RETOURTJE HET NOORDEN
Het is zaterdag en het is vroeg; heel erg vroeg, als we op pad gaan met de voordelige NS treintickets van Kruidvat. Het is drieënhalf uur reizen naar het noorden. Dat hebben we allemaal over voor de expositie van Sir Lawrence Alma-Tadema (1836-1912) ; de Friese schilder die zich ooit, vanwege zijn huwelijk, in Engeland vestigde en vanuit daar naam maakte.
Het is druk in de trein en op de perrons. Met een beker cappuccino, kranten, broodjes en boeken ploffen we neer. Toch maar de jassen uittrekken, ook al moeten we over veertig minuten overstappen in Utrecht vanwege werkzaamheden aan het spoor. We vertrekken keurig op tijd. Ik slaap tot aan Utrecht, nou ja, ik dommel wat, dankzij een stel van middelbare leeftijd achter ons, dat het presteert om de hele weg over eten en recepten te praten. Het intrigeert me mateloos. Zoiets zou ik nooit voor elkaar krijgen.
Eenmaal richting Leeuwarden, vis ik ‘De verwarde Cavia’ van Paulien Cornelisse uit mijn tas. In korte verhaaltjes schetst ze het kantoorleven van Caaf en collega’s. Het is smullen en herkenbaar als je zelf ooit kantoormeisje in minirok en maxi-jas was. Office-Manager heet dat tegenwoordig, of wie weet is die term ook alweer verouderd. Om half twaalf zijn alle broodjes al op, zodat we tegen half een op station Leeuwarden nogmaals koffie en een croissantje nemen om dan goedgemutst de binnenstad in te trekken.
Deze is al versierd met kerstverlichting. In een boekenantiquariaat beland, ga ik even zitten, terwijl partner zowat versmelt met de hoge boekenkasten. Ik moet moeite doen hem los te weken van dit Walhalla, maar het lukt! We kijken wat winkels, halen met de Friezen de Sint in die hier wordt vergezeld door uitsluitend zwarte Pieten, iets wat ik wel van de Friezen had verwacht eigenlijk. Al dienen we niet te vergeten dat volksfeesten veranderen door de eeuwen heen. Wie weet hangt ooit de Paashaas aan het kruis en deelt Christus eieren uit en vaart er een Halloween pompoen ten Hemel. Het kan altijd nog gekker worden als de hele boel door elkaar gehaald gaat worden. Jammer dat wij dat niet meer mee zullen maken.
Het Fries Museum is een prachtig gebouw, gelegen aan een groot plein. Wel zien we direct dat er een lange rij staat voor Alma-Tadema. We stoppen onze spullen in een kluis en gaan eerst maar naar danseres Mata Hari (1876-1917); een intrigerende Friezin die wegens spionage op haar 41e de kogel kreeg. In 2017 zal door Frankrijk bekend worden gemaakt of zij daadwerkelijk spionne was tijdens de Eerste Wereldoorlog. Ze was in elk geval gek op mannen in uniform. Daarom trouwde ze ook met de twintig jaar oudere KNIL kapitein Rudolph Macleod en belandde zo nog in Nederlands Indië, waar ze lid werd van een lokale dansgroep en zich Mata Hari begon te noemen. (Maleis voor Oog van de Dageraad) Dan is de zaal over Hindeloopen aan de beurt.
Hindeloopen was een rijk VOC stadje met een geheel eigen mode en inrichting van huizen.
Kleurrijke beschilderde objecten en een stijlkamer loodsen ons de geschiedenis binnen. Er werd gevaren op de Oostzee en gehandeld in o.a. hout, jenever en wol en allerlei exotische stoffen kwamen retour. Alles wat te beschilderen viel, werd dat ook in de kleuren rood, wit, blauw en groen en met mooie zwierige krullen. Als de rij op de traptreden is opgelost, scharen wij ons achter een veel kortere nu, pal voor de deuren naar de Alma-Tadema zalen.
Al ze voor de derde keer opengaan, schuifelen we met zeven man tegelijk naar binnen.
Zijn vroege werken zijn nog best donker van kleur, maar allengs worden de doeken helderder met prachtige blauwe luchten. ‘Mozes gevonden’ is het mooist, helaas zijn er nooit ansichtkaarten van gemaakt, vertelt de man achter de balie later.
De scènes uit de Klassieke Oudheid zijn prachtig en zijn nog steeds een voorbeeld voor kostuumdrama’s en films over die tijd. Dat ziet de bezoeker ook aan de op de muren geprojecteerde filmfragmenten. Het duizelt me na verloop van tijd. De subtitel van de expositie is niet voor niets ‘klassieke verleiding’. Ook het verhaal van ‘De rozen van Heliogabalus’; een Romeinse keizer die zijn gasten probeert te smoren in een lawine van rozenblaadjes, springt er voor mij uit.
Om half vijf drinken we nog koffie in het Museum. Daarna nog een korte wandeling richting eetgelegenheid. Dan, slapen in de trein naar huis. ‘Geen overstap.’ verzekert ons de controleur. Heerlijk denk ik en ben weg.
Geplaatst in de categorie: kunst