Inloggen
voeg je column toe

Columns

Kempkensberg Groningen

Ik heb een ’akkefietje’ met de belastingdienst. Na remigratie uit Zweden in 2013 had ik keurig, begin 2014, digitaal aangifte gedaan. Zo daar ben ik voorlopig weer vanaf dacht ik.

Na een aantal maanden kwam er een blauwe envelop. Omdat het remigratie betrof kon ik niet op de gebruikelijke wijze digitaal aangifte doen maar moest het M13 formulier worden ingevuld. ‘Nee dit kan nog niet via internet meneer’, zei iemand van de belastingdienst toen ik om nadere uitleg vroeg. Nou is 'formulier' eufemistisch uitgedrukt. Het is een boekwerk van 60 bladzijden. De bijbehorende toelichting heeft het dubbele aantal. Gadverdarrie, dacht ik en legde het even terzijde.

Na een week had ik genoeg moed bijeengeraapt om de ‘Via Dolorosa’ te betreden. Het viel mij nog mee dat ik niet zoveel hoefde in te vullen daar ik alleen een bescheiden pre-pensioentje van ABP in 2013 genuttigd had. De meeste bladzijden bleven onbeschreven en na een paar uurtjes kon ik de retourenvelop vullen en, na een goedgemutste lik, dichtplakken. Zo daar ben ik voorlopig weer vanaf dacht ik wederom.

De ‘voorlopige aanslag’ kwam een paar week later. Ruim 1100 Euro. Gadverdarrie, dacht ik en legde het even terzijde. Na een aantal dagen de belastingdienst gebeld. ‘Ik heb in 2013 maar twee maanden in Nederland gewoond en voor de resterende tien maanden heb ik de keuze ‘buitenlands belastingplichtig’ opgegeven’ zei ik tegen de meneer. Toch moest ik over het hele jaar jaar premies ‘dit en dat’ betalen.
‘Ja ja’ zei de meneer: ‘We kijken het voor u na’. Na enige minuten in de wacht was meneer er weer en adviseerde mij bezwaar aan te tekenen en uitstel van betaling aan te vragen. Zo gezegd zo gedaan. Een mooie brief met uitleg geschreven en maar weer wachten op antwoord. Dat antwoord kwam in de vorm van een herziene voorlopige aanslag. Ruim 1400 Euro. Gadverdegadverdarrie dacht ik.

Na een paar dagen toch maar weer de belastingdienst gebeld. Inderdaad er klopte 'iets' niet. Ik had ‘iets’ verkeerd ingevuld maar van de zijde van de belastingdienst was er ook ‘iets’ mis gegaan. Het ‘iets’ werd echter niet boven tafel gehaald. De man adviseerde mij om opnieuw uitstel van betaling aan te vragen. Hij zou mij een nieuw M13 formulier, met barcode, toesturen die ik dan weer ingevuld diende te retourneren. Om ‘fouten’ te voorkomen wilde hij voor mij wel een afspraak met de belastingdienst maken zodat we het formulier gezamenlijk konden invullen. Er kon nog ‘een gaatje’ gevonden worden. Donderdagmorgen van 08:00 tot 08:20 uur op de Kempkensberg 12 in Groningen. Of het niet iets later kon. Nee dat kon niet. Ik kreeg een geheime code, 2 cijfers en 4 letters, die ik moest meenemen naar de afspraak.

Om zes uur mijn bed uit. Ik wilde natuurlijk niet te laat komen op mijn belangrijke afspraak met de belastingdienst. Om half zeven vertrok ik. De TomTom gaf weliswaar aan dat het slechts drie kwartier rijden was maar ik verwachtte wel enig fileleed rond die tijd op de ringweg in Groningen.
Verdorie, geen file te bekennen. Om 7:20 uur stond ik bij de receptie in het futuristische gebouw, 92 meter hoog, van DUO en Belastingdienst. ‘Ik ben een beetje vroeg, ik had een file verwacht’ zei ik tegen de dame achter de balie. ‘Gaat u maar zitten’ zei ze, ‘om vijf voor acht kunt u zich weer melden’. ‘Kan ik hier ergens koffie krijgen’, vroeg ik. Nee dat kon niet, zei ze terwijl ze een gevulde mok naar haar lippen bracht. Gadverdarrie dacht ik.

Verwonderd keek ik naar de niet aflatende stroom ‘arbeiders’ die het gebouw zo vroeg binnenkwam en vervolgens opgeslokt werd door glazen poortjes die met een pasje geopend konden worden. Achter die poortjes was uiteraard onbeperkt verse dampende koffie te verkrijgen. Ik had echter geen pasje.

Waarom die mensen zo vroeg beginnen? Ik denk vanwege het parkeren. Onder het gebouw is een parkeergarage. Die is echter alleen toegankelijk voor vergunninghouders. Achter het gebouw kan je vrij parkeren in een aantal kale steegjes. Wie het eerst komt, het eerst maalt uiteraard. Ik kon met moeite een plekje vinden. Ik vermoed dan ook dat de ‘arbeiders’ steeds vroeger gaan komen om verzekerd te zijn van een parkeerplek. Over een half jaar zullen de eerste noeste werkers zich waarschijnlijk reeds om 4:00 uur melden.

Om 7:40 uur riep de dame van de receptie: ‘We zullen eens even proberen of we al een balienummertje voor u kunnen uitdraaien’. Mijn geheime code had ze niet nodig. Die wist ze al. Mijn naam wist ze ook. Ik werd een beetje wantrouwig. Het systeem was langzaam warm gelopen en nummer A100 rolde uit een printertje. Ik vond het een verdacht nummer. Er zat verder niemand te wachten dus waarom was ik dan nummer 100. ‘Verderop rechts in de hal kunt u plaats nemen totdat u opgeroepen wordt’ zei ze. Ik verkaste 50 meter en nam plaats in de grote lege kale wachtruimte. Moederziel alleen wachtte ik op de dingen die zouden komen. Ik keek tegen tien grote hoge ongezellige balies aan.

Klokslag 8 uur verscheen er man achter één van de balies. ‘Meneer Noorman, komt u maar hoor’ zei de man. Hij wist mijn naam óók al. Ik had een stoel en een kopje koffie verwacht maar nee hoor, ik kon, op mijn leeftijd, een half uur achter een hoge balie staan. Het staan ging op den duur van lieverlee over in lusteloos hangen.

‘Eens even kijken’ zei de man. ‘Het M13 formulier, nou we zullen maar beginnen’. Op de eerste bladzijde liepen we al vast. Het ging om de vraag of ik nu beter het hele jaar als ‘binnenlands belastingplichtige’ of gedeeltelijk ‘buitenlands belastingplichtige’ zou kenmerken. Ook de vraag of ik mijn vrouw als fiscale partner moest bestempelen bleef boven de balie hangen. Adviezen gaf meneer niet, daarvoor moest ik bij een belastingconsulent zijn. Bovendien had hij geen expertise in buitenlandse belastingaangelegenheden. Verleden jaar was er nog iemand die er wel verstand van had. Die zat nu echter in Arnhem als gevolg van centraliserende activiteiten. Ik zeurde nog wat door om toch nog wat ‘uit hem te persen’ waarmee ik mijn voordeel kon doen. ‘Vul digitaal nog eens de aangifte in van 2013 dan kunt u wat schuiven en zien wat het beste is’ leek mij een nuttige tip te zijn. Na een half uur namen we gemoedelijk afscheid. Het was best een aardige man.

Waarom ik ‘het gaatje’ van 8:00 tot 8:20 moest opvullen blijft een groot raadsel. Er was helemaal geen gaatje, er was een enorme krater want er viel verder niemand te bespeuren zowel voor als achter de tien balies.

Als ze het dan toch uiteindelijk niet ‘makkelijker’ kunnen maken waarom dan niet wat ‘leuker’. Een stoel en een kopje koffie bijvoorbeeld.

Schrijver: Nico Noorman, 6 maart 2015


Geplaatst in de categorie: algemeen

4.7 met 3 stemmen 348



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)