Johanna Geels: Onder een doorkijkhemel
Onder een doorkijkhemel
liggen wij in grote grazige bedden
waar ik met een beschaafd dotje spuug
je navel vul tot een meer
lief diep meer ik zak door de bodem heen
en zoek met mijn mond naar roze duikboten
en hun kapitein
die mij naar binnen trekt met zijn zalige inhalige tong
en spreekt van kleine geile loedertjes
die het diepe in springen
dat ben ik dat ben ik roep ik blij
ja liefje dat ben jij kom hier
nu het buiten zulk mooi weer is, de deur op een
kier kan en het binnen nog niet waait
lik ik je lippen droog als dat zou kunnen
likte ik je lippen droog
Johanna Geels is geboren in 1968 te Apeldoorn.
Ze draagt geregeld voor, alleen of met haar vriend de gitarist Mark Beumers, die heel subtiel meespeelt. Ze heeft zelf ook een muziekachtergrond en ze begon pas in 2004 met de dichtkunst.
Ze is eens door de Franse douane aangehouden, omdat ze een hondenschedel bij zich had, de trein stopte, de machinist ging rustig een pakje sigaretten halen in een dorp om dat vervolgens met haar op te roken in de stuurcabine, gewoon verder reizend.
Als puber las ze 'Heer vrouw boer' van Nabokov, dat een eyeopener voor haar was. Later werd ze geïnspireerd door Maarten Biesheuvel, de Russische literatuur en de naturalisten.
Poëtische inspiratie was er o.a. van: Rutger Kopland, Ingrid Jonker, Sylvia Plath, Lars Gustafsson en Annie MG Schmidt.
Ze komt uit het Slam-cicuit voort en ze schrijft geworteld, extreem, ruig, maar teder.
Haar thema's zijn o.a. drankzucht, fatalisme, eenzaamheid en wanhoop, de vader, liefde, erotiek, god, humor en de natuur.
Ze is dol op het dichtwerk van Delphine Lecompte, die ze ooit ontmoette tijdens een Nacht van de Poëzie.
Haar beeldtaal is tastbaar en ze laat zichzelf gelukkig volop zien.
Ze publiceerde o.a. in: De Revisor, Boek!magazine, Ons Erfdeel, Het Liegend Konijn, Plebs, De nieuwe Veluwe, Dighter, Krakatau, Poëziepuntgl en Op Ruwe Planken. Verder verscheen werk van haar in enkele bloemlezingen, waaronder in: De Volksverheffing 2007, De beste gedichten van 2008, De Poëziekalender 2011, Meesterwerk, Honderd zoenen, De pen in het zand, Samen is het mooist, Het park Vertelt, Dichters in de Prinsentuin en online in Contrabas.
In 2008 verscheen haar dichtbundeldebuut 'Tuig' bij uitgeverij Atlas en deze bundel werd genomineerd voor de C. Buddinghprijs 2009.
Johanna schrijft ook proza/verhalen.
In oktober 2009 kreeg ze een verblijfsbeurs van het Fonds voor de Letteren, waardoor ze een maand in het LCB Berlijn heeft gewerkt. Ze werkte daar aan de serie 'Berlin ist allein, ich auch'. Deze serie is terug te vinden in haar tweede dichtbundel 'Detox' (2010, Atlas). Fragmenten uit haar werk zijn vertaald in het Duits en in het Engels. Bij 'Detox' zit een CD, waarop Johanna haar poëzie voordraagt, begeleid door de vloeiende gitaarmuziek van Mark Beumers.
In 2012 verschijnt haar roman 'Lieve vrouwen' bij Atlas. Een aanvulling op 'Lieve jongens'?
Ze woont in Apeldoorn met haar twee kinderen.
Haar stem klinkt helder met een uitgesproken 'r', bikkelhard om vervolgens heel teder uit te halen, heel zelfbewust.
'ik zoek je hand maar je staat aan de andere kant van de stolp met je neus tegen het glas gedrukt, ik trek mijn armen in, fluister gedempt over houden van'
Geplaatst in de categorie: literatuur
Johanna Geels
150
Geef je reactie op deze inzending: