Inloggen
voeg je dagcolumn toe

Dagcolumn

Zuinig

In het begin was er de ongewone mens. Hij deed weliswaar gewoon zijn werk, kreeg kinderen en voedde ze ook gewoon op, maar zelf was hij ongewoon. Beide moet. De ongewone mens moet zich vrij normaal hebben gedragen, omdat hij anders geen nakomelingen zou hebben kunnen grootbrengen die zich uiteindelijk over de hele wereld zouden verspreiden. Eerst in kleine groepen, waardoor er verschillen konden ontstaan tussen al die soorten zich gewoon gedragende mensen, zodat we nu rassen kunnen onderscheiden en religies en culturen en ziekten, en later in zulke massa’s dat alle rassen, religies, culturen en ziekten weer mengen tot een ratjetoe die we de moderne mens noemen en die beschikt over een breed scala aan religies en culturen en die veel overdraagbare ziekten hebben meegenomen bij alle wereldreizen die de mensen nu met behulp van goedkope en toch betrouwbare vluchten over de wereld maken.

De eerste mens moest zich dus gewoon gedragen, maar was zelf ongewoon. Ook dat moet, want hij was er niet met honderdduizenden tegelijk. Hij stamde af van apen en ging zich anders gedragen. Dat andere gedrag heeft Tomasello proberen te onderzoeken aan de hand van experimenten met mensapen en mensen die nog niet vervuild zijn met taal: peuters. En wat blijkt? Mensen hebben op een verdergaande wijze vertrouwen in elkaar. Dat vertrouwen is de basis van taal en van de ontwikkeling van de steen om ergens op te slaan, die chimpansees ook kennen, tot de heipaalmachine, die chimpansees tot op heden niet hebben ontwikkeld. Sterker, ze ontberen de meeste tussenstappen om die machine te ontwikkelen. Alleen de eerste stap kennen ze, een stap die je kunt leren zonder scholing. Zonder taal.

Dat is de kern. Chimpansees zijn neoliberale apen en mensen zijn wederkerigheidsmensen. Chimpansees helpen elkaar nog wel, maar delen nauwelijks eten. Alleen moeders delen nog wel eens wat met hun kinderen, maar dan houdt het wel op. Kinderen delen niet met hun moeders: eten wordt in beginsel verdeeld volgens het recht van de sterkste. Bij mensen wordt eten wel verdeeld. Jagers vangen een varken en slepen het mee naar het dorp om het te delen met alle achterblijvers, vaak de vrouwen en kinderen. De vrouwen verbouwen groenten en delen de oogst ook weer met de jagers. Dit gedrag maakt het ook mogelijk om eten te bewaren. Het maakt het ook mogelijk om elkaar te bedriegen, want zonder vertrouwen kun je niet iemand bedriegen. Het bestaan van zoiets als bedrog is niet mogelijk in een neoliberale samenleving. En als bedrog bestaat, wordt recht mogelijk.

Chimpansees hebben geen rechtbank. Geen gevangenisstraf. Ze straffen elkaar niet, maar slaan elkaar, of bijten elkaar, oog om oog, tand om tand, bij gevechten om eten of lekkere wijven. Ze kennen verkrachting niet, omdat ze het recht niet kennen.

Dit betekent dus dat de eerste mens ongewoon was. Ze kon taal ontwikkelen, recht ontwikkelen, innovaties doorgeven en zo de wereld veroveren. Misschien waren er vroeger andere apen die vergelijkbare eigenschappen hadden, de neanderthalers bijvoorbeeld, en misschien zijn die verdwenen of vermengd, maar uiteindelijk is alleen de mens overgebleven die dit allemaal kan. En die dus in staat is het klimaat te veranderen, oerwouden te doen verdwijnen, diersoorten uit te roeien en waarschijnlijk ook zichzelf. De voorsprong die we hebben een zegen, en een vloek.

We kunnen er maar beter verantwoordelijk mee om gaan.

Schrijver: Jan R. Lønsing, 14 april 2014


Geplaatst in de categorie: maatschappij

3.0 met 1 stemmen 111



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)