Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Uit angst om in gekte te vegeteren

(voor Ryunosuke Akutagawa (1892 - 1927))

Je bent geboren op 1 maart 1892 in de wijk Kyõbashi van Tokyo.
Je vader was de zuivelfabriek koopman Toshizo Niihara en je moeder was Fuku Akutagawa. Je was hun derde kind en je had twee oudere zussen. Ryunosuke betekent 'Zoon van de Draak'.
Je moeder kreeg vlak na jouw geboorte een psychose en ze leed aan schizofrenie. Je werd geadopteerd en opgevoed door je oom van moederszijde, Dõshõ Akutagawa, vandaar jouw achternaam.
Op je tiende overleed je moeder.
Je adoptie-tante klierde je door te zeggen, dat je dezelfde geestesziekte als je moeder had, waardoor ze je na het overlijden van je moeder nog eens extra traumatiseerde.
Je groeide op zonder vrienden, waardoor je fantasie-vrienden creëerde. Soms stripboekfiguren. Vanaf je jeugd had je volop belangstelling voor de Chinese literatuur en je las vol gretigheid de literaire werken van de legerarts/schrijver/dichter Mori Ogai en van de schrijver Natsume Soseki, bekend van zijn satirische roman 'Ik ben een Kat', verfilmd door Kon Ichikawa.

Op je achttiende ging je naar een Hoge School, waar je bevriend was met de schrijver/uitgever Hiroshi Kikuchi, de schrijver/dichter Masao Kume, de roman- en toneelschrijver Yamamoto Yuzo en de schrijver Tsuchiya Bunmei.

Op je eenentwintigste studeerde je Engelse literatuur aan de Tokyo Imperial University en je begon serieus met schrijven. Met Kikuchi en Kume vormde je een literaire groep, die het tijdschrift 'Shinshichõ' publiceerde.
Als student werd je hyperverliefd op je jeugdvriendin Yayoi Yoshida, maar je mocht van je adoptie-ouders niet met haar trouwen.
Je vertaalde het werk van William Butler Yeats, Anatole France, Heinrich Ibsen en John Keats.
Op je drieentwintigste debuteerde je met je korte verhaal 'Rashomon' in het tijdschrift 'Teikoku Bungaku'. Natsume Soseki vond het briljant en je bezocht iedere donderdag een literaire bijeenkomst bij hem thuis. Hij was je literaire vader.
In totaal schreef je 150 korte verhalen en ben je de grootste meester op dat gebied.

Als Haigo Gaki publiceerde je haiku's.

Op je vierentwintigste overleed je grote voorbeeld Natsume Soseki aan een maagzweer. Weer een trauma erbij.
Je studeerde af op een proefschrift over de studies van de artistieke duizendpoot William Morris. Daarna was je korte tijd leraar Engels aan de Naval Engineering School in Yokosuka. Je stopte ermee en je werd beroepsschrijver.

Op je zesentwintigste trouwde je met de lieftallige Fumi Tsukamoto, na twee jaar verlovingstijd. Fumi en jij kregen drie kinderen: Hiroshi, die acteur was, Takashi, die op zijn drie-en-twintigste als rekruut in Birma is vermoord, en Yasushi, die componist was.
Je verbleef vier maanden als verslaggever voor de krant Mainichi Shimbun in China en Korea. Je had er last van stress en diverse ziekten, waar je blijvend onder leed.
Je was een tegenstander van het alom heersende naturalisme, je schreef bedachtzaam en je vormde fraaie composities. Als intellectueel wist je satirisch en humoristisch uit de hoek te komen. Je schreef vanuit een soort brutale wreedheid.
Je schreef over het feodale Japan met samoerais en roversbenden.
Je stijl is neorealistisch en modern.

Je schreef een verhaal over de dood van de dichter Matsuo Basho, over de dood van de martelaar, over de moord in het Meiji tijdperk en over de Christus van Nanjing.
Met Kikuchi bestudeerde je in Nagasaki het Japanse katholicisme. Je was een gelovig christen.
Je schreef een bloemlezing over de moderne, Japanse literatuur.
Je was verslaafd aan de drugs, wat je waanzin versterkte en je wil om te sterven vergrootte. Tijdens de werking van de drugs voelde je verlichting van je depressieve inborst, maar na de uitwerking kwam je psychische ellende des te sterker weer opzetten, in vergrotende trap.

Op je vierendertigste werd je ernstig geestesziek en leed je aan zenuwinzinkingen, slapeloosheid, visuele hallucinaties en talloze angsten. Je kon nog amper schrijven, maar je schreef nog wel heftige, autobiografische, sinistere verhalen, waarin je ook over zelfdoding filosofeerde. De toon werd steeds somberder.
Je laatste boek 'Gears' verscheen en je was bang dat je inderdaad dezelfde geestesziekte als die van je moeder had. Als een muggenzifter analyseerde je alle symptomen, die daarop zouden kunnen wijzen. Je ging er onwrikbaar in geloven en hoogstwaarschijnlijk was het waar en worstelde je niet met spookbeelden.
Het huis van je zus ging in vlammen op en haar man was de verdachte, die zichzelf voor een trein gooide, wat bij jou insloeg als een bom.
Samen met een vriendin van Fumi probeerden jullie zelfdoding te plegen, maar dit mislukte. Je had met haar geslapen en zij was net zo levensmoe als jij. Je was diepbeschaamd, dat het mislukt was en je durfde Fumi niet meer onder ogen te komen.

Op 24 juli 1927 wist je met een overdosis Veronal je leven te beëindigen. Je voelde een 'vage onveiligheid over de toekomst'.
Je werd vijfendertig jaar. Postuum ontving je de Akutagawa Prize, die je trouwe vriend Kan Kikuchi namens jou in ontvangst nam.

Schrijver: Joanan Rutgers, 23 april 2013


Geplaatst in de categorie: idool

4.0 met 3 stemmen 1.684



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)