PRIETPRAAT (2)

Zeg Mien, slaap je al? . . . Mien . . . O, ik dacht dat je al sliep. Nee, er is niks aan de hand. Maar ik kan niet in slaap komen. Ik lig almaar te denken. Dat heb ik wel eens vaker als ik niet slaap.

Weet je, nou beginnen ze op de zaak weer te emmeren over studeren. Ze vinden dat je moet studeren. Om bij te blijven. In je vak. 't Is toch verdorie ook iedere keer wat. Studeren! Nou vraag ik je . . . Heb ik daarvoor vijftien jaar geleden m'n vakdiploma gehaald? Moet ik me nou gaan verdiepen in al die flauwekul die ze d'r intussen weer bij verzonnen hebben? Ik zie me al. Terwijl jij lekker op je gemak naar de t.v. zit te kijken, zal ik daar met een les of een boek voor me zitten.

Een studiekostenregeling hebben ze d'r ook al voor bedacht. Kan je nagaan hoe ik onder druk word gezet. En waar is het goed voor? Mens, je telt toch immers nauwelijks mee. Laatst nog maakt er een jonge knul bij mij op de afdeling promotie. Op grond van z'n kennis en z'n diploma's, zeien ze. Ja ja, maar mij sloegen ze mooi over. En ik had vijftien jaar geleden al een diploma.

Nou zie je maar. Wát een zaak! En dan durven ze je waarachtig nog te vragen om te gaan studeren ook. Wel ja, ik ben daar gek! Zeg nou zelf Mien, zou jij dat doen?

Mien! . . . Verrek, ze slaapt weer.

prietpraat studie studie

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

4.0 met 3 stemmen 84