Inloggen
voeg je dagcolumn toe

Dagcolumn

Leve de vooruitgang !

De bulldozer doet gestaag zijn werk. Of haar werk. Welk geslacht zou het ding hebben volgens Van Dale? Te oordelen naar de afbrekende en luidruchtige arbeid, moet het wel een mannetje zijn.
Doet er niet toe.

Met oorverdovend gebeuk en gekraak sloopt de bulldozer het pand. Het staat – over enkele uren moet ik schrijven ‘stond’ – schuin tegenover ons huis aan de rotonde. Een villa uit de jaren vijftig, ambachtelijk gebouwd met siermetselwerk. De gemeente bleek niet te vermurwen. Protesten hielpen niet. Nee, de stedenbouwkundige visie was helder: bij elke rotonde in de stad moet hoogbouw verrijzen. Dus moet het ambachtelijk pand wijken voor een appartementencomplex. En moeten populieren en berken worden gekapt. In april gingen de bloeiende forsythia’s en de magnolia al tegen de vlakte. Broedende zanglijsters en roodborsten konden het schudden.
Rot op met je nesten, vogeltjes, hier komt de Bulldozer der Vooruitgang. Gaat heen en vermenigvuldigt u elders.

Omdat ik het door al het gedaver aan de overkant in mijn tuintje niet meer uithoud, ga ik een eindje om. Ik raak aan de praat met een buurtgenoot. Over de sloop.
‘Ach’, sust de buurtgenoot mij, ‘maak je niet druk. Dit soort dingen hou je toch niet tegen. Trouwens dat pand dat jij zo mooi vindt, begon al aardig te vervallen.’
‘Maar al dat slopen en kappen midden in de broedtijd?’, werp ik tegen.
‘Denk je nou echt dat er ook maar iemand is die rekening houdt met een paar vogeltjes?’
Ik begin aan mezelf te twijfelen. Mismoedig besluit ik weg te vluchten voor dit alles.

Op het platje achter onze stacaravan kom ik tot mezelf. Met uitzicht op de schaapjes en een goed glas bier aan mijn lippen vergeet ik de woedende wereld. De merel en de winterkoning kwelen dat het een lieve lust is. Zelfs het spannende boek op mijn schoot trekt niet meer. Ik snuif de landelijke lucht op. Gezoem van bijen, vogelzang en het verre geloei van een koe – meer is niet nodig.

Een angstaanjagend gebrom verkracht mijn trommelvliezen. Nee, dit is geen superbij, noch een reuzenhommel.
In de wei naast de schapenwei – pal achter onze caravan – raast een jongetje op een racetractortje. Van zijn boerenpapa mag hij een uurtje uitrazen. Even later zie ik het ventje met z’n zusje achterop door het veld scheuren. Zonder helmpjes op. Want het is toch leuk, wat zou er fout kunnen gaan? Het boerenzoontje heeft nu echt de slag te pakken. Met 70 kilometer per uur slalomt hij langs de molshopen. Bij het passeren van het bankje waarop ik zit, drukt hij telkens op de claxon. Heeft pa als accessoire er vast bijgenomen. Het geronk en getoeter gaan me door merg en been. De stank uit het uitlaatje is niet meer te harden.

Toch maar hopen op twee middelzware hersenschuddinkjes? En dan na een maandje ziekenhuis: de inkeer. Nee papa, wij hoeven niet meer op het tractortje. Laat ons maar paardje rijden.


Zie ook: http://www.gmuitgevers.nl

Schrijver: George Knottnerus, 26 juni 2009


Geplaatst in de categorie: landschap

4.4 met 9 stemmen 688



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)