Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

De onscherpe foto's van Rimbaud

Er is geen dichter, die mij meer intrigeert, dan Jean-Nicolas Arthur Rimbaud. Van de schrijver Emile Zola bestaan enkele filmbeelden en wat had ik die graag van Arthur gehad. Wat had ik hem graag zien bewegen. Er bestaan enkele jeugdportretten van hem en natuurlijk is er de beroemde foto van Étienne Carjat, waar hij als 17-jarige in een keurig pakkie gepropt is, al hangt zijn strik wat nonchalant naar beneden. Hij ziet er hier duidelijk als een betoverend knappe jongeman uit, ook al had hij nogal wat sadistische en ondeugende trekjes. Dat de tamelijk lelijke Paul Verlaine verliefd op hem werd, is geen wonder. Arthur was boeiend om te zien en mee te maken en hij was overduidelijk poëtisch getalenteerd. In het boek 'Somebody Else' van Charles Nicholl staat op pagina 241 een wazige foto van Arthur in Harar, waar hij woonde en werkte als handelaar in huiden, wapens en zelfs slaven. De foto is duidelijk niet met een Canon-camera gemaakt. Hij poseert onder een hoge boom en hij heeft zijn armen strak over elkaar, wat vaak op het onderdrukken van emoties duidt. Hij draagt een wit, katoenen pak en hij kijkt recht in de camera. Hij heeft iets van een stuurse plantage-eigenaar, die met zijn zweep de slaven opjaagt om harder te werken. Hij lijkt inderdaad iemand anders dan de rebelse, jonge dichter, die de beest uithing in de Parijse en Londense kroegen. Die zich suf rookte met hasj en zich laafde aan de absint en Belgische bieren. Die dat allemaal combineerde met het schrijven van de mooiste gedichten, die ooit door een dichter geschreven zijn. Hij schreef onder invloed van softdrugs en sterke drank. Door zijn hoge intelligentie, hij won vele prijzen op het gymnasium, en zijn leesvaardigheid rolden de woorden er bij hem als automatische genialiteit naar buiten.

Op de volgende bladzijde staat hij op het terras van zijn huis. Nu draagt hij een donker jasje, die tot over zijn heupen valt. Met zijn lange, linkerarm houdt hij zichzelf vast aan de balustrade. De foto zit vol weervlekken. Hij kijkt opnieuw recht in de lens, wat van een open geest getuigt. Zijn rechterhand vindt houvast aan de bovenkant van het jasje. Zijn strakke kapsel maakt hem eng streng en zijn snorretje maakt een doorsnee Arabier van hem. Daarnaast staat hij op een foto uit 1883. Hij was toen 28 of 29 jaar. Niet eens zo heel veel jaren verwijderd van zijn wilde dichtersjaren. Toch heeft hij er zichtbaar een gigantische metamorfose op zitten. Hij is dan ook van alles en nog wat geweest in allerlei landen, tot zijn onrust in Aden en Harar wat vastigheid kreeg. Hij poseert trots in een koffie-plantage en hij lijkt wel een man van in de zestig, zoals hij daar uitgeblust en doorleefd staat, met zijn linkerarm in zijn zij. Het lijkt toch echt alsof ik zijn tenen zie.

In de Rimbaud-biografie van Graham Robb staat een foto van Carjat, die twee maanden eerder van Arthur is gemaakt, in oktober 1871. Hier is zijn nek strak ingesnoerd door dezelfde bloes als op de foto van december 1871. Zijn lippen lijken veel voller en zijn ogen veel warmer en groter. Arthur veranderde klaarblijkelijk zeer snel en extreem. In de meest diepzinnige biografie van Rimbaud, geschreven door Enid Starkie, staat ook de tekening, die de zus van Arthur, Isabelle, van hem maakte in de laatste dagen van zijn leven in het ziekenhuis te Marseille. Hij heeft zijn Zorro-snor en zijn strakke kapsel behouden. Zijn imago als dichtende landloper en brave burgers chockerend genie zag je er niet meer aan af. Hij was inderdaad een ander mens geworden, getekend door een ruw en zwaar vermoeiend bestaan vol extreme uitdagingen. De dichterlijke extremist werd een fysieke extremist. Bijna als een boetedoening voor zijn vroegere uitspattingen op drugs-, drank- en seksgebied. Hij veroordeelde Paul Verlaine, die na zijn gevangenisstraf voor sodomie priester was geworden, maar in feite legde hij zichzelf ook een harde straf op, nog harder dan die van Verlaine. Hij heeft zichzelf fysiek afgebeuld en hij at vaak maar een handje rijst per dag. Wellicht gebruikte hij qat en opium, maar hij heeft zichzelf behoorlijk uitgewoond. Als gesjeesde gymnasium-leerling belandde hij al snel in de kroegen, waar hij de smaak van alcohol en tabak te pakken kreeg. Hij had dan ook alle redenen om zichzelf onzichtbaar te maken, daar hij werkelijk aan paranoïde schizofrenie leed en daar aan kapot ging. Zijn geniale kanten hebben die psychiatrische ziekte omgebogen tot voer voor de meest sublieme gedichten, totdat alles explodeerde en hij voor het behoud van zijn leven wel moest weg vluchten, zo ver mogelijk, zo mysterieus mogelijk.

Schrijver: Joanan Rutgers, 8 mei 2016


Geplaatst in de categorie: literatuur

4.0 met 4 stemmen 61



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)