Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Keurslijfongeschikt en doodgeroddeld

(voor Letitia Elizabeth Landon (1802 - 1838))

Je bent geboren op 14 augustus 1802 in Chelsea, Londen.
Je ouders waren John Landon en Catherine Jane Bishop.
Je was een vroegrijp kind en je leerde als peuter al lezen. Een invalide buurman gooide briefjes op de grond, die jij dan voorlas. Je kreeg veel complimenten.
Op je zevende verhuisde je naar het platteland, waar je vader een boerderij runde. Je kreeg daar les van je nicht Elizabeth en je was al snel beter dan zijzelf in geschiedenis, aardrijkskunde en grammatica. Je las 'Parellel Lives' van Plutarchus.
Het boerenleven verliep moeizaam en op je twaalfde verhuisde je terug naar Londen.

Je vader kreeg contact met de buurman William Jerdan, een Schotse journalist en redacteur van de 'Literary Gazette' van de uitgever Henry Colburn. Jerdan zag jou al hoepelend gedichten lezen en hij stimuleerde jou om zelf gedichten te schrijven.
Op je achttiende publiceerde je jouw eerste gedicht 'Rome' in de Gazette, ondertekend met een 'L'.

Op je negentiende verscheen je debuutdichtbundel 'Het lot van Adelaide', bekostigd door je oma en met je volledige naam. In diezelfde maand verschenen er twee gedichten van jou in de Gazette, ondertekend met 'LEL'. Zowel de gedichten als de ondertekening wekte een enorme nieuwsgierigheid bij de lezers en er werd veel over gediscussieerd. De schrijver/baron Edward Bulwer-Lytton was net als zijn medestudenten gebiologeerd door jouw gedichten en de mysterieuze ondertekening. Ze ontdekten al gauw dat je een vrouw was, wat hun bewondering vergrootte.

Je werd recensent van de Gazette en op je eenentwintigste verscheen je tweede bundel 'De improvisatrice'. Je schreef honderden gedichten over kunstwerken.
In datzelfde jaar overleed je vader en je moest met je schrijfwerk geld verdienen voor jezelf en je familie, wat ten koste ging van de kwaliteit van je werk. Kwade tongen beweerden dat je ongehuwd kinderen had gekregen en dat je ook de minnares van getrouwde mannen was.
Je bleef gedichten publiceren en op je dertigste verscheen je debuutroman 'Romantiek en Realiteit'.

Je verloofde je met de biograaf/criticus John Forster, die tien jaar jonger was en bevriend was met Charles Dickens. De verloving werd verbroken, omdat hij de roddels over jou geloofde, maar na een grondig onderzoek geloofde hij die roddels niet meer, maar hij wilde jou desondanks niet meer.
Je zou trouwens nooit met een wantrouwende man trouwen. Je schreef 'De verdenking is net zo vreselijk als de dood!'.

In juni 1838 trouwde je met de Schot George Maclean, gouverneur van de Gold Coast, met wie je twee jaar eerder een relatie was begonnen. Het was een geheim huwelijk en begin juli zeilde je met de knappe George naar Cape Coast. Je moest heel erg wennen aan je nieuwe leefomgeving en de weinige afleidingen. Van vrijgevochten schrijfster moest je ineens de rol van huisvrouw vervullen en kon je in een schamel uur nog wat schrijven. Literair Londen was ver weg en bijna afgesneden.
In de kern was je dood en dodelijk eenzaam, al bewonderden de dichteressen Elizabeth Browning en Christina Rossetti jouw poëzie.

Op 15 oktober 1838 heb je in Cape Coast Castle zelfdoding gepleegd door een flesje zelfgemaakte blauwzuur.
Je werd zesendertig jaar.

Schrijver: Joanan Rutgers, 17 oktober 2013


Geplaatst in de categorie: idool

4.5 met 2 stemmen 35



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)