Inloggen
voeg je hartenkreet toe

Hartenkreten

JENNEN

Ze was al vrij snel na het huwelijk zwanger geraakt. Met zijn eerste vrouw, met wie hij tien jaar getrouwd was geweest, had hij nooit kinderen gekregen. Die stierf al jong aan kanker en ja, hoe gaat dat dan in een klein, geïsoleerd vissersdorpje. Er was niet zo heel veel keus, dus koos hij voor de vrijgezelle vrouw van dertig die later mijn oma zou worden.
Rond 1920 werden er vrijwel direct achter de duinenrij nieuwe woningen gebouwd. Ook koopwoningen. De familie van zijn eerste vrouw zat blijkbaar goed bij kas, net als hijzelf, dus koos men ervoor in dezelfde rij te gaan wonen. Broers en zussen van zijn eerste vrouw, werden op die manier dus ook buren, naaste zelfs en dat alles voor pakweg 4000 gulden.
Toen hij weduwnaar was geworden, kreeg hij van alle kanten hulp, waarvoor hij, als zelfstandig ondernemer, want visventer, meestal uitvoerig bedankte met klinkende munt. Daarin kwam verandering na zijn tweede huwelijk met dus al snel een kind op komst. Dat zijn nieuwe vrouw liefdevol geaccepteerd dan wel opgenomen zou worden, daarvan was geen sprake. In plaats van hun zwager zijn nieuwe geluk te gunnen, hij was immers nog maar een dertiger, leek zijn voormalige schoonfamilie het hem het liefst te willen ontnemen en wel zo snel mogelijk. Er werden vuilnisvaten geleegd over de schutting en men presteerde het zelfs zijn nieuwe, zwangere vrouw op de gekste momenten flink te laten schrikken. Op zondag zat men dan weer vroom te zijn in de kerkbank. Wat een lef. Wat een godvergeten klootjesvolk.
Het verbaasde mij dan ook niet te horen dat de jonge moeder nerveus en schrikachtig werd en een vrij zenuwzwak kind baarde, zeg maar gerust een zenuwlijder en daarbij zelf ook psychisch schade opliep, zoals zoveel mensen die gepest werden en worden.
Was het rond 1925 en lang daarvoor al zo, anno 2012 is het kwaad nog steeds niet uitgeroeid, getuige de zelfmoord van de twintigjarige Tim Ribberink onlangs. Hij kon het jarenlange getreiter niet meer aan. Wat ligt er toch ten grondslag aan het judassen? Er wordt getergd door kinderen op school, door volwassenen op het werk, door buren onderling en het komt voor bij zowel hoog- als laagopgeleiden.
De nieuwste uitwas is het cyberpesten, dat ook in Nederland al tot een moord leidde. Een veertienjarige jongen stak naar aanleiding van een meidenruzie op Internet in opdracht van de een de ander neer en verwondde zelfs de vader van het slachtoffer. Celstraffen en t.b.s. zijn inmiddels opgelegd, maar de vader van het overleden meisje vindt de straffen veel te laag. Kan er aan deze zieke pubers echt nog afdoende worden gesleuteld?
Pesten kan zo subtiel gebeuren dat het nauwelijks te bewijzen valt, maar kan ook gepaard gaan met grof geweld, zowel fysiek als verbaal. Goddank schijnt er licht aan het eind van de tunnel: boeken, brochures, hulplijnen, slachtofferhulp, anti-pest programma’s, workshops, trainingen. Er lijkt steeds meer aandacht voor het fenomeen te komen. Pesten schijnt ook niet cultuurgebonden te zijn, maar iets universeels. Denk aan de ‘engel en het beest’ in ieder van ons. Tel daarbij de rotte appeltjes in tal van mandjes op. De laatste zijn met weinig, maar maken velen het leven zuur. Soms zijn ze van buiten mooi glanzend, maar binnenin: oei, kronkelende wormen, een beurs klokhuis, pitten, waarin de schreeuw van Munch en het reptielenbrein ongezien vastzitten.
De interactie tussen slachtoffer, dader, meeloper en de zich afzijdig houdende zou duidelijk gemaakt moeten worden aan alle betrokkenen. Wanneer deze zich bewust zouden worden van hun gedrag en wat dit oproept in de ander, zou dat veel ellende voorkomen. Blijft het gissen waarom de dingen zo uit de hand kunnen lopen. Is het, zoals de Zuid-Afrikaanse dichter Gert Vlok Nel zo mooi verwoordt in het gedicht Bom, een reactie op het feit dat ouders hun kinderen bij wijze van spreken van Jezus, feeën en prinsesjes vertellen? Terwijl de magische wereld van het kind op een gegeven moment explodeert in de rauwe werkelijkheid? Alles van waarde is weerloos. De vernietigingsdrang ligt altijd op de loer. Ik stuk? Dan jij ook! Een ding is zeker. Ethiek en grens en pedagogiek zijn in gevaar. De scheidslijn tussen krankzinnig en psychisch gezond is brozer dan ooit tevoren. De mens is in wezen niets meer dan een omhooggevallen zoogdier. Deze tweevoetige primatensoort heeft, ondanks de vele spirituele en geestelijke leiders die hij voortbracht, nog een lange weg te gaan.

Schrijver: Anneke Haasnoot, 16 november 2012


Geplaatst in de categorie: maatschappij

4.2 met 12 stemmen 183



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)