Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

De rode Ferrari

Het gaat goed met Woemi’s kleine neefje. Elf jaar is hij, en nu al heeft hij zijn grote passie gevonden: zingen. En hoe. Ze hebben hem weer gecontracteerd voor tien keer ‘Tarzan’. Eigenlijk is hij een centimeter te groot. Dat ziet geen hond, alleen een kniesoor die daar op let. Het belangrijkste: zijn stem. Zijn kornuiten, ook Tarzankids van het eerste uur hebben de baard in de keel.
Hij mag een stem inspreken in een tekenfilm. Verdient goed. Voor een uurtje zit de jongen van Woemi zowat een dag achter de kassa.
‘Later koop ik een Ferrari’
‘Dan moet je nog wel heel wat sparen’ lachen ze.
‘Een rode’. Zijn ogen glimmen, een echt kind nog, een echte jongen. Gelukkig.
Hij is de trots van de familie, grootouders Charlotte en Cornelis voorop. Zullen ze nog meemaken dat het een grote ster wordt? Ik waag het te betwijfelen. Charlotte laat zich door het al overal knallende vuurwerk niet van de wijs brengen. Het is kerstavond. En daarna denkt ze dat het de verjaardag is van de gastvrouw. Dan weer is ze iets kwijt wat ze helemaal niet heeft meegenomen.
En Cornelis? Moeizaam schuifelt hij voort van stoel naar toilet. De plaspillen maken zijn leven tot een kleine hel. Samen zijn het net twee omgevallen bomen, tegen elkaar aangeleund nog enigszins overeind staand. Het verval is onontkoombaar, onafwendbaar, genadeloos ook. Maar op zo’n avond zoals deze doen we ons best dat niet te zien, lachen maar wat om de vlekken die opa maakt op zijn ooit goeie goed, en verbloemen de missers van Charlotte.

En als het over vroeger gaat leeft Charlotte op. De oorlog, de reis in de goederentrein naar Friesland, het koele welkom. Geen detail is ze vergeten, na 65 jaar. De vernietiging van het huis in een gericht bombardement, de beschieting van de trein, maar vooral die ene zin, haar haast toegebeten in die vreemde taal: ‘Ik moet gene mem met een lytse poppe’. Dat heeft ze nooit begrepen. Bij moeder Anna stond de deur altijd ‘los’.
Ik word afgeleid. Heb het verhaal al te vaak gehoord.
Luister stiekem mee met Cornelis, die ondervraagd wordt door neefje. Hij wil alles van zijn opa weten. Hoe snel het licht gaat. En het geluid. Hoeveel sterren er zijn. En of er nog meer is, dingen die je niet kan zien. Cornelis, die gelooft, blijft eerlijk.
‘Dat weten we niet jongen’
‘Maar op alle vragen is toch een antwoord?’
‘Nee, we hebben niet op alle vragen een antwoord’

Misschien wordt hij wel helemaal nooit een grote ster. Blijft het gewoon bij deze ene keer. Komt hij in een koor of in een bandje, mag hij zingen op bruiloften en partijen. Komt er nooit een Ferrari. Krijgt hij een gewone Citroen Break. Handiger om zomers volgestampt met kinderen, luchtbedjes, vakantieboeken en andere zooi met de meute mee naar Italië te rijden.
‘s Avonds laat, als het kleine spul eindelijk ligt, kijkt hij met zijn Woemi naar de sterren.. Dan begint hij zomaar te zingen: ‘Alles leeft onder dezelfde sterren. Een huis, een hemelboog, een gezin. Jij woont in mijn hart, heel diep in mijn hart.’

Een gelukkig 2008.

Schrijver: jorrit, 1 januari 2008


Geplaatst in de categorie: heelal

3.8 met 13 stemmen 1.799



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)