Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Gestrand aan de onderkant

Willem heeft alle films met Al Pacino gezien, hij kan altijd nog een soort gangster en drugsdealer worden, denkt hij, voor als zijn baantje bij de plaatselijke supermarkt mislukt. 'Je gaat maar schappen vullen!', zei zijn vader, 'als je te lui bent om te leren, dan moet je maar met je armen aan de slag!'. 'Ik ben niet te lui, maar die gevoelloze kennisoverdracht brengt mijn energiebalans uit evenwicht!', had hij geantwoord. 'Je wát? ik zou je een schop onder je kont moeten geven, wijsneus!' 'Straf is een groot kwaad, het houdt de vicieuze cirkel van geweld gaande', had hij nog gezegd, voordat zijn vader hem die avond de deur uitsmeet. Hij is toen maar wat langs de straten gelopen, hij loerde bij de dorpelingen naar binnen, heel interessant, de meesten lagen als slome poesen languit op hun bank naar de flitsbeelden te staren, ondertussen graaiend in bakken met chips en bier achterover slaand. 'Een ondernemend volk!', dacht hij cynisch. Vrouwen waggelden van laptop naar koelkast, waggelden terug met kaasblokjes en stukjes worst, manlief blij makend, zelf weer naar de laptop kruipend om vast voor te shoppen. De supermarkt, niet die waar hij werkt, was nog open en daar kocht hij drie blikjes van de allergoedkoopste bier. Bij de kassa vroeg hij de caissière om een pakje Marlboro, ook al waren die stengels tegenwoordig hemeltergend duur, zijn emoties waren zo pijnigend, dat hij geen ander medicijn kon bedenken, hij moest en zou die zelfhaatgevoelens van zich af roken. Hij liep langs het huis van rijke notaris, daar bleef hij enkele minuten staan loeren, want zijn dochter was werkelijk een lekker stuk, onbereikbaar voor hem, maar ze komt wel eens in zijn winkel en dan volgt hij iedere beweging van haar goddelijke lichaam. Niet dat hij verliefd is, nee, gewoon gebiologeerd, zoals hij ook naar een hert in het wild kan kijken. Hij trok de blikjes open en dronk ze achter elkaar leeg. Hij is gek genoeg verslaafd aan het geluid van een open trekkend blik, meer dan aan de alcohol, maakt hij zichzelf wijs. Hij pafte de helft van zijn pakje weg en bleef onder een struik in het park maffen. Kwaad, rebellerend, depressief.

Het is nu ochtend en hij kijkt angstig op zijn horloge. Nog niet te laat. De stoppels op zijn vermoeide gelaat geven hem al een zwerverstronie. Hij loopt langs de villa van de notaris naar zijn werk. Toeval overal. Renate passeert hem op haar dure fiets. 'Goedemorgen, cowboy!', zegt ze uitgeslapen en goed gevuld. 'Goedemorgen, engel!', zegt hij, 'zul je goed je best doen op school?'. 'Moet je horen wie dat zegt!', zegt zij. 'Je hebt gelijk, schat, je hebt verdomme groot gelijk!', denkt hij zwaar teleurgesteld in zichzelf en in zijn kansen om haar ooit te versieren. Even later is hij volop aan het schappen vullen en lijkt hij op te gaan in zijn werk. 'Je komt er bij ons niet meer in, rare vogel, je zoekt maar een eigen stekkie!', hoort hij opeens achter zich. Het is zijn vader. 'Prima!', zegt hij, 'ik ben al 22, dus wordt het hoog tijd, mag ik nog wel mijn spullen komen ophalen?'. 'Zorg eerst maar voor een kamer of zo!'. 'Ik weet er al één met extra voordelen!', bluft hij, maar na zijn werk gaat hij meteen naar de notaris, die inderdaad een kamer te huur heeft en daar springt hij dolgraag op in. Nu ziet hij elke dag Renate van dichtbij en droomt hij meer en meer van een onbekommerde toekomst met haar ergens ver weg in een tropische buitenland. Zijn huurkamer heeft een eigen opgang en dus kan hij haar alleen maar begluren als ze naar school gaat en daarvan terugkomt en in de winkel natuurlijk. Hij raakt verslaafd aan wiet en begint er zelfs wat kleinschalig in te handelen, illegaal plantjes laten groeien en zo. Zijn ouders negeren hem, ook omdat hij een afvallige van hun kerk is, wat de doodsteek voor hun tolerantie betekent. Hij wordt al gauw de Al Pacino, die hij zo bewondert, hij loopt in lange, zwarte jassen met Italiaanse style-hoeden en inmiddels een revolver in een holster. Hij drinkt de duurste alcoholische versnaperingen en hij heeft nu wel beet bij Renate. Geld is macht, ook over vrouwen. Eenmaal goed gevreeën met zijn oogappel, verlaat hij zijn huurkamer en koopt hij een villa aan de rand van het dorp. Zijn drugshandel breidt zich uit en de gevaren worden evenredig daaraan groter. Hij snuift inmiddels liever het witte poedertje, dan dat hij zichzelf nog suf blowt, alleen schiet hij keihard door. Zijn koningin in de vrouwelijke schoonheid, Renate, trekt braaf bij hem in en ze feesten aan een stuk door. Dealers uit andere steden komen over de vloer, hun chicks doen striptease-acts, dus Renate ook, het is een dolle boel, maar de tijdbom gaat nog steeds niet af. Totdat er op een nacht aan de deur wordt gebeld, het is rond drieën. Willem loopt argwanend met zijn revolver naar de voordeur. Het is de vader van Renate. 'Ik kom mijn dochter van jou bevrijden!', schreeuwt hij, 'je bent nog erger dan de duivel!'. 'Donder op, vent, ga maffen!', maar zodra hij iets ziet glimmen, schiet hij de domme notaris overhoop. 'Vader!', gilt Renate, 'Jezus, Willem, wat heb je nou toch gedaan?!' 'Hij wilde mij doodknallen!' 'Met zijn zilveren drankflacon zeker! idioot! ik háát je!' 'In dat geval, my dear, zit er echt niets anders meer op!', zegt hij tenslotte.

Ze kijkt angstig door haar betraande ogen achterom en in een wazig beeld ziet ze Willem de revolver op zichzelf richten. Weer diezelfde harde knal, die haar vader gevloerd heeft. Het bloed gutst uit zijn hoofd, ze probeert het wanhopig tegen te houden, maar tevergeefs, hij sterft al gauw in haar armen.

Schrijver: Joanan Rutgers, 16 mei 2011


Geplaatst in de categorie: literatuur

2.0 met 1 stemmen 82



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
kees niesse
Datum:
25 mei 2011
Email:
c.h.niessekpnplanet.nl
Een angstaanjagend beeld van de tegenwoordige tijd, schets je. Graag gelezen.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)