Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Alleen in de gevangenissen stond je droog

(voor Brendan Behan (1923 - 1964))

Je bent geboren als Brendan Francis Aidan Behan op 9 februari 1923 in de binnenstad van Dublin. Je woonde in het huis van jouw oma Christine English, die een aantal huizen in Dublin verhuurde. Zij vond het prima, dat jij op jouw achtste al dronken was. Jouw vader was een huisschilder, die heeft meegevochten om de Ierse onafhankelijkheid. Hij las zijn kinderen voor uit Ierse, literaire boeken. Jouw moeder nam jou mee voor literaire wandelingen door de stad, o.a. langs de huizen van Wilde, Shaw en Swift.

Jouw oom Peadar Kearney schreef het Ierse volkslied 'Amhrán na bh Fiann'. Op jouw dertiende ging je van school en werd je net als jouw vader een huisschilder. In 1937 verhuisde je naar een nieuwe wijk in Crumlin, waar je lid werd van Fianna Eireann, de jeugdbeweging van de IRA. In het blad van deze partij publiceerde jij jouw eerste gedichten en proza, zoals 'Fianna: the voice of Young Ireland'. In 1939 werd je in Liverpool gearresteerd, omdat je explosieven bij je had, bedoeld voor een IRA-campagne. Je werd voor drie jaar in de gevangenis van Borstal opgesloten.

In 1941 ging je naar Ierland terug. In 1942 werd je gezocht voor de aanslag op twee politie-officieren en zodra ze jou grepen, kreeg je veertien jaar gevangenisstraf. Je verbleef eerst in de Mountjoy Prison en daarna in het Curragh Internment Camp. In 1946 werd je vrijgelaten door een algemene amnestie voor republikeinse gevangenen. In 1947 zat je korte tijd in gevangenis in Manchester, omdat je een mederepublikein had helpen ontsnappen uit een gevangenis. Jouw ervaringen als gevangene staan centraal in jouw literaire oeuvre.

In Mountjoy Prison schreef je jouw eerste toneelstuk 'The Landlady', korte verhalen en andere werken. Sommige werken werden in het destijds leidende, Ierse, literaire blad 'The Bell' gepubliceerd. In de gevangenis leerde je Iers en je woonde in Gaeltacht en County Kerry, waar je gedichten in het Iers maakte. In het begin van de jaren vijftig werkte je als schrijver voor de radio en kranten. In de literaire kringen van Dublin was je inmiddels een belangrijke letterkundige.

In 1954 volgde jouw grote doorbraak met het toneelstuk 'The Quare Fellow', wat gebaseerd was op jouw ervaringen in de gevangenissen. Het werd opgevoerd in het Pike Theatre in Dublin en het duurde daar een half jaar. In mei 1956 werd het in het Theatre Royal in Stratford uitgevoerd en werd je internationaal beroemd. In 1957 werd jouw toneelstuk 'The Hostage' in het Damer Theatre gespeeld en werd jouw autobiografie 'The Borstal Boy' gepubliceerd.

Je kon maar moeilijk met jouw roem omgaan en als zware alcoholist heeft dat er een flinke schep bovenop gedaan. Je noemde jezelf ooit 'een drinker met een schrijfprobleem'. Je zong Ierse volksliederen en balladen, wat gefilmd is. In het begin van de zestiger jaren leed je aan diabetes. Op de podia en op de televisie trad je geregeld stomdronken op. Jouw lievelingsdrank was champagne met sherry, levensgevaarlijk voor een diabeticus en je kreeg dan ook aanvallen en coma's.

Van 1955 tot 1964 was je getrouwd met Beatrice Ffrench-Salkeld, een schilderes (1928 - 1993), die een grote invloed op jouw werk heeft gehad. In 1963 werd jullie dochter Blanaid Behan geboren. Op 20 maart 1964 overleed je in het Meath Hospital in Dublin, nadat je in de Harbour Lights bar neerstortte. Je werd 41 jaar en je bent in de Glasnevin Cemetery begraven. Clíodhna Cussen maakte jouw grafmonument, met een bronsbeeld van jouw gezicht, wat bruutweg gestolen is. Beatrice hertrouwde met het IRA-opperhoofd Cathal Goulding.

Schrijver: Joanan Rutgers, 17 juli 2017


Geplaatst in de categorie: idool

3.0 met 1 stemmen 40



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)