Om je zuivere ziel doodgemarteld
(voor Sint Lucia van Syracuse (283 - 304))
Je bent geboren in 283 te Syracuse op het eiland Sicilië. Je naam stamt af van het Latijnse woord 'lux', wat 'licht' betekent. Jacobus de Voragine (1230 - 1298) was de schrijver van de Gulden Legende, waarin hij ook jouw biografie schreef. Hij was eveneens de aartsbisschop van Genua en een Dominicaan. Hij vertaalde je naam als 'de weg naar het licht'. Je wordt gezien als bijzonder moedig en standvastig. Je Romeinse vader overleed toen je jong was. Je bleef alleen met je moeder en zonder een voogd. Je moeder Eutychia had vier jaar last van dysenterie. Jij vernam dat de beroemde Sint Agatha mensen kon genezen en in het evangelie las je dat een vrouw, die aan dysenterie leed, de jas van Jezus Christus aanraakte en daardoor genas. Je ging samen met je moeder naar het graf van Sint Agatha in Catania om tot haar te bidden voor de genezing van je moeder. Je bleef de hele nacht bidden, tot je van uitputting in slaap viel. Je kreeg een visioen, waarin Sint Agatha aan jou verscheen en ze zei: 'Spoedig zul je de heerlijkheid van Syracusa zijn, zoals ik die van Catania ben!'. En op dat moment was je moeder genezen. Je moeder had een huwelijk voor jou gearrangeerd en nog wel met een heidense man. Jij vond dat de bruidsschat beter als aalmoezen voor de behoeftigen kon worden gebruikt en je wilde graag je maagdelijkheid behouden. Je vond dat je het verplicht was aan de ware Verlosser om het geld en de juwelen aan de armen te schenken. Via via kwam je heidense verloofde erachter dat je de bruidsschat had uitgedeeld en dat je een veel betere Bruidegom had gevonden. De woedende, gekrenkte, afgewezen verloofde liet jou naar de magistraat/rechter Paschasius sturen, vooral met het verwijt dat jij een christin was. Je leefde immers in de tijd van de vervolging van christenen door keizer Gaius Diocletianus (244 - 311), die later als gepensioneerde in een paleis met moestuinen leefde, in het huidige Split, waar hij waarschijnlijk zelf zijn leven beëindigde. Jij moest een offer schenken aan deze keizer, maar dit weigerde je en je zei: 'Ik bied Hem mijzelf aan, laat Hem doen met Zijn offerande zoals het Hem behaagt!'. Pascharius strafte je door je naar een bordeel te willen sturen, maar door een mysterieuze godskracht wisten de soldaten je niet mee te trekken en zelfs een ossenspan mocht niet baten. Je was door niets in beweging te brengen. Je was namelijk boordevol vervuld van de Heilige Geest en daardoor was je onwrikbaar. Je zei: 'Mijn ziel is niet in gevaar te brengen en wat je ook doet om mijn lichaam te verontreinigen, ik blijf altijd onschuldig in de ogen van de ware God, die iedere ziel ten diepste kent. Als je mij tegen mijn wil laat verontreinigen, dan zal de Heilige Geest dubbel zo sterk in mij aanwezig zijn en mijn wil is onbuigzaam!'. Op de brandstapel bleef je ongeschonden. Één van de soldaten kreeg de opdracht om jou de mond te snoeren en deze stak een zwaard door jouw hals en keel. Op wonderlijke wijze bleef je jouw moordenaars tegenspreken en overtuigd vermanen. Alsof het al niet erg genoeg was, werden ook jouw ogen eruit gestoken met een vork. Op schilderijen draag je vaak je ogen op een gouden plateau. Toch gaf God je het zicht terug. Dante Alighieri vertelt dat je door een ongewenste, opdringerige aanbidder werd bemint om je schitterende ogen en dat je om maagd te blijven zelf je ogen hebt uitgestoken, waardoor God je nog mooiere ogen heeft geschonken. Je bent uiteraard bezweken aan je wrede martelingen en je werd slechts eenentwintig jaar. Je wordt als martelares vereerd binnen de roomse, Anglicaanse, Lutherse en orthodoxe kerken. Op 13 december wordt jouw heiligheid gevierd en met name in de Scandinavische landen, waar de gelovige meisjes zich verkleden als jou, met witte jurken en veel kaarslicht, ook op de hoofden. Het is daar vermengd met het Germaanse heidendom. Je bent de patrones van blinden, arbeiders, glasbewerkers, kleermakers, wevers, zadelmakers, venters, deurwachters, zeevarenden, schippers, boeren en schrijvers. Je helpt tegen besmettelijke ziekten, keelpijn, oogkwalen, (geestelijke) blindheid, brand, vrouwenziekten en armoede. Je relieken zijn verspreid over grote delen van Europa, maar ze zijn grotendeels in de San Geremia kerk in Venetië. In 1981 werden je relieken daar gestolen, maar ze zijn zonder losgeld teruggekomen. Tegenwoordig bestaat de Orde van Sint Lucy, met het hoofdkantoor in Dallas. Deze orde is liberaal en oecumenisch en deze orde schuwt niet de esoterische en theosofische ideeën, noch de ideeën van de Westerse Mysterie Scholen.
Je bent overigens één van de zeven, vrouwelijke hoofdheiligen.
Geplaatst in de categorie: idool
Sint Lucia van Syrac
80
Geef je reactie op deze inzending: