Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Depressieve vechtjas

(voor William Cowper (1731 - 1800))

Je bent geboren in Great Berkhamstead, een typisch Engelse plaats, waar je vader John als dominee fungeerde en je moeder ploeterde om de pastorie picobello te houden. Je herinnerde je de nog dampende, zoet geurende taarten van je moeder en dat je de beslagkom mocht uitlikken, maar veel meer ook niet, daar ze al tijdens je zesde jaar gestorven is, terwijl je vader met een afgerichte stiefmoeder op de proppen kwam, die nog vromer was dan hijzelf. Je moest bij wijze van spreken voor ieder koekje een dankgebed uitspreken, je werd knetter van die waanzinnige dwangneuroses. Je ervoer het dan ook als een grote verademing dat je naar een kostschool mocht, even buiten Berkhamsted, maar je geluksgevoelens waren van korte duur, daar je als kwetsbare, extreem gevoelige jongen al gauw het mikpunt van de grootste pestkoppen werd. Ze noemden je een zacht eitje, een weeïg mietje, een gestoorde droplul. Zodra je je oraal verweerde, begonnen ze je geniepig te knijpen en te slaan, waardoor je levenslang de underdogpositie innam. Ook op de Westminster School werd je in het nauw gedreven door brute taalhaters, die je ineengedoken houding wilden vermorzelen, je artistieke talenten de kop indrukken. Eenmaal aan de Middle Temple te Londen, waar je een rechtenstudie volgde, kreeg je iets meer zelfvertrouwen en werd je door je soortgenoten wel gerespecteerd. Nadien werkte je zelfs met veel genoegen als advocaat en na je werk at je met collega's in chique restaurants. Je ontmoette nog steeds je geliefde nicht Theodora, met wie je vaak de nachten deelde en de liefdespassie. Je hield van elke vezel in haar dronken makende lichaam, maar je godvrezende, idioot-strenge vader verbood je om met haar te trouwen, ook omdat hij je een labiele geest vond. Ondanks dat je haar frivole lichaam nog vele malen na zijn vonnis hebt bemind, luisterde je uiteindelijk toch naar zijn autoritaire bevel, ook al was je daarmee je eigen wurgslang. 'Goed gedaan, jongen, volhouden jongen!', waren zijn moorddadige verraderswoorden. Het was olie op het vuur van je krankzinnige zelfhaat. Volkomen teruggedrongen en verdoold in de donkere riolen van je geest, deed je maar liefst drie keer een zelfdodingspoging, omdat de diep in je vlees doordringende klauwen van de ijskoude depressie je gedachtenis aan je diepbeminde nicht niet kon verdringen. Je publiceerde enkele romantische gedichten in wat bladen, verkapte liefdesuitingen voor je nicht, maar dat snapte toch niemand. Op je 32-ste kreeg je een mooie baan als klerk van het Hogerhuis aangeboden, maar door je ingebakken faalangst en een acuut opkomend somberheidsbesef besloot je nogmaals een zelfdodingspoging te doen. In een warm tehuis werd je opgelapt door Nathaniel Cotton, arts en tevens dichter. Hij moedigde je aan om door te zetten met je dichtwerk en je broer en enkele vrienden zorgden ervoor dat je een huisje in Huntingdon kreeg, waar je kon tuinieren, groente verbouwen, lekker timmeren en dieren verzorgen. Je bloeide op en je maakte vriendschap met de zeer sympathieke Morley en Mary Unwin en hun vrolijke kinderen. Je was er kind aan huis en dat resulteerde in het heuglijke feit dat je bij hen in ging wonen. De oud-dominee zag wel dat je op een speciale manier naar zijn welgevormde vrouw zat te kijken en zij naar jou, maar hij bleef je desondanks heel vriendelijk bejegenen, zonder een smet van jaloezie. Je bloosde, wanneer ze het bovenste knoopje van haar bloemetjesbloes losmaakte. Op een dag viel Morley van zijn paard en was hij op slag dood. Jij verhuisde met Mary en de kinderen naar Olney, waar een bekeerde slavenhandelaar, de dominante kapelaan John Newton, je sterk beïnvloedde met zijn dogma's en overheersende wil. Hij dwong je als zijn slaaf mee te werken aan een nieuw liedboek, hij pochte met zijn vers 'Amazing Grace' om je over te halen. Je wilde wel belangrijk gevonden worden, maar deze taak ging boven je macht en dus zakte je weer weg in een inzwarte depressie, waarbij je last kreeg van de meest vreselijke waanideeën, zo zou je een verdoemd mens zijn en wilde God graag je leven hebben als een noodzakelijk offer, jawel, God wilde dat je jezelf doodmaakte, tenminste dat maakte jij ervan, in wezen waren het de mensenlijke demonen uit je verre verleden, die je nooit adequaat van repliek hebt gediend. De duivelse handelingen en uitspraken van gemene minkukels, die je supersensitieve inborst zwaar beschadigd hebben. Ondanks je verloving met Mary ging het huwelijk van de baan, wat je wel begreep, maar moeilijk kon accepteren. Mary verzorgde je met haar sensuele lichaam en haar troostende, versterkende woorden en langzaamaan kwam je uit de greep van het aangepraatte noodlot. In Londen had je groot succes met enkele satires, een tip van Mary, en jullie werden sterk bevriend met lady Austen, een excentrieke, artistieke weduwe, die jou stimuleerde tot bijzondere, wereldberoemde poëzie. Je ging met Mary in Norfolk wonen en tenslotte in East Dereham. Samen met lady Austen genoten jullie van jouw literaire roem, die de duurste wijnen en de heerlijkste, exclusieve versnaperingen opleverde. Maar Mary stierf in 1796 en jij bleef ontroostbaar en diep wanhopig achter, ook lady Austen kon je niet uit deze definitieve depressie halen, die voortduurde tot je verwelkoomde dood. Bovendien dronk je zoveel alcohol, dat er geen zinnig woord meer met je te praten viel en je eeuwig vrouwelijke gezicht, opgeblazen door de sterke drank, vertoonde inmiddels de diepe groeven van de daadwerkelijke ouderdom. Er was nog een korte, poëtische tegenstuip, maar de strijd was nu wel gestreden, je had je glorierijk verweerd tegen de meest onmenselijke aanvechtingen, je wist diep in jezelf dat het geen zin meer had om tegen te stribbelen, je liet de jarenlang dreigende duisternis nu van harte toe, met het oog op de spoedige hereniging met je zielsverwarmende aartsengel Mary en geteisterd door waterzucht spreidde je je armen als Jezus op het kruis en liet je net zo vertrouwend en net zo zwaargeleden je integere geest ongekend blijmoedig varen.

Schrijver: Joanan Rutgers, 26 augustus 2011


Geplaatst in de categorie: literatuur

5.0 met 1 stemmen 102



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)