Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Jong geleerd...

Het gebeurde in het jaar 1956, juist in de donkere dagen voor de Kerst. Ik werkte toen, 21 jaar oud, nog maar net een paar maanden bij een kleine manufacturenzaak, waar men echter ook bedden, tapijten en vloerbedekking verkocht.
Als jonge etaleur deed ik mijn werk in twee van de in totaal vier filialen. Het bedrijf werd voornamelijk gerund door de oudste persoon van drie familieleden, directeur Thomas, door ons kortweg “de baas” genoemd. Hij was altijd keurig gekleed in een deftig pak met fijne krijtstrepen, dito vest, een altijd kraakhelder wit overhemd met een smaakvol erbij passende stropdas. Naar de klant toe was hij innemend en beminnelijk, naar het personeel toe doorgaans nors, streng, wantrouwend en hield hij het werktempo hoog. Hij betaalde geen cent meer dan het minimumloon en hij draaide voor elke noodzakelijke uitgave eerst elke cent eerst nog een paar keer om. Met zijn krenterigheid overtrof hij wellicht nog Dickens’ Ebenhaëzer Scrooge!
Op de meest onverwachte momenten dook hij uit het niets op, betrapte ons bij het lanterfanten en kon hij vloeken als een bootwerker (met alle respect voor deze juist hardwerkende lieden). Ook was hij kampioen in het ‘snelpraten’, waarbij hij steeds de helft van de woorden inslikte. “As de gesmeerd bliksm naarme k’toor – kamme nie schele hoe j‘r kom!”

Hij en alle personen van het personeel waren katholiek, velen bezochten elke zondag een kerk en allen baden voor elke maaltijd. Daarom was hij met zijn gevloek en grof taalgebruik niet bepaald een lichtend voorbeeld voor ons.

Onze concurrent, die 800 meter verderop gevestigd was, had in de laatste week voor Kerstmis een Kerstman ingehuurd. “De baas” kon natuurlijk niet achterblijven en deed hetzelfde. Bovendien zat er in één van onze etalages in een soort ondoorzichtige telefooncel een sneltekenaar, die door een kijkgaatje personen observeerde en van hen een cartoon met viltstift op een vel wit papier vastlegde. Van buitenaf zag men zodoende achter een ruit ter grootte van een hedendaagse tv een beeltenis ontstaan. Dan verscheen er een geschreven uitnodiging om de prent in de winkel gratis af te halen.

De Kerstman zetelde binnen in de tapijtafdeling op een door ons in elkaar geknutselde rendierslede. Bij een besteding vanaf tien gulden konden peuters en kleuters met hem op de foto. Op een middag kwam er een jonge moeder met een naar schatting driejarige peuter bij de Kerstman. Een uitnodiging om op de schoot van de goede man plaats te nemen weigerde het kereltje steevast. “Wil niet” jengelde het. Moeder probeerde de tactiek van overreding: “Toe nou Teuntje, wees eens lief; krijg jij straks een cadeautje”. Eindelijk zat Teuntje dan meesmuilend op de schoot van de Kerstman, maar wilde noch naar hem noch naar de camera kijken.

“Kijk nou, Teuntje, er komt zo een vogeltje uit het toestel” – “Dootje hebbe” krijste het kind onophoudelijk, tot wanhoop van bijna iedereen. “Eerst op de foto en dan zien we wel verder” besliste moeder nu resoluut. “Niette dootje… ? HOTSEHOMME!” gilde het ventje en wurmde zich los uit de houdgreep van de Kerstman. De kleine zette een spurt in, kris kras door de winkel. Moeders hoofd kleurde nog roder dan het pak van de Kerstman, zij rende het kereltje achterna onder het gebiedend roepen van: “Teun! Kom hier! Teuntje, toe nou….

“De baas”, de weledelgestrenge en altijd norse man, vond het geheel meer dan vermakelijk. Hij zeeg, dijenkletsend en hinnikend op een stapel karpetten neer. Hij herhaalde het ‘HOTSEHOMME’ keer op keer in ‘grote mensentaal’, waarbij het meest opvallende was, dat hij niet één keer ook maar één lettertje inslikte.

Tot een volgende keer.

Schrijver: Günter Schulz, 18 december 2009


Geplaatst in de categorie: kerstmis

3.5 met 8 stemmen 682



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Eva Mensch
Datum:
20 december 2009
Erg leuk verhaal Günther.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)