Inloggen
voeg je dagcolumn toe

Dagcolumn

Monique

Mijn liefste en ik zijn op sommige punten erg verschillend van aard. Misschien dat het daarom wel zo goed gaat tussen ons. Twee heethoofden in een huis kan nooit goed gaan en twee die aldoor stommetje zitten te spelen zullen het ook niet lang volhouden. Mijn theorie is dat karakters elkaar aan moeten vullen om een relatie een lang leven te kunnen laten vervullen.
Maar terug naar mijn liefste en naar egootje. Mijn lief is het zonnetje in huis terwijl ik toch regelmatig een humeur kan hebben. Ik weet het van mijzelf en probeer het dan niet te laten merken. Maar mijn huisgenote merkt het natuurlijk meteen. Ik ga minder praten om maar niet chagrijnig tegen haar te zijn. “Is er iets”, merkt mijn Engel dan snel op. “Nee, laat me maar”, antwoord ik dan (te) snel. Ik keer me in mijzelf en grommel in mijn eentje rond. “Grumpy”, wordt ik dan ook wel eens lieflijk door mijn honnepon genoemd. Ik grijns dan maar wat en ga mijn stille gang. Uiteindelijk ontdooi ik dan wel weer maar “Laat me”, is dan wel erg op mij van toepassing. “Laat me mijn eigen gang maar gaan.”
Heel vroeger, toen mijn kinderen nog klein waren en mijn vorige lief nog aanwezig was, had ik dit soort buien ook al en deze traden heel vaak op als ik een klusje in huis moest doen en het dan meteen al tegen zat en het niet ging zoals ik me dat gedroomd had. Mijn zoon was altijd heel belangstellend aanwezig want klussen had al vroeg zijn aandacht. Hij was, en is nog steeds, erg handig en heeft mijn buien, op dit punt, gelukkig niet geërfd. Althans, het lijkt hem nooit tegen te zitten als hij een klus aan het doen is. Die handigheid is waarschijnlijk een generatie overgeslagen. Mijn vader was ook zo. Het kon gewoon niet mislukken als hij iets aanpakte. Maar toen mijn zoon op 6 jarige leeftijd belangstellend stond te kijken als ik een gat in de muur boorde en
a. De boor brak af
b. Er zat een ijzersterke kiezel in de muur
c. Het boorgat viel drie keer zo groot uit omdat de muur van deeg gemaakt leek
dan vroeg ik mijn zoon vriendelijk om nu toch maar met zijn lego te gaan spelen omdat ik door de tegenslag onredelijk zou kunnen gaan worden.
Ik ben dus blij met mijn zoon, want ik vraag hem graag om hulp bij een moeilijk klusje.
Nog blijer ben ik met mijn opgewekte huisgenote. Met een lach en een ironische opmerking krijgt ze me toch al gauw weer op de rails.
Ook ’s nachts gaat dit patroon door. Wij gaan nogal vroeg naar bed. Onze hele vriendenkring weet dat je ons na negen uur ’s avonds niet meer moet bellen. We liggen dan op een oor. Iedere dag kijken we wel naar een dvd, graag iets komisch of iets opgewekts maar na korte tijd geeft een regelmatige ademhaling naast me aan dat het genoeg is voor vandaag. Ik doe dan de tv uit en de bedlampjes en dan komt uit de onderwereld naast me, een opgewekte stem “Gaan we slapen?” en mijn huttenmetutje is dan meteen weer klaarwakker en haar humeur is onveranderd goed. Ik ben dan op slapen ingesteld en voel niets meer voor een gezellig gesprek. Sprankelend deelt mijn muze nog het een en ander met me over haar werk, over haar familie, over mijn familie, over lieve vrienden van ons en mijn antwoorden worden steeds korter totdat er nog enkel sprake is van een monoloog en zij schouder ophalend, maar naar mijn idee nog steeds glimlachend het hoofd neder vleit.
Ook ’s nachts kan dit patroon door gaan. Mijn bedgenoot maakt ’s nachts vaak vele leesuren. Ik merk dit wel maar doe alsof ik slaap. Wee het moment dat ik laat merken dat ik wakker ben. “Ben je wakker” zegt de zoete toverfee naast mijn hoofd? “Nee”, mompel ik, quasi slaapdronken en draai me snel om. “Zal ik een kopje thee gaan zetten?” vraagt de heks naast me en als ik dan ja durf te zeggen, nou dan kan het wel even gaan duren. “Wil je er ook een crackertje bij?”, vraagt de kol lief en voor ik het weet en buiten mijn wil om, zitten we uitgebreid te eten en te drinken en zetten we voor de gezelligheid nog maar een dvd-tje op. Gezellig keuvelend gaat na drie kwartier het licht weer uit en tracht ik mijn dromen weer te hervinden. Mijn lief bestaat het om dan na een kwartier het licht weer aan te doen en mij dan zacht pratend te vertellen dat ze toch nog maar even gaat lezen.
Kortom, ik ben blij met Monique en aanbid haar! Maar dat had U wel gedacht na al de koosnaampjes die ik haar geef.

Schrijver: Wim Werker, 12 januari 2010


Geplaatst in de categorie: liefde

3.4 met 5 stemmen 508



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)