Inloggen
voeg je dagcolumn toe

Dagcolumn

13 april 1822

Opmerkelijk dat zo weinig kranten erover schreven Een monumentaal gebouw dat toch instortte. Weliswaar niet met één klap. Ook niet meer commercieel in gebruik voor de oorspronkelijke doeleinden. Tijdelijk graanopslag. De eigenaar VOC was vrijwel failliet in 1795 door de Nederlandse staat overgenomen.

Tijdens de bezetting lag de hele handel vrijwel stil. Daarna verhuisde het V.O.C.-zenuwcentrum naar Den Haag. Historicus Brugmans schrijft dat in 1813 compleet opnieuw moest worden begonnen. Alle knowhow en feeling met Indië leken verdwenen. Plus dat (door nationalisatie) de Nederlandse staat kolonisator was geworden. En Oost-Indië “ons Indië”, een kolonie.

Had een attent ondernemende en in Amsterdam gevestigde management nog veel kunnen redden? Het Haags Ministerie bleek log verstikkend ambtelijk. Volgens historicus Brugmans. Misschien was dan ook dit V.O.Compagnies Magazijn behouden. Dat 10/08/1820 voor 'de belachelijke prijs van f70.000,-' was verkocht aan de Fa Cruys&Co. Omdat de Staat niet wist wat ermee te doen. Onherstelbaar groot verlies voor het IJ-gezicht van Amsterdam!

Dat gebouw diende ruim twee eeuwen als zeilmakerij, slachthuis en pakhuis voor scheepsuitrusting en ingevoerde goederen. Het was 215 meter breed, 25 diep en vier verdiepingen hoog. WOW! Op Oostelijk Eiland Oostenburg. Deel van de VOC-scheepswerf waar naast elkaar zo’n 60 disciplines aan dezelfde producten werkten. Compleet uitgeruste boten. Van smederij teerhuis oliekoker tot medicijnmaker en kaartmaker. Horizontaal multidisciplinair.

De VOC-scheepswerf. Aardelezer Gawronski raakt er niet over uitgepraat. Een wereldwonder voor die tijd. Stadsarcheologie groef er succesvol naar verledens. Leuk is dat klopt wat ik altijd al dacht. Oostenburg was niet één eiland. Maar een aantal met op elkaar afgestemde werfactiviteiten. Nu nog voelbaar als je erop rondstapt. Met voelhoorntjes voor eilanden.

Hoe ook – dit magazijn zakte zuchtend en steunend langzaam in elkaar. De Nederlandsche Staatscourant schreef 16-04-1822:

“In den ochtend van de» 13 april 1822 dezer ontdekte men, dat er, in het gebouw op de voormalige Oost-indische Compagnies Werf, aan het einde van de Groote Oostenburgerstraat, eene scheuring plaats had, welke hand over hand toenam en veel gerucht verwekte.
Dien zelfden namiddag, ten half vijf ure, stortte de regtervleugel van het gebouw met een groot gedruisch in, slaande het middelpunt voorover op de wip van de brug, die daar door met deszelfs geheide palen uit den grond werd gerukt, terwijl, in den afgeloopen nacht, ten half twee ure, een gedeelte van den linkervleugel bij de klok, en, ten vijf ure in den ochtend, de toren met de klok zelve is ingestort."
Één korendrager, Gerrit Utink, werd gedood. Hij liet een weduwe met acht kinderen na. Vier anderen werden gewond.

Ook de rest moest gesloopt. Als oorzaken werden aangegeven gebrekkig onderhoud en overbelasting. Nergens zijn vreemd genoeg nostalgieke beschouwingen over dit gebouw te vinden. Misschien omdat dit gebied weer bij uitstek vroeg modern geïndustrialiseerd werd.

Amsterdams Stadsarchief heeft prachtprent door Jacob Plügger van de volgende dag: ‘Ruïne na instorting op 13 april 1822 van het Voormalig O.I. Compagnies Magazijn te Amsterdam’. Vanaf Wittenburg 14/04/1822. http://beeldbank.amsterdam.nl/afbeelding/010097011653


Bronnen vooral:
'De grote uitleg van Amsterdam : stadsontwikkeling in de zeventiende eeuw' door J.E. Abrahamse 2010 (proefschrift);
lezing stadsarcheoloog Jerzy Gawronski bij OBA Buitenveldert 03/10/2013;
Opregte Haarlemsche Courant 16/04/1822;
prof. dr. H.Brugmans deel V Stilstaand getij 1795-1848


Zie ook: http://beeldbank.amsterdam.nl/afbeelding/010097011653

Schrijver: Jos Zuijderwijk, 5 oktober 2013


Geplaatst in de categorie: rampen

4.3 met 6 stemmen 256



Er zijn 3 reacties op deze inzending:

Naam:
J.de Groot
Datum:
7 oktober 2013
Email:
degrootjoke27gmail.com
Dank voor je begrip Jos.
Een column is geen naslagwerk.
Maar ik bewonder je kennis.
Naam:
Jos Zuijderwijk
Datum:
5 oktober 2013
Zie wat je bedoelt Joke. Ik wil teveel tegelijk vertellen. Er moet rek in de vorm om aantrekkelijk voor je te zijn. Of te worden.
Naam:
J.de Groot
Datum:
5 oktober 2013
Email:
degrootjoke27gmail.com
Inhoudelijk kan ik je volgen Jos.
Maar in je schrijfstijl raak je me kwijt!
Dat zal geheel aan mij liggen, neem ik aan.
Komt te veel op me af met info, lettertjes, cijfertjes, enz. Leest niet fijn.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)