STUURSE CREATUREN

Er lijken er steeds meer bij te komen de laatste tijd. Nee, het gaat hier niet over vluchtelingen, maar over Dermaptera! Nu wordt er altijd gezegd dat alles wat je uitstraalt weer als een boemerang bij je terugkomt, al is dat soms pas na jaren, maar ik persoonlijk herkende me aanvankelijk totaal niet in de hier bovengenoemde schepsels.
Al in de middeleeuwen werden zij ervan beticht in mensenoren te kruipen. Omdat zij door de eeuwen heen ten onrechte afschuw opwekten, kropen ze sowieso in vaste uitdrukkingen met een figuurlijke betekenis. Neem nu het volgende voorbeeld.
Je komt langs de etalage van een kledingwinkel van waaruit je rode stickers tegemoet springen met ‘Alles voor de halve prijs’. In de winkel staan nog maar enkele schaars gevulde rekken. Je gaat naar binnen en zegt op meelevende toon tegen een zich in een hoekje schuilhoudende verkoopster: ‘Ach wat jammer, gaan jullie het ook niet redden?’
Je kocht er ooit een duur leren jasje, maar de zaak was eigenlijk te chique voor je portemonnee. Er kruipt een stuurse uitdrukking over het gezicht van de verkoopster.
Hoe of je daarbij komt, wordt er dan gezegd en dat haar daar niets van bekend is. Dat je het van een andere klant hoorde in hun tweede winkel verderop breng je dan een beetje hakkelend uit. Inwendig scheldend op de slome bepaald niet ad rem zijnde schlemielige kant van je. Om dan onverrichter zake terug te gaan naar een ander, voordeliger modehuis, waar je twijfelde aan het enige leuke kledingstuk dat je tot nog toe zag.
‘Jij toch altijd met dat nog even verder kijken van je.’
Je hoort het je echtgenoot gewoon zeggen en bent blij dat hij meestal voor de eer bedankt met je te gaan winkelen, omdat hij anders, als het hem te lang duurt, ook door Dermaptera wordt getroffen, net als de verkoopster.
Nog een voorbeeld. Je moet na een val revalideren. Je kunt in eerste instantie goed opschieten met de fysiotherapeut. Je kunt leuk met elkaar praten en lachen. Tot aan het moment waarop hij je veel te vroeg na een ongeluk naar huis wil sturen en je tegen hem zegt graag een frisse neus te willen halen, maar nog twijfelt, omdat het nogal regent en je je nog niet stabiel genoeg voelt waarop hij opmerkt: ‘U bent toch niet van suiker, wel?’ Hij er duidelijk de pest in heeft als je zegt je aan het advies van de arts te willen houden. Dat houdt in geen dag eerder dan de door haar voorgestelde datum naar huis. Vindt hij je een profiteur? Dat gevoel geeft hij je wel en zijn gezicht spreekt boekdelen als je twee weken langer wilt herstellen. Later zul je merken dat zelfs de ontslagdatum van de arts nog aan de vroege kant is geweest en je na zes weken thuis vol ziekenhuisbezoeken en fysiotherapie je pas een pietsje beter ging voelen.
Dermaptera! Ik zag het aan zijn gezicht en groef in mijn geheugen. Had ik er zelf echt nooit eerder last van gehad?
Jawel! Toen ik een jaar of zestien was en mijn vriendje een week eerder naar huis ging in de vakantie, omdat zijn studie eerder begon en oh ja die keer dat mijn kersverse echtgenoot op een feestje niet mij ten dans vroeg maar een type met lange, blonde haren. Chemie. Maar ik dan?
Hoh, nee wacht eens even. Ik moest teleurstelling niet vergelijken met ‘een gezicht als een oorwurm hebben’. Er was wel degelijk verschil. Wat zei De Dikke Van Dalen er ook weer over en wat Encyclo.nl?
Naast dat oorwurm in de muziektheorie een deuntje is dat maar in je hoofd blijft hangen, terwijl je daar eigenlijk geen prijs opstelt, staat het ook voor een groot ongenoegen of ontevredenheid ervaren en dat ook uitstralen met een daarbij behorende uitdrukking op het gezicht. Bij nader inzien heeft iedereen wel eens last van dit fenomeen dat vochtige plekken prefereert omdat het snel uitdroogt anders.
Niet huilen dus! Goed je gehoorgangen afdrogen als je je haar hebt gewassen en je humeur bewaken als de driekoppige hond Cerberus de onderwereld. En kijk uit als je kampeert!
De oorwurmen staan wel bekend om hun verregaande vorm van broedzorg. Dat is wel weer heel positief. Sommige zijn zelfs, net als wij, levend barend. Daarentegen leven er ook graag in vleermuispoep. Verschil moet er zijn. Er bestaan achttienhonderd soorten. Dat kunnen wij van ons mensen nu weer niet zeggen.