Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Bij een minnares in de biechtstoel (11)

Een van mijn grijze broeders kende vele verzen van hem uit het hoofd, die reciteerde hij dan aan mij, in de hoogste kamer van het klooster.
Een geweldige kerel en dol op klassieke muziek, wat hij daar in zijn eentje beluisterde, nogal luid, want hij was wat doof.
Iedere week was er een avond met het beluisteren van een klassieke elpee, dat gebeurde onderin het klooster tussen de duizenden boeken, ik heb daar ongelofelijk goede herinneringen aan.
De pater, die dat verzorgde, was uiterst kundig, een engel en hij leek sprekend op Hesse. Nu hij gestorven is, mis ik hem dubbel, want de Duitse Hesse mis ik ook.

Wij luisterden bijvoorbeeld naar 'Eroïca', de derde symfonie van Beethoven. Ik was al helderhorend, maar mijn oren slurpten alle klanken op als alcohol, als de betoverende rondingen van vrouwen, als God zelf.

Klassieke muziek raakt de diepten onder de diepten. Nergens heb ik zo intens naar muziek geluisterd als daar, met vaak een handjevol monniken, in doodse stilte, vol aandacht, nauwelijks bewegend, met een krakende pick-up van het dubieuze merk 'Demon'. Daar gaf ik me volkomen over aan mijn bloeddorstige melancholie. Daar zonk ik weg in de stevige armen van de Oermoeder. Daar had ik rust.

Ik droomde van jou en ik werd één met jou, yin en yang waren in perfecte harmonie. Er was tevredenheid in onze samensmelting. Ik flitste van de ene ingeving naar de andere ingeving. Ik liet me pijpen door een Vrouwelijke God. Ik neukte met jou tussen de kuikentjes en onder de warme lampen en in die verstikkende lucht. Na de muziek dwaalde ik vaak nog doelloos rond, eindigend in een boek, dat naast mijn bed had gelegen, denkend aan jou, mezelf aftrekkend met een parate zakdoek erbij en achterover vallend, lusteloos, doods.
'Maar jij, Narziss, hoe wil jij ooit kunnen sterven, als jij niet eens een moeder hebt? Zonder moeder is het onmogelijk om lief te hebben, zonder moeder is het onmogelijk om te sterven', aldus Hermann Hesse.
En ik had geen moeder gehad, ik kon dus onmogelijk sterven, ook al werd ik steeds meer aangetrokken door de moederlijke troostsferen van een kil einde, menselijk gezien. Sterven met jou, ja, dat was wat geweest, een Romeo en Julia op het Hollandse platteland, het liefst in de lente, tussen de kleurrijke tulpen. Jou nog eenmaal nemen en dan sterven. Jij nog eenmaal mij ontvangen en dan sterven. Sterven aan een onverzadigbare genotzucht. Ach, paradijsvogeltje, pure donquichotterie, dit heeft geen enkele zin. Het is wel donker tussen jouw schaamlippen en als ik dromend ben klaargekomen ervaar ik werkelijk 'le petit mort', ik knoopte de eindjes aan elkaar en op den duur, zo vertrouwde ik, vond ik wel 'le grand mort'.
Voor mij stond de dood destijds synoniem voor het totale klaarkomen, het totale orgasme, het totale eenworden. En wel met jou, want jij werd de dood voor mij. Ik maakte nu eenmaal grote vergissingen. De dood was God en God was jij en jij was de dood. Logisch dat ik dood wilde, ik wilde jou!
Ik was het paard uit de beginscène van 'De non van Monza', ik wilde je grofgezegd ongekend suframmen! Bij wijze van spreken. Vanuit een teder verlangen. Ik zocht verlossing van mijn psychische lijden. In die tussentijd was er nog een penvriendin, met wie ik erotisch getinte brieven uitwisselde, ik beloofde zelfs met haar te trouwen, wanneer ik uit het klooster ging. Ik draaide werkelijk compleet door. Ook haar met zwarte krulschaamharen omkransde heiligdom zweefde herhaaldelijk door mijn dromen. Ze is zelfs in het klooster op bezoek geweest, maar ik heb haar in heftige neerslachtigheid en psychische duisternis bruutweg hardhandig afgewezen, dat is misschien goed voor je om te weten.

Een voorbeeld: mijn vader had een dode merel uit de vijver begraven. Ach, weet je, dat soort informatie was funest voor mij, ik zag altijd overal symboliek in, ik was natuurlijk die dode merel en mijn vader wilde mij beeldend vertellen hoe ik eraan toe was, aangezien ik niet meer in staat was tot zelfreflectie. Ik schreef: 'De remedies bestaan niet, stelletje kreukel-makers, je zult zien, ik zal niet makkelijk zijn, maar jullie zullen winnen, of je kunt me wel in een of ander hokje duwen of het gelukt jullie mij te vermaken, om te vormen tot psychopaatje. Reken maar dat ik dan de dood kies, het verderf, de eeuwige lust.'
Zelfs de Schotse psychiater Laing kon mij niet oppeppen, logisch, want hij maakte zichzelf van kant. Ik stortte mij wederom in de droomwerelden van romans en poëzie. Maar ook daar vond ik veelal neerslachtigheid en cynisme. 'Mijmeringen! hoe bedriegen zij mijn ziel, hoe ik droeve aan haar groeve eenzaam kniel!, aldus Louis Couperus.
En Henri Le Saux wist me te zeggen: 'Wie Zijn aanwezigheid zoekt, komt om als de vlinder in de kaarsvlam.'
Ik denk dat dit zo'n jaar na de slaappillenaffaire wederom gebeurde, maar dan extravert, als een vulkaanuitbarsting, die mijn vader al mijn jeugdjaren rokend en geregeld exploderend uitbeeldde. Ik volgde de evolutie. Darwin had gelijk, beesten waren we, gemaskeerde beesten. Ik was een geil hert, dat verlangde naar jouw geile vrouwelijkheid. Het is niet meer noodzakelijk om dat intellectueel te verbloemen, op te poetsen.

Schrijver: Joanan Rutgers, 22 januari 2010


Geplaatst in de categorie: eenzaamheid

3.2 met 4 stemmen 219



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)