Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

OVER EEN HOLISTISCHE NATUUR

"Holisme" is afgeleid van het Griekse woord "holos", dat "heel" betekent. Door heel de geschiedenis heen is de mensheid gefascineerd geweest door het lokkend perspectief van het heil, de staat van heiligheid, de heilstaat. De godsdienst voorzag in die behoefte door aan de gelovigen na dit leven een hemel en/of een paradijselijke nieuwe aarde in het vooruitzicht te stellen. Aan niet-gelovigen beloofden seculiere ideologieën een door de mens zélf te creëren heilstaat in het hier en nu. Het resultaat van de daarop gerichte inspanningen vertoonde doorgaans helaas meer trekken van de hel dan van het heil.

Het begrip “holisme” is op verschillende manieren gedefinieerd. Een van de definities luidt: “holisme is een wetenschaps-theoretisch standpunt in de biologie, volgens hetwelk de delen moeten worden verklaard of begrepen uit het geheel”. Een andere begripsomschrijving is: “holisme is een leer ter verklaring van het leven, waarbij de nadruk wordt gelegd op de totaliteit, de onderlinge samenhang en de samenwerking van de delen en van de processen”. In dit artikel zullen we uitgaan van de nog wat kortere definitie: “holisme is de neiging in de natuur tot vorming van gehelen die meer zijn dan de som van hun delen”.

Dat een geheel altijd een samenstel is van delen, geldt zowel voor dingen die door mensen vervaardigd zijn als voor objecten in de natuur. Elk deel kan verder onderverdeeld worden. Als we daar maar lang genoeg mee doorgaan, komen we via het molecuul en het atoom terecht bij de atoomkern en zelfs die blijkt uit nog kleinere deeltjes te zijn opgebouwd. We kunnen een object dus op twee manieren beschouwen, namelijk als een geheel van delen én als deel van een geheel. De schrijver Arthur Koestler bedacht voor deze twee-eenheid de naam "holon".

Een atoom (bijvoorbeeld) is dus te beschouwen als een holon. Het is immers een geheel van delen (kern en elektronen), maar ook deel van een geheel (molecuul). Het molecuul staat als holon één trapje hoger in de hiërarchie en kan deel zijn van een nog ingewikkelder holon, bijvoorbeeld een organel, bouwsteen van een levende cel. Levende cellen kunnen samenwerken in een orgaan en organen vormen in samenhang een compleet organisme. Ons eigen lichaam is zo beschouwd een holon van een haast onvoorstelbare ingewikkeldheid. Maar als we een persoon als holon beschouwen, moet deze dus behalve een zelfstandig geheel ook weer een onderdeel zijn. Een onderdeel van wat? Dat komt in een vervolgartikel aan de orde.

Eerst nog even terug naar ons uitgangspunt, namelijk dat holons zowel de eigenschappen vertonen van onafhankelijke gehelen als van afhankelijke delen. Als zodanig hebben ze zowél de neiging de eigen zelfstandigheid te handhaven áls de neiging het geheel in stand te houden. Beide impulsen zijn noodzakelijk.

Om misverstanden te vermijden: de term "neiging tot", betekent natuurlijk ziet dat we holons een wil tot samenwerking toeschrijven. Richard Dawkins zegt in zijn boek "De blinde horlogemaker":
"Op grond van eigenschappen die we zouden kunnen beschouwen als hun "vorm", hebben atomen en kleine moleculen de natuurlijke neiging om zich op een vaste en ordelijke wijze samen te voegen. Het is haast alsof ze op een bepaalde manier "willen" passen, maar deze illusie is slechts het onbedoelde gevolg van hun eigenschappen."

Een holon moét gericht zijn op handhaving van het eigen deelbestaan, omdat versmelting met andere holons zou betekenen dat het hogere geheel zijn structuur en articulatie zou verliezen en tot een vormloze massa zou verworden. Maar tegelijkertijd moét een holon als onderdeel ondergeschikt en dienstbaar blijven aan de instandhouding van het hogere geheel waarvan het een component is. Dat vereist samenwerking met en aanpassing aan de andere componenten op hetzelfde niveau en komt dus in mindering op de eigen autonomie. Zonder die samenwerking zou het hogere geheel zijn samenhang verliezen en uiteenvallen.

Een holon kan dus alleen voortbestaan als zijn subholons gecoördineerd samenwerken. Is dat doorgaans het geval? Als de definitie die we van holisme hebben gegeven, juist is, is het antwoord op deze vraag bevestigend! De natuur zou er volgens deze definitie immers toe neigen gehelen te vormen die meer zijn dan de som van hun delen en dat is alleen het geval als de delen samenwerken. Maar wérkt de natuur wel zoals het holisme ons wil doen geloven?
Als we zien hoe de aarde zich in miljoenen jaren ontwikkeld heeft tot een groene planeet, overdekt met ongelofelijk rijk geschakeerde levensvormen, dan moeten we ook deze vraag wel met "ja" beantwoorden. Er wordt wel gezegd dat in de ontwikkeling van een individueel organisme zich de evolutie van de soort ervan in versneld tempo herhaalt. Als dat juist is, zien we de evolutie van de mens prachtig geïllustreerd in de ontwikkelingsfasen van een bevruchte menselijke eicel tot een compleet mensenkind. De integratieve neiging is tijdens dat proces dominant.

Dat holons genéigd zijn tot functionele samenwerking, betekent nog niet het ook altijd goed gaat. Een typisch voorbeeld van zelfhandhaving van het deel ten koste van het geheel, is een kankercel. Zo'n cel gedraagt zich onafhankelijk van de genetische code en blijft zich ongeremd vermenigvuldigen. Ze bewerkt daarmee de ondergang van de hogere eenheid (het organisme), maar (gezien de onderlinge afhankelijkheid) ook van zichzelf.

Schrijver: H.P. Winkelman, 18 oktober 2011


Geplaatst in de categorie: filosofie

3.0 met 3 stemmen 164



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Iris
Datum:
30 april 2012
Email:
iris.aguirretigo.com.py
Met heel veel interesse dit ongelooflijk boeiend artikel gelezen. Heel boeiend, jawel, ik ben ervan verzekerd dat dichter Dr Jan Gillis, (Dep. Genotoxiclogy) uit Geel, (België) mij gelijk zou geven.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)