Lut de Block: Een kus op de Kouter

Een kus op de Kouter

Zoals een blad valt,
zo viel jouw naam.
Jij lieflijk Jiddisch meisje,
verrast door een kus, verast
door een kus op de Kouter.

Gas verzandt in je mond. Je liep hem nog na,
je tong proefde gulzig het slib van zijn lippen.
Jij Judith, hij Judas. Je as dwarrelt neer,

je witte bloed zindert en zoekt zich een vrijplaats,
een plein in de stad waar de liefde je loutert,
een liefde die geen blad voor de mond neemt,
een mond die zich aanbiedt, een kus op de Kouter.

Lut de Block is geboren in 1952 te Hamme.
Toen ze tien was, vond ze haar gestorven vader op de keukenvloer, wat een trauma veroorzaakte, maar ook een bron om over te schrijven.

'Maar eens zou je verschijnen, mij eindelijk bevrijden, want ik heb je niet begraven vader, ik sleep de jaren op mijn rug'.

In 1984 verscheen haar dichtbundeldebuut 'Vader', waarvoor ze de Yang Poëzieprijs ontving. Ze schrijft modern-realistische poëzie.
In 1988 verscheen 'Landziek' en in 1993 haar korte roman 'Huizen van gras'.
In 1995 droeg ze voor bij Poetry International.
In 1997 kwam ze met de vitalistische dichtbundel 'Entre deux mers', waarvoor ze de Poëzieprijs van de Provincie Oost-Vlaanderen kreeg. Het betreft een eerlijke bundel, waarin ze zichzelf als dochter, minnares en moeder beschrijft.

Lut woonde en werkte vijf jaar in Parijs als freelance-journaliste, o.a. voor Knack, en als copywriter.
Nadat ze nog een tijd in Luxemburg gewoond had, studeerde ze filosofie aan de Universiteit van Gent. Ze schreef een proefschrift over de godin Inana uit de Sumerische literatuur.
In 2002 verscheen 'De luwte van het late middaguur'.
Haar poëzie is vertaald in het Engels, Frans en Afrikaans.
In 2004 stond ze met een gedicht in de dichtbundel 'Kutgedichten'.
In 2005 verscheen haar bloemlezing 'Nooit te vangen met haar eigen pen', met tweehonderd gedichten uit zestig jaar poëzie.
In 2006 verscheen 'Het onverborgene' bij De Arbeiderspers, dat de Publieksprijs voor de beste dichtbundel van 2006 kreeg.
Ze publiceerde in: Kreatief, De Brakke Hond, Septentrion, Ons Erfdeel, The Low Countries en Het Liegend Konijn. In 2007 werd zij plattelandsdichter voor de provincie Oost-Vlaanderen.

Ze schreef de volgende gedichten: Geheugenkaart, Mei, Solstitium, Weldendreef, Kluisbos in januari, Een bijzondere dag, Winterjaarmarkt in Sint-Lievens-Houtem en Wat het Lieveken zich herinnert.
In 2010-2011 kreeg ze een verlenging van haar plattelandsdichterschap.
In 2010 verscheen 'Het holst van de lente', de bundeling van haar gedichten als plattelandsdichteres, inclusief een CD.
Haar gedicht 'Een kus op de Kouter' staat op de hoek van de Kouter, een plein in Gent, waar in de tweede wereldoorlog mensen werden gedeporteerd. Het is een gedicht over de schending van de mensenrechten en hoe dicht liefde bij verraad kan staan. Het gedicht is onderdeel van een Gentse poëzieroute.
Haar stem klinkt zachtaardig, helder, bijna kranig, eerder breekbaar en overgoten met typische, Belgische melancholie.

'Met jou slapen in een luciferdoosje moet wel heel gevaarlijk zijn, jij die mij in vuur en vlam zet, ik die al brand van verlangen'

Lut de Block Een kus Een kus op de Kouter

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

5.0 met 1 stemmen 571