Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Dubbelspionne, maar schuldig?

(voor Margaretha Geertruida Zelle (1876 - 1917))

Je bent geboren op 7 augustus 1876 in Leeuwarden. Je was de oudste van vier kinderen. Je vader Adam Zelle (1840 - 1910) had een hoedenwinkel en welvarende beleggingen in de olie-industrie. Je had drie broers en je moeder was Antje van der Meulen (1842 - 1891). Je zat tot je dertiende op dure privé-scholen, want toen ging je vader failliet en je ouders gingen scheiden. Op je vijftiende overleed je moeder en twee jaar later hertrouwde je vader in Amsterdam met Susanna Catharina Ten Hoove (1844 - 1913). Jij ging wonen bij je peetvader Visser in Sneek. Je studeerde in Leiden voor kleuterschoollerares, maar de schooldirecteur wilde met je naar bed, waardoor je peetvader je weer heeft meegenomen naar Sneek. Na een paar maanden vluchtte je naar een oom in Den Haag. Op je achttiende reageerde je op een advertentie van kapitein Rudolf MacLeod (1856 - 1928), die een vrouw zocht. Hij was dik twintig jaar ouder en op 11 juli 1895 trouwde je met hem. Omdat hij gelegerd was in Nederlands-Indië verhuisde jij naar Malang op Java. Zijn vader was ook een kapitein en zijn moeder was barones Dina Louisa Sweerts de Landas. Je vertoefde in de hogere kringen. Jullie kregen twee kinderen: Norman-John (1897 - 1899) en Louise Jeanne (1898 - 1919). Het huwelijk was verder een ramp. Rudolf was een zware alcoholist, die zijn gestagneerde promotiekansen op jou afreageerde en hij had openlijk een bijvrouw, wat daar destijds gebruikelijk was. Je woonde een tijd bij officier Van Rheedes en je bestudeerde de Indonesische tradities. Je zat bij een dansgroep en je artistieke naam werd 'Mata Hari', wat 'Oog van de dag' betekent. Rudolf wist je terug te halen, al bleef hij agressief. Hij en jij kregen syfilis en door een besmetting van dit of dat werden de kinderen heel ziek en Norman overleefde het niet. Sommigen dachten dat een boze dienaar hen had vergiftigd. Terug in Nederland ben je in 1902 weggegaan bij Rudolf en in 1907 gescheiden. Je kreeg de voogdij over Jeanne, maar Rudolf ondersteunde je financieel, mits Jeanne bij hem kwam wonen. Dat gebeurde dus gedwongen. Een chantage, die je psyche voorgoed verwarde. Bovenop je kindertrauma's en de enorme zielswond van het verlies van Norman. Jeanne heeft jou maar twee jaar overleefd, omdat ze toch door de blootstelling aan syfilis is bezweken. In 1903 zat je in Parijs, waar je werkte als een ruiter op een circuspaard en je was naaktmodel voor een schilder. In 1905 begon je beroemd te worden als exotische danseres en Gabriel Astruc (1864 - 1938) was je boekingsagent. In augustus 1905 stond je in de Parijse Olympia en hij bleef tien jaar je optredens regelen. Hij was bevriend met Erik Satie en Marcel Proust. Door je erotische, soepele, weinig verhullende verleidingsdansen was je meteen geliefd in het Guimet Museum, boordevol Aziatische kunstschatten. Je was lange tijd de minnares van Émile Guimet Étienne (1836 - 1918), industrieel en oprichter van het Guimet Museum. Hij was veertig jaar ouder. Je droeg vaak enkel een beha van juwelen en versierselen op je hoofd en armen. De beha bleef meestal aan, omdat je kleine borsten had. Je vertoefde in de hogere kringen, net als in Nederlands-Indië, terwijl critici je een exhibitionistische amateur-danseres noemden. Je had sexaffaires met officieren, politici en andere belangrijke, internationale figuren. In de eerste wereldoorlog kon je als Nederlandse vrouw reizen wat je maar wilde. Door je vele, hoogstaande connecties was je verdacht. Door je omtrekkende reisgewoonte werd je in 1916 gearresteerd door een geheim agent van New Scotland Yard. Je zei dat je voor de Franse inlichtingendienst werkte en dat was ook zo. Je werd vrijgelaten en je verbleef in het Savoy Hotel in Londen. De geheim agent tipte wel de Franse inlichtingendienst, dat ze jou zeer verdacht vonden. Je speelde graag gevaarlijke spelletjes, maar dit wespennest was menens. Misschien was je depressief en zelfs suïcidaal, want je wist dat je met je leven speelde. Je danste een danse macabre op uiterst theatrale wijze. De Duitsers hadden je in Den Haag geronseld en in Keulen heeft majoor Roepell je je instructies gegeven. Je codenaam H21 was verzonnen door kapitein Hoffmann en je ontving meerdere keren een grote som geld uit Duitsland. Zat je dan in geldnood of wilde je je levensstandaard niet opgeven? Ben je als gevierde artieste er ingeluisd? Op 13 februari 1917 heeft de Franse inlichtingendienst je gearresteerd in het Hotel Elysee Palace. Ze wisten dat je voor de Duitsers had gewerkt, al is er nooit een overtuigend bewijs geleverd voor je spionage-verdachtmakingen. Hoeveel rampspoed je werkelijk als spionne hebt teweeggebracht is niet te bepalen. Wieweet wel niets ergs, want men zocht in die tijd veel naar zondebokken om hun eigen falen te maskeren. Op 15 oktober 1917 ben je vanuit de vrouwengevangenis van Saint Luzare naar een militair oefenterrein vlakbij het kasteel van Vincennes gebracht. Je weigerde een blinddoek en je vertrok geen spier. Op eenenveertig-jarige leeftijd ben je door een groep Franse militairen vermoord. Je brief aan de Nederlandse consul, waarin je van je onschuld getuigde, noch het gratieverzoek vanuit Nederland mochten niet baten. Je zakte ineen en met jou de beste bewijsstukken. Alleen dat al logenstraft je doodstraf. Je hebt je inderdaad niet op behoorlijke wijze mogen verdedigen. Door jou te doden, doodde men eveneens de waarheid omtrent jouw mysterieën, maar het eeuwige gelijk is niet aan de kant van brute moordenaars, die als rancuneuze zelfrechters denken in hun recht te staan. Je ligt begraven op het kerkhof van Vincennes.

Schrijver: Joanan Rutgers, 28 november 2012


Geplaatst in de categorie: idool

2.6 met 5 stemmen 51



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)