Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Vermoord door een atheïst

(voor Marie-Caroline-Philomène Deluil-Martiny (1841 - 1884))

Je bent geboren op 28 mei 1841 in Marseille. Je vader Paul was een diepgelovige advocaat en je moeder Anaïs van Selliers was familie van de eerbiedwaardige Ana Magdalena Remuzat, die zich tijdens de pest van 1720 had gewijd aan het Hart van Jezus. Via haar was de devotie tot het Heilig Hart een specialiteit binnen de familie geworden. Je broer was Julius en je had drie zussen: Amélia, Clemence en Margaret. Op je achtste ging je naar de kostschool in het klooster van de Visitatie in Marseille. Op je twaalfde deed je je eerste communie en je moeder leerde je de devotie tot het Heilig Hart. Ze leerde je ook Latijns. Op je veertiende had je speels een eigen orde gesticht, de oblaten van Maria, inclusief regels, een noviciaat en een missie. Mensen die het ontdekten, hebben het verboden. 'Wacht maar af!', dacht je gekwetst. De laatste twee studiejaren deed je in het klooster Sainte Maria de la Coeur Ferrandière in Lyon, waar je zus Amélie ook verbleef. Op je zeventiende voelde je een zeer sterke, religieuze roeping. Niet echt een wonder gezien je leefomgevingen tot dan toe. In mei 1858 ging je voor twee dagen naar Ars, waar je pastoor Jean-Baptiste-Marie Vianney (1786 - 1859) in de biechtstoel om raad hebt gevraagd. Hij antwoordde je om af te wachten. De brave man is in 1925 door paus Pius de Zesde heiligverklaard. In 1864 werd je lid van een nog prille erewacht van Jezus' Heilig Hart, waarbij je elke dag een uur mediteerde voor het Heilig Hart. Je schreef: 'Vorm, geheel de onverdeelde aarde, Jezus' erewacht, Hem omringend en bezingend liefde voor het Heilig Hart.'. Op je vierentwintigste werd je bevrijd van je angsten aangaande je roeping. Je las de werken van Franciscus van Sales (1567 - 1622) en eind 1866 luisterde je naar een preek over het Heilig Hart door pater-jezuïet Calage, die daarna je geestelijk leidsman werd. In maart 1867 overleed je jongste zus op vijftien-jarige leeftijd. In september 1867 zei Jezus tegen jou: 'Ik word niet gekend, Ik word niet bemind, Ik ben een schat die niet wordt gewaardeerd, Ik wil zielen vormen die Mij begrijpen, Ik verlang ernaar alle geweigerde genaden uit te delen. Weet je wat het wil zeggen te aanbidden? Ik ben de enige die werkelijk aanbidt!'. Je schreef een akte van overgave aan het Heilig Hart, wat je op een altaar legde. Je noemde jezelf de dochter van Jezus' Hart. In je te stichten orde moest alles voor het Heilig Hart van Jezus zijn, er moet eerherstel van Jezus' wonden komen, vooral van die wonden, die Hem het diepst hebben gekwetst. Dit kan worden gedaan via het Hart van Maria. Je schreef verder: 'Men moet echter niet alleen Jezus offeren, maar steeds zichzelf met Hem, om aan te vullen wat er aan Zijn lijden ontbreekt, Hij offert Zichzelf, maar Hij wil dat het gebeurt door ons.'. In januari 1872 overleed je broer Julius en een maand later je laatste zus, terwijl je moeder al ziek was en je vader dementeerde. Je hart werd verscheurd door een immens verdriet en je voelde je door God verlaten. Op 19 juni 1873, op je twee-en-dertigste, werd je non in Berchem, samen met vijf andere vrouwen. Pater Calage bemoedigde je in die loodzware tijden en hij overtuigde je ervan dat je als lijdende slachtofferziel veel genaden voor anderen kon verdienen. Hij zei: 'Veel heb je geleden, maar nog meer zul je lijden!'. Niet echt een patertje om eens mee door te zakken. Toch waren jullie een perfect stelletje, want jij schreef: 'Men offert zich niet op om te genieten, maar om te lijden!'. Hier overlapte zelfopoffering masochisme en is een scheidslijn onzichtbaar geworden. Je orde wil eerherstel voor heiligschennissen van bijvoorbeeld de eucharistie en van de goddeloze daden van hen die de Kerk vervolgen, Jezus' Hart onophoudelijk bedanken en bidden voor Christus' Rijk op aarde. Heel cru en onchristelijk is wel het feit dat je oproept tot 'de uitroeiiing van de geheime genootschappen'. Jezus zat lange tijd bij de Essenen en Hij heeft geheime, priesterlijke initiaties in Egypte ondergaan, waarbij Hij eerder tot de gnostici, dan tot de roomse Kerk kan worden gerekend. Hij is ook veel meer een Kathaar en een Tempelier. Alle roomse vervolgingen zijn uiterst verkeerd gebleken en onbewust tegen de Christusgeest. Wat men niet kon gebruiken, heeft men uit winstbejag, machtsbehoud en ijdelheid verbannen en inderdaad zelfs uitgeroeid. Het Vaticaan stroomt over van heilig martelarenbloed, door hun toedoen, wat natuurlijk niet de bedoeling is. Op 20 juni 1873 werd het eerste klooster van de Dochters van Jezus' Hart in Berchem geopend. Daarna volgde een kloosterhuis in Aix-en-Provence. In 1879 kwam er een derde klooster volgens de regels van Sint-Ignatius, genaamd 'La Servianne', nabij Marseille. Daar ben je op 27 februari 1884 in de ontluikende kloostertuin op je twee-en-veertigste doodgeschoten door een ontslagen, anarchistische tuinman en geloofshater. Hij nam wraak, omdat hij door jou zijn baan was kwijtgeraakt. Wat een psychopatische zot om jou daarvoor te vermoorden, ook al kon hij niet zo gauw elders aan de slag. Je was ook nog zo genereus om hem te vergeven, omdat hij zoveel tuinwerk had verricht. De ware reden van zijn ontslag blijft wel boeiend. Had hij een medezuster aangerand of zoiets? Of had hij in jouw bijzijn gevloekt? Kon je hem niet meer betalen of bespaarde het geld om zijn werk over te nemen? Keek hij soms wel eens verlekkerd naar jou? Veel is mogelijk. Je overblijfselen liggen in een glazen schrijn in de Basiliek van het Heilig Hart in Antwerpen-Berchem.

Schrijver: Joanan Rutgers, 28 november 2012


Geplaatst in de categorie: idool

2.6 met 5 stemmen 52



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)