Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Schuldcomplex en ware devotie

(voor Sint Franciscus van Assisi (1182 - 1226))

Je bent geboren in 1182 in Assisi. Je heette Giovanni di Pietro di Bernardone. Je vader was Pietro di Bernardone en hij was een rijke lakenkoopman. Je vader noemde jou Francesco, omdat hij goede zaken deed met Frankrijk. Je moeder heette Pica. Je kwam als opgroeiende jongen niets tekort en als jongeman feestte je erop los. Als feestbeest smeet je met het geld, je dronk veel wijn en je had vele vriendinnen met wie je de liefde bedreef. Je had het nobele streven om ridder te worden. Je was zeer sensitief en je zong zelfgemaakte gedichten. Je droeg dure kleren en je gedroeg je naast je bacchanalen opvallend fijngevoelig. Op je twintigste vocht je als ridder tegen de stad Perugia en je werd gevangen genomen. Je zat een jaar gevangen, waarbij je leefde op water en brood, het begin van je sobere levensstijl. Na een zware depressie ging het roer om. Je vader kocht je na een jaar celstraf vrij. Je was nog lange tijd ziek en je ontfermde je, na een melaatse te hebben gekust, over het zware lot van de melaatsen, die meestal verstoten werden. Je verzorgde hen en je schonk hen je liefde. Zat van je spilzieke, overdadige, roes verwekkende leven van voorheen, bekeerde je je tot een leven van zelfverkozen armoede, gebed en dienstbaarheid voor de armen.
Op je drieëntwintigste kreeg je een visioen van Christus in het kerkje van San Damiano en Hij zei: 'Broeder, herstel Mijn kerk!'. Je werd een kluizenaar, die leefde van bessen en appels, kruiden en paddenstoelen. Je hielp de melaatsen en je herstelde kerken in en rondom Assisi. Je bedelde om voedsel, wat je deelde met de andere armen. Je wilde het liefste de allerarmste op aarde zijn en je was getrouwd met Vrouwe Armoede. Je vader schaamde zich, omdat je in lompen gekleed jezelf voor gek zette, vond hij, maar zijn pogingen om je weer tot de wereldse geneugten over te halen, kregen geen voet aan wal. Hij heeft je verstoten, omdat hij je ook echt gek vond. Maar zijn gebrek aan vaderliefde was al veel ouder. Zijn ingebakken liefdeloosheid bepaalde jouw levenskeuze. Je kreeg nieuwe kleren van je vader, maar daar liep je amper in, want je gooide alles demonstratief naar je vader en piemelnaakt zei je, dat God je enige, echte Vader is. Een aanwezige bisschop bedekte gauw je jongeheer. Op je zesentwintigste werden Bernardus van Quintavalle en Petrus Catani (1180 - 1221), een rechtsgeleerde, je eerste medebroeders. Drie jaar later volgde ook o.a. Elias van Cortona (1180 - 1253), een jurist.
Op je achtentwintigste kreeg je de zegen van paus Innocentius de Derde (1160 - 1216) om te leven volgens het evangelie. Deze Innocentius was niet zo onschuldig, want hij streed beestachtig tegen de vredelievende, vegetarische hippies van jouw tijd, de Katharen. In 1212 kreeg je orde ook een vrouwelijke richting, de Clarissen, die gesticht werd door Clara Sciffi di Offreduccio di Bernadino (1193 - 1253), de dochter van een rijke edelman, die door jou is beïnvloed om voor de uiterste armoede te kiezen. Ze stapte uit haar dure kledij en ze knipte haar lange haren af. Daarna gaf je haar een ruwharen, bruin habijt met een wit koord. Twee weken later volgde haar zus Agnes ook. Je verbleef vaak in het kerkje van Portiuncula, een geschenk van een benedictijnse abt. Het was het hoofdkwartier van de orde. Je deed aan boetedoening en zelfkastijding, omdat je je schuldig voelde over je vroegere levenswandel. Zo gooide je jezelf geregeld naakt in de brandnetels. Je voedselonthouding was doorgeschoten naar een ziekelijke zelfhaat. Je graatmagere lichaam bibberde van de kou tijdens je urenlange gebedsextasen. Als getraumatiseerde stimuleerde je uittredingen. Je ging mee met een kruistocht, maar je kwam de islamieten zonder wapens tegemoet, nederig en geweldloos. Voor jou was ieder ander mens evenveel waard, vooral als die ander door velen veracht werd, zoals jij door je vader, van wie je niet jezelf mocht zijn. De sultan van Damiate lag aan je voeten. Je noemde alle schepselen je broeders en zusters, ook alle dieren, bomen en planten. Als een pionier van de New Age beweging. Jullie werden de Minderbroeders genoemd en jullie orde groeide in Italië, Frankrijk en Spanje. Je preekte zelfs voor de dieren en je praatte met de dieren, net als dokter Doolittle. Je werd gekweld door zware oog-, maag-, milt- en leverziekten, wat extreme pijnen veroorzaakte. In het Midden-Oosten had je een oogkwaal en malaria gekregen. Met groot ontzag bezocht je het Heilige Land. Reumatisch en bijna geheel blind schreef je je beroemde 'Zonnelied' in de laatste jaren van je zwaargemaakte leven. In 1224 ontving je als eerste heilige de heilige stigmata, aangebracht door een serafijn. Dat was na veertig dagen vasten op de berg La Verna. Je werd verzorgd door zuster Clara in San Damiano. Je overleed op 3 oktober 1226 door een extreem verwaarloosd lichaam (broeder ezel), waarvoor je spijt betuigde, want je had ernstige roofbouw gepleegd met suïcidale ondertonen. Bij je geliefde kapel van Portiuncula werd je naakt op de beminde aarde gelegd en zo overleed je. Je werd vierenveertig jaar. Je bent begraven in de kerk van San Giorgio en later in de basiliek San Francesco in Assisi. Op 16 juli 1228 ben je door paus Gregorius de Negende heilig verklaard.

Schrijver: Joanan Rutgers, 10 december 2012


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 167



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)