt ze natuurkundige en historische wetenswaardigheden in haar poëzie.
Ze waardeert o.a. Andrea Voigt, Esther Naomi Perquin en Eva Cox.
Ze studeert in 2011 af op een onderzoek naar het functioneren van dichtbundels in het huidige literaire systeem.

Jelmer van Lenteren maakte een prachtig gedicht over haar. Een citaat: 'Eentje om met de volste aandacht naar te blijven kijken. En dat
mogen. En haar pogen te bereiken. Voor mocht ze dat deken van bladeren nog eens willen delen. En dat dan onbeperkt begrijpen.'

Anne zelf:

'Wat zullen wij meer zijn dan dit wit gespannen vel, dat werkt en lacht, maar niemand komt verzachten, wij zijn de meisjes van twintig, drieëntwintig, zie het leven uit ons groeien, het is niet om aan te raken, driften die we als het kan verbergen achter sporten, koken, shirtjes passen met de club, wij lopen alleen 's nachts op straat met sigaret en drinken tot we lachen van het kotsen'

Schrijver: Joanan Rutgers, 6 juni 2011


Geplaatst in de categorie: literatuur

3.6 met 8 stemmen 189



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)