Inloggen
voeg je hartenkreet toe

Hartenkreten

Even geglimlacht

Niet iedereen associeert mij met mijn beste werk ooit geschreven 'De fictieve brieven van Arthur Rimbaud', in 1998 uitgegeven bij de elitaire uitgeverij Umbra, destijds gevestigd in Maarssen. Uitgerekend alweer ruim veertien jaar geleden. Ik vraag me zelfs af of mensen, die het willen kopen, er nog aan kunnen komen. Ik zag dat het bij Bol.com is te bestellen, maar gezien de erudiete leesstof zal het hoogstwaarschijnlijk niet storm lopen. Ik heb trouwens nooit een cent eraan verdiend. Mijn uitgever werd zwaar depressief en kapte ieder contact, terwijl hij mij nog een prachtige dichtbundel voorspiegelde, getiteld 'Hommages', met dik kaft en omslag en groot formaat. Ik ben nog onverwachts bij hem langs geweest om te polsen hoever het ermee stond. Hij toverde zalvende woorden uit zijn trukendoos, terwijl hij de gedroogde BH's van zijn vrouw van de waslijn haalde en mij trots zijn vijver liet zien. Thomas Rosenboom kreeg op de televisie een literaire prijs en hij was vol lof. Ik minder, wat hem verbaasde. Ik kreeg thee, niet eens een pint. Ik had zijn dure fotoboek over Arthur Rimbaud teruggebracht, maar achteraf gezien had ik dat nooit moeten doen. Evenmin had ik hem een eerste exemplaar van 'Saturnus' van Jan-Jacob Slauerhoff moeten sturen, want dat verdiende hij geenszins en het was mijn laatste, dolle troef om 'Hommages' in de boekwinkelschappen te krijgen. Uitgevers zijn gewiekste dieven! Ik had achting voor hem, omdat hij had samengewerkt met Johan Polak, maar zijn botte stilzwijgen tartte alle vermogens tot sympathie. In gedachten stuurde ik bommenwerpers op hem af en vliegensvlugge ninja's. Ik vond zijn hasjgebruik maar dandyistisch en benepen vulgair. Hij heeft nooit het belang begrepen van 'Hommages' en ook niet de baanbrekende reikwijdte. Tja, hij stortte blijkbaar in en dan houdt alle ambitie op. Ik zie mij nog staan op een koud station Hilversum, met zijn Rimbaud-boek in mijn bibberende klauwen. Een schrale troost voor een illusie armer. Ik was beetgenomen, maar dat besef ik nu pas.

Ik googelde even naar 'De fictieve brieven van Arthur Rimbaud' en ik stond verbaasd over de hoeveelheid informatie en zelfs antiquaire verkoopacties. Ik vond mijn naam terug onder andere Rimbaud-schrijffanaten als Boudewijn Büch, Guus Luijters, Hans van Pinxteren, Rene Zwaap, Enid Starkie, G. Robb en Philippe Besson. Ik overdrijf niet als ik zeg, dat mijn schrijfwerk dat zeker heeft verdiend. Ik ken de achtergrond van het werk en ik verzeker jullie dat dat niet mis is. Het is een samenballing van wie Rimbaud werkelijk was. Nogmaals, door hemzelf ingegeven. Uit wederzijds respect. Met dezelfde middelen die hij hanteerde. In dezelfde geest van rebellie. Ik glimlachte even, omdat mijn topwerk een eigen leven is gaan leiden en dat deed mij goed. Beter is er niet uit mij te persen. Daardoor ben ik de Mont Parnassus spontaan afgegleden. Opgelucht en eindelijk totaal relaxed.

Maar ik vraag me wel af of mijn ex-uitgever, inmiddels knorrend in een bejaardentehuis, getergd door koffieleurende beauty-queens, zich niet af en toe afvraagt of hij toch 'Hommages' had moeten doorzetten, want het boekje over Rimbaud boerde tenslotte ook formidabel. Nee, steek de winst maar... Sommige schrijfkunst moet nu eenmaal eerst rijpen bij het ongeduldige leespubliek. Ik keek nogmaals naar de herhaling van mijn naam en ik glimlachte even, even heel sardonisch, als een vermolmde smurf. Arthur Rimbaud verscheen aan mij en hij omhelsde mij, terwijl hij zei, dat hij van mij houdt!...

Schrijver: Joanan Rutgers, 17 december 2012


Geplaatst in de categorie: psychologie

-1.0 met 1 stemmen 1.073



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)