Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Reisgenoot

In Parijs maak ik een kort praatje met het meisje van de bediening. Ze komt uit Rusland, blijkt, en kent haar talen. Ik ook.
Ik zeg een aantal dingen in het Russisch en ze moet lachen.
Een raar fenomeen is dat; thuis, waar iedereen dezelfde taal spreekt is het van geen belang. In het buitenland kan een gemeenschappelijke taal direct een band scheppen, sterker nog, men is bereid sneller bepaalde vooroordelen te laten varen; het is een táálgenoot.
Tragisch is het wanneer je zoals ik eens twaalf uur naast een vriendelijke jongeman hebt gezeten, en dat communicatie onmogelijk bleek.
Ik zat in een bus, op doorreis door Europa en onderweg stapte de jongeman in.
Zijn ouders, denk ik, oude mensen en emotioneel, zwaaiden hem uit en hij leek zeer opgewonden en blij; zijn tassen gooide hij enthousiast in de bagagerekken, hij liep het gangpad op en neer, keek de bus rond als was het zijn eerste, schudde de hand van de chauffeur en zwaaide een laatste groet naar de familie door het raam.
Hij keek niet echt meer.

Hij plofte naast mij neer, schudde mijn hand en riep in mijn gezicht zijn naam.
Dit verstond ik moeilijk; de jongeman leek, behalve dat hij in een mij volslagen onbekende taal sprak, ook een licht spraakgebrek te hebben.
Dat bemoeilijkt de zaak, dacht ik.

In dat soort situaties ben ik realistisch; we kunnen niet communiceren, dat is dan maar zo; daarbij kan ik mij gerust uren achter elkaar in diep zwijgen hullen, héérlijk kan ik het vinden om niet te hoeven praten!

Mijn jonge reisgenoot echter niet.
Hij gaf het niet op en liet een slap kaartje, zijn reisbewijs, bezweet van het lang in zijn hand houden, zien. Zijn eindbestemming was Brussel.
Dat is nog twaalf uur ver, dacht ik, en probeerde hem dat duidelijk te maken. Ik wees op de tijd die aangegeven stond op zijn kaartje en maakte een slaapgebaar. Daarmee bedoelde ik dat we ook nog moesten overstappen op een andere bus, waarin we met meer ruimte, in staat waren om te slapen. Dat kwam niet over.
We begrepen elkaar niet, geen woord, en de meer hij praatte, de minder ik begreep van de taal, en van hem. Meestal ga ik er, in soortgelijke situaties, na enige gewenning wel iets van begrijpen maar dit ging van weinig naar niks.
Uiteindelijk gaf hij het op, onder protest leek het. Hij wilde zo graag en ik vond het wel tragisch.
Ik pakte mijn boek; héérlijk!

Schrijver: michel reining, 30 maart 2010


Geplaatst in de categorie: humor

2.3 met 3 stemmen 167



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)