Inloggen
voeg je dagcolumn toe

Dagcolumn

KOM VAN DAT DAK AF

Het is zondagavond, loopt tegen Halloween en het is bedtijd voor mij vind ik, want het loopt alweer tegen twaalven. Ik heb mijn geliefden koud welterusten gezegd als ik een hoop kabaal hoor. We besluiten toch even het rolgordijn een stukje op te halen. Wat ik aanvankelijk afdeed als een vrachtwagenbusje dat niet opstart, blijkt een brandweerwagen te zijn. Pal voor onze deur.

In een bakje worden een man of zes naar het dak van de flat tegenover ons huis gehesen. Er zijn inmiddels meerdere mensen hun huis uitgekomen om te achterhalen wat er aan de hand is. Er is geen spoor van rook of vuur te zien, maar wat is er dan gaande? Een zo te zien professionele fotograaf legt een en ander vast met een telelens.
De brandweermannen en politieagenten lopen inmiddels op het dak. Op de bovenste verdieping van de flat, die drie etages telt, brandt in een van de woningen fel TL buizenlicht. De deur naar het balkon staat wijd open. De flat is verhuurd sinds kort, maar zag er al lange tijd kaal en leeg uit. De zwarte schim van een vrouw glijdt langs de ramen.

‘Inbraak,’ weet een man die aan zijn kleding te zien bij het arrestatieteam hoort te melden als ik vraag of hij weet wat er aan de hand is.
‘Nou ja, wat valt er nou te halen uit zo’n flatje?’ zeg ik als de vermoorde onschuld, hoewel ik drommels goed weet dat er vanuit en voor de flat nog wel eens gedeald wordt en werd, hoewel de overlast die dat met zich meebracht sterk is verminderd sinds de koopwoningbezitters tegenover de flat zich daarover hebben beklaagd. De handel verplaatste zich sindsdien naar elders. Geen dure, dikke wagens meer met dreunende muziek en louche types in een woonwijk voor Jan met de Pet.

‘Geld,’ merkt een buurtbewoner op. ‘Dat valt er te halen.’
‘Nou, uh, volgens mij, zit er een wietplantage in die ene flat.’
Degene die dat zegt, zou het gezien zijn verleden best eens kunnen weten.
‘Oh, vandaar dat ik af en toe zo’n wietlucht ruik, ik vind het toch zo stinken hè maar mijn dochter vindt het lekker ruiken.’

Tegen de bejaarde die dit zegt, meent degene die niet geheel onschuldig is te moeten opmerken dat hij in elk geval niets ruikt omdat hij elke dag naar zijn werk gaat. Hetgeen best waar zou kunnen zijn in zijn geval als vader van drie inmiddels. Daar verlies je soms je wilde haren wel door.

Een crimineel in camouflagepak wordt in de handboeien afgevoerd, maar er schijnen nog vijf boeven rond te lopen op het dak of in een van de flats. Het voelt alsof ik in een van de FBI series ben beland waarnaar ik zo graag kijk.
‘Nou, beter nu dan morgen als de kleinkinderen komen logeren,’ merkt een oudere dame op.
‘Het is net herfstvakantie verdorie.’
Daar ben ik het mee eens. Als de rust is weergekeerd, gaan de buurtbewoners weer naar binnen.

Als ik de volgende dag de hond uitlaat zie ik een RTV wagen staan met een regisseur erbij die twee andere heren aanwijzingen geeft wat en hoe er moet worden opgenomen. Het is wachten op de regionale zenders en de streekbladen nu. Vier dagen later is het zover. Vijf Bulgaren en een Irakees, allen zonder vaste verblijfplaats zitten vast. KWEKERIJ OPGEROLD kopt de streekkrant.

Schrijver: Anneke Haasnoot, 21 oktober 2016


Geplaatst in de categorie: actualiteit

4.0 met 2 stemmen 97



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)