Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Crisis

De zon gaat onder. Al vroeg, in deze tijd van het jaar. De man van de Keukenprins staat voor de deur van zijn winkel en kijkt. Smits heet hij. Adriaan Smits, Arie voor vrienden en bekenden. Normaalgesproken heeft hij geen tijd om naar de zon te kijken. Maar nu, in deze tijden van crisis.

Ach, elk nadeel heeft zijn voordeel. Had hij ook maar zo kunnen voetballen. Nu was het eerste van EDO het hoogste. EDO, zou het nog bestaan? Ooit speelden ze betaald voetbal, in de tweede divisie. Verdiende je ermee. Niet dat het genoeg was, vandaar die Keukenprins.
Vandaag niks verkocht, gisteren niks verkocht, zo heeft hij het in tijden niet meegemaakt.

Zo maak je nog eens wat mee. Zijn buurman, Hans de kapper, is wat slimmer geweest. Die heeft net op tijd verkocht. Aan een jong en enthousiast ding. Ze gaat er wat van maken. Een hippe modieuze zaak voor jonge vrouwen zoals zij. Francesco zal haar bijstaan. Een leuke gozer, iets ouder dan zij, met een vlotte babbel. Te vlot, wat mij betreft.

'We gaan breken en bouwen' zei ze me laatst nog. Ik stond met Mischa wat achterin gedrukt op een propvolle afscheidsreceptie. Dertig jaar buurtkapper, dan heb je heel wat ouwe wijfies als fan. Ik had nog graag een keer met hem willen lullen over onze grootste plannen. Op de fiets, onze gezamenlijke passie. En maar dromen, over grote reizen. En ondertussen maar wassen, verven, knippen en föhnen. Santiago, Roma, alles zouden we gaan doen. Ik met Mischa, hij met zijn Frida.

'Zijn jullie weer?' Iedereen weet het wel, dat we uit elkaar zijn. En zo, zo'n afscheid van onze kapper, dat moeten we maar samen doen. Hans is te druk met zijn vrouwtjes. En dus praten we maar wat met de jonge opvolgster. En dromen mee. Daar, langs die muur komt een paarse canapé te staan. Paars, en opvallend. Voor als je even moet wachten. En in plaats van die slappe bakjes troost komt er natuurlijk een echte café macchiato. Ik zie de dames al nippen aan hun koffie terwijl de krulspelden worden gezet.

Hans is weg. Het jonge ding heeft het overgenomen. Ze knipt me best en is niks duurder. 'Ga er nou maar gewoon heen, geef dat meisje een kans' heeft Mischa me bevolen. Nog geen tekenen van een rigoureuze verbouwing, zelfs geen paarse bank. Woemi en ik zagen 'm staan, zo'n ding, bij Piet Klerkx, model Dilian, stof Puccini, ook mooi in kleur 22 rood. We ploffen erop neer. 'Kan je er lekker ook op liggen?' Nu ze gekweld wordt door lage rugpijnen kan niets haar meer van haar meest geliefde bezigheid, liggen, tegenhouden. Ja, ligt ook heerlijk. Maar het aanbiedingsprijsje loopt toch alweer tegen de duizend Euro. Nog maar even mee wachten, verstandig. Zelfs de koffie is even vies lauw en slap als voorheen. Zoals ie moet zijn bij een doodgewone buurtkapper.

Toen ik van de zomer weer eens in Ilpendam was er ook nog geen steek veranderd. Wat had ie een grootste plannen, de schipper. De enige noviteit die ik zie is de verkoop van blikjes en snoep vanuit zijn hokje aan de wal. Uit mededogen koop ik een blikje. Over datum. Niet zo erg als bij Charlotte, maar toch. De schipper kijkt nors en stuurs voor zich uit, heeft overduidelijk geen zin in een praatje. Is het dromen verleerd. Moeilijk ook, als het hoogzomer is en er geen zon en geen horde veelspenderende toeristen te bekennen is. Die is het dromen alweer verleerd vrees ik.

De zon is bijna onder. De Keukenprins drukt zijn sigaret uit en wil naar binnen gaan. Het leuke jonge ding lachte blij toen ik zei: 'tot een volgende keer'. Tenminste een klant behouden. Ik heb zin om nog iemand gelukkig te maken. Waarom, Joost mag het weten. Omdat de zon zo mooi rood aan het ondergaan is, of omdat dat ze dicht tegen me aan leunde bij dat knippen.

'Een keuken voor vijf, doe je daar aan?' vraag ik. Arie lijkt me iemand voor het duurdere segment.
'Dat hangt ervan af wat uw eisen zijn meneer' zegt hij voorzichtig.
'Niks bijzonders' zeg ik naar eer en geweten. Als ik die canapé nu afbestel bij Piet Klerkx en de bank de rest laat betalen moet het kunnen heb ik al uitgerekend.

Veel verder dan z'n kaartje en een gids komt het niet. Zijn we al weggedroomd, over een wedstrijd die hij ooit speelde tegen De Kromme, en bijna won. Ik moet erbij geweest zijn, als kleine jongen, realiseer ik me. Toen was voetbal nog voetbal en geloofde je oprecht dat wielrenners geflikt waren als ze betrapt werden op het gebruik van doping.
'Weet je nog, van dat kalfsvlees met bobbeltjes, van onze eigen Jopie?' Ja, dat weet ik nog. We lachen om zoveel onnozelheid. Volgend jaar fietsen we naar Santiago. Hans met zijn Frida, ik moet nog even wat verzinnen om Woemi. Langzaamaan begint het buiten donker te worden.

Schrijver: jorrit, 17 november 2008


Geplaatst in de categorie: maatschappij

4.1 met 9 stemmen 449



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)