Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Engel en sirene?

Het is zo'n veertig graden Celsius, wanneer Erik in Olympus arriveert. Zijn broek is vuil van het stof en enkele wijnvlekken. Hij veegt met zijn linkerhand het zweet van zijn voorhoofd.
In de verte bespeurt hij een kampeergelegenheid, paradijselijk, hippie-achtig. Er liggen mensen op banken, met overal kleden en mysterieuze siervoorwerpen. Houtsnippers op de grond. Een grappig hondje jaagt op de kuikentjes. De gezette baas begroet hem uitbundig, zwaait met een grote vis heen en weer, of Erik misschien honger heeft. Hij neemt liever spitkip en verkwikkend bier.
Aan de eettafel begint hij letterlijk te vreten en hij zuipt zijn bier op. De sfeer is rustgevend, dufmakend, hij geniet volop van deze welverdiende oase.
Rechts van hem ziet hij een jonge vrouw naar hem kijken, ze vertoeft in een andere dimensie, een hogere geestenwereld, kijkt niet echt. Ze is bijzonder mooi, wat haar dubbel aantrekkelijk maakt, een Indiaanse vrouw qua kleding en inborst. Een zuiver, verstild gezicht als een beeld van een Griekse godin. Haar schone lichaam is verborgen.
'Ik wil met haar praten, wil weten wie zij is!', denkt hij. Twee oudere mannen met een trom en een lier beginnen vrolijk te spelen. Turkse mensen lachen en dansen, buitenlandse toeristen volgen. Erik drinkt en lacht, genietend van de spontane openheid die hier heerst, hij waant zich in een andere eeuw, veel vriendelijker, ver van de moderne onechtheid en overbeschaafdheid.

Opeens ziet hij de jonge vrouw weer, ze danst tussen de anderen, zwoel en fier, uitdagend. De volgende ochtend verlangt hij naar sloten koffie en een stevig ontbijt. Dan ziet hij opeens de jonge vrouw in een sexy badpak verschijnen. Hij proest koffie terug in zijn beker, zijn hart bonst in zijn keel, zijn hoofd wordt rood van opwinding en schaamte, maar zichzelf vermannend zegt hij: 'Hallo?, ja, u, ik, eh, ik wil u vragen of ik met u mee kan lopen naar de zee, het is voor het eerst en...'.

Verder komt hij niet, want ze knikt ja en zegt: 'Natuurlijk, ik heet Helena en hoe heet jij?'. 'Ik heet Erik'. 'Ik wacht nog op mijn vader', zegt ze. 'Ja', zegt hij en zakt door de grond van teleurstelling en ontreddering. Haar vader is een merkwaardige man, een rare gloed uitstralend, maar hij let meer op de sensuele bewegingen van Helena. De wandeltocht naar de Middellandse Zee gaat langs de ruïnes van Olympus, overgroeid door planten, net zo intrigerend-macaber als die stad onderin de zee, waar hij in een roeibootje overheen vaarde. 'In een vorig leven heb ik hier gewoond', zegt hij.
Helena kijkt hem doordringend aan en ze zwijgt. 'Ik voel het!', zegt hij. Op het strand liggen ze naast elkaar, met Helena in het midden. De bloedhete zonnestralen drijven Helena en Erik al snel het water in, de vader lijkt te slapen. Ze zwemmen om een houten zeiljacht heen. Helena kijkt angstig naar het strand.
'Waarom wil jij met mij zwemmen?', vraagt ze.
'Omdat ik je aardig vind'.
'Maar je kent me niet'.
'Intuïtie, ik voel wie je bent'.
'Kom eens!'.
'Helena, ik...'.
Hij streelt haar frisse borsten, verder durft hij niet te gaan, zij smelt echter weg als roomboter in een koekenpan. Later op het strand roken ze samen een sigaret, de vader drinkt een laatste slok bier en hij vraagt of Helena mee terug gaat naar de camping.
Erik blijft verweesd achter, voelt zich beroerd, maar de herinnering aan haar tongzoen doet hem nog blozen. 'Het belooft wat vanavond!', denkt hij.

Langs de zeelijn loopt een Turkse vrouw met een zwarte paraplu tegen de zon. Hij droomt van vrijen met Helena. Die avond; flink veel dansen en muziek/dans van het markante duo. De zanger lijkt een eunuch. Erik lacht en bestelt bier na bier. 'Waar blijft Helena toch, ze zal toch niet vertrokken zijn?'. Zij noch haar vader zijn te ontdekken. Hij neust rond en ten einde raad vraagt hij de baas waar ze zijn.
'Helena and father live in Istanbul, went away, today, crazy!'.
'Why crazy?'.
'Paid for two week, staid only one week!'.

Meer bier dan maar. 'Istanbul? daar leven meer mensen dan in heel Nederland!'. Jaren later leest Erik, inmiddels gelukkig getrouwd, hevig geschrokken, in een klein kranten-artikel: 'In een rijke wijk in de binnenstad van Istanbul heeft een notarisdochter, ene H. Çiller, haar vader vermoord met een pistool. De geslachtsdelen van het slachtoffer werden teruggevonden in de vrieskist. Notaris Çiller was al jaren weduwnaar en naar het schijnt heeft hij van zijn dochter zijn ( overleden) vrouw willen maken. De politie vermoedt dat zij jarenlang door haar vader seksueel misbruikt is en vooralsnog is zij ontoerekeningsvatbaar verklaard. Inmiddels is zij onder psychiatrische behandeling gesteld. Strafrechtelijke vervolging zal uitblijven.'.

Erik knipt het artikel uit en hij verbrandt het op de zolderkamer. Een oerkreet weergalmt door de ruimte. 'Ze was zo mooi', snikt hij, 'çok güzel!'.

Schrijver: Joanan Rutgers, 21 december 2009


Geplaatst in de categorie: verdriet

5.0 met 3 stemmen 385



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)