Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Negatieve stemmen hebben je de dood in getreiterd

(voor Ángel Garcia Ganivet (1865 - 1898))

Je bent geboren op 13 december 1865 in Granada.
Je vader was Francisco Ganivet, een molenaar met twee molens en een bakkerij, die in zijn vrije tijd aan amateur-kunst deed.
Je moeder was Angeles Garcia de Lara y Siles.

Op je negende pleegde je vader zelfdoding, wat je kindertijd in één klap verwoestte. Je had nog vier zussen en je had een goede relatie met je moeder.
Op je tiende kreeg je een ernstige beenbreuk en de dokter stelde amputatie voor, maar dat weigerde jij, met gevaar voor je leven. Na jaren van revalidatie overwon je je kreupelheid. Je hebt de rest van je leven met haar gecorrespondeerd.
Vanaf je veertiende tot je negentiende studeerde je aan het Instituut van Granada. Daarna studeerde je Kunsten en Rechten aan de Universiteit van Granada. Op je vierentwintigste behaalde je het doctoraat aan de Universiteit van Madrid.
Je ging in een bibliotheek werken en je leerde de Griekse taal, omdat je graag als diplomaat naar Griekenland wilde. Je sprak al vloeiend vijf talen, waarbij ook het Sanskriet.

Op je zesentwintigste werd je Spaanse diplomaat in Antwerpen. Daar leerde je nog meer talen spreken en je begon piano te spelen en serieus te schrijven. Je integreerde traag binnen de literaire kringen. Je raakte bevriend met Miguel de Unamuno, een filosoof en schrijver/dichter, getrouwd met Lizavraga, met wie hij samen negen kinderen kreeg.

Op je zesentwintigste kreeg je ook een relatie met de Cubaanse schoonheid Amelia Roldán Llanos. Jullie kregen zeker twee kinderen: Natalia, geboren op 11 december 1893, die kort na haar geboorte overleed, en Angel Tristan, geboren op 22 november 1894. Na je overlijden zouden jullie nog een dochter, genaamd Maria Luisa, hebben gekregen, maar dat valt te betwijfelen, daar je de laatste jaren geen intieme relatie met Amelia had. Het kan wel het kind van een andere man geweest zijn. Al in Antwerpen verliep de relatie met Amelia zeer stroef en je kon niet echt aarden tussen de jolige, pintheffende Belgen, met hun melige taaltje en vette frieten. Al dat vrolijke gedoe sloot niet bij jouw sombere gevoelens aan.

Op je dertigste werd je diplomaat in Helsinki en daar vond je meer aansluiting. In ruim twee jaar te Finland schreef je het grootste gedeelte van je oeuvre.

In 1889 debuteerde je met 'Hedendaags filosofisch Spanje'. Je schreef twee romans over de fictieve, laatste veroveraar Pio Cid en 'Granada la bella'. In 1898 verscheen 'Idearium español', opgedragen aan je vader, volgens Larousse Encyclopedia 'Een meesterwerk van filosofische diepgang'. Het is een essay over het Spaanse temperament en over de historische basis van de politieke situatie in Spanje. Je noemt Spanjaarden stoïcijns en dat Spanje zijn energie heeft verspild aan territoriale verheerlijking. Spanje lijdt aan wilsverlamming en apathie. Jij roept op tot revitalisering. Je hekelt de katholieke, feodale maatschappij en de burgerlijke democratie. De levensopdracht van Spanje is mislukt door materialisme en egoïsme. Daarentegen was je vol lof over Finland, dat geobsedeerd is door de vooruitgang, met veel telefonie en meer inzicht in de wijde wereld. Finse vrouwen zijn hoger opgeleid en intellectueler. Je bundelde 22 essays over Finland in 'Cartas Finlandesas'.

Je werd krankzinnig verliefd op je Finse buurvrouw Marie Mascha Djakoffsky, die hooglerares in de talen was, en ze bracht je in contact met de Noorse schrijvers Jonas Lie, Bjornstjerne Bjornson en Hendrik Ibsen. Je was in de zevende hemel, omdat deze intelligente professor met jou de liefde bedreef. Zij inspireerde je tot je Franse poëzie in 'Pensees melancoliques et sauvages'.

Een vastgeroeste melancholicus was je zeker. Amelia werd giftig jaloers op Mascha, omdat zij seksueel tekort kwam, terwijl ze net zo sterk naar erotische roesacties verlangde. Mascha vreesde voor haar leven en ze is in 1894 naar het buitenland gevlucht, want ze moest ontsnappen aan Amelia's tot moord in staat zijnde erotische, psychotische woede. Je voelde je door beide vrouwen verraden en alleen gelaten.
Je zussen verhuisden in 1898 naar Finland, maar je was een ongezellige hypochonder geworden, die leed aan een voortschrijdende syfilis-verlamming. Je speelde al jaren met de gedachte aan een bevrijdende zelfdoding. Al die negatieve stemmen dreunden maar door in je arme hoofd, dat daardoor op ontploffen stond. Zoals 'Doe het dan, lafaard!'.

Je zat zonder je vrouw en jonge kinderen alleen in het consulaat van Riga, Letland, en je had een zielverduisterende geestescrisis. Spanje verloor de laatste kolonies en je was verdrietig over het zware lot van het Spaanse volk. Je voelde je een martelaar voor Spanje. Je was moedeloos en ontroostbaar. Je zakte weg in een gruwelijke depressie en op 29 november 1898 heb je jezelf verdronken in een epileptische schizofrenie aanval. Je was totaal vereenzaamd en je leed smartvol aan het gebrek van een vrouwelijke minnares. Tijdens je eerste poging werd je gered door enkele vissers, maar je sprong meteen weer in de rivier de Daugava en toen kwam je niet meer boven water.

Je werd tweeëndertig jaar. Je bent in 1925 in je geliefde Granada herbegraven.

Schrijver: Joanan Rutgers, 26 april 2013


Geplaatst in de categorie: idool

4.0 met 2 stemmen 144



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)