Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Seksueel misbruikte reflexie

(voor Vanessa Bell (1879-1961))

Je was de oudste dochter van Sir Leslie Stephens, een zeer geleerde schrijver, die gestudeerd had aan Eton Collega, King's College en Trinity Hall. Hij was eerder getrouwd geweest met Harriet Marian, die vier jaar voor jouw geboorte was gestorven. Zijn tweede vrouw, jouw moeder, heette Julia Prinsep Jackson en zij was de weduwe van Herbert Duckwood, met wie ze twee kinderen had gekregen, George en Gerard. Ze was veertien jaar jonger dan je vader, waar hij apetrots op was, want dat streelde zijn atletische ego, atletisch, omdat hij vaak naar de Alpen vertrok om met zijn berggeitkameraden de hoogste pieken te bedwingen. Verder deed hij aan hardlopen en kon je hem in de vroege ochtenddauw al in het Hyde Park zien zweten. Bij Buckingham Palace deed hij vaak zijn opzichtige rekoefeningen, in de hoop dat de koningin zijn gespierde lichaam bewonderde. Je kreeg een broertje, Thoby, en drie jaar later een zusje, Virginia, en weer later je broertje Adrian. Jullie waren zeer hecht met elkaar en het ruime pand aan 22 Hyde Park Gate bood voldoende ruimte voor allerlei kinderspelen, met name verstoppertje-spelen, maar ook in Hyde Park zelf konden jullie tikkertje spelen of gewoon lekker naar de passerende mensen kijken. Je ouders leerden je buitenlandse talen spreken, geschiedenis en wiskunde, vooral dat laatste vond je maar onzinnige pesterij. Omdat je kunstzinnig was aangelegd, kreeg je tekenlessen van de oude heer Ebenezer Wake Cook, een traditionele aquarellist. Je hield hem nauwlettend in de gaten, want oudere kerels vreesde je nog meer dan jonge jongens, wat zo gelopen is, doordat de negen en elf jaar oudere halfbroers seksuele 'spelletjes' met jou speelden en niet alleen met jou, maar ook met de eveneens zeer kwetsbare, artistieke, melancholische Virginia. Je moest hen onder dwang aftrekken, terwijl ze overal aan jou zaten te friemelen en als ze dan waren klaargekomen, dan verboden ze jou om maar iets aan je ouders te vertellen, want dan zouden ze de boel verdraaien en je leven bedreigen. In die akelige angstsferen hebben ze je jarenlang misbruikt, incestueus mishandeld, wat je diepgevoelige ziel kapotgemaakt heeft, ook al sloot je een pact met Virginia en zouden jullie hen later alles doen vergelden, je overzag niet hoe desastreus die overheersende handelingen waren geweest. Op je zestiende stierf je moeder, die nooit iets van je misbruik heeft geweten, waardoor je verdriet dubbel zo zwaar was. Zwaar getraumatiseerd knokte je jezelf een weg door de Sir Arthur Copes Kunstacademie, waar je vanaf je zeventiende schilderlessen kreeg. Op je tweeëntwintigste ging je naar de Koninklijke Kunstacademie en je oude vader trok bijna zijn baard eraf, toen jij en Virginia hem schoorvoetend vertelden over de fysieke misdaden van jullie halfbroers, hij schaamde zich diep, dat hij, die zo geleerd was, dat niet had kunnen voorkomen. De tranen biggelden over zijn woest behaarde wangen en hij zocht naar wraakmethoden, maar niet lang daarna is hij gestorven, met een bittere grimas rond zijn mond. Natuurlijk verkocht je samen met je zus en broers het beladen huis, waar alle onheil gesticht was, en je ging in Bloomsbury wonen, samen met Virginia en je broers. Virginia schreef succesromans en jij verdiende je applaus met je expressionistische schilderijen, terwijl je op je achtentwintigste trouwde met de zeer gedegen Arthur Clive Bell Heward, een kunstcriticus, die geschiedenis had gestudeerd en nog steeds graag in het verleden wroette. Virginia flirtte zelfs na je huwelijk openlijk met hem, ook omdat ze zijn motieven maar amper vertrouwde en mannen sowieso huichelaars vond. Ze trouwde zelf met mister Woolf, mannen waren wolven en vrouwen argeloze Rood Kapjes. De incest had ook in haar veel beschadigd, wat zich uitte in verschrikkelijke depressies, die ook in jou welig tierden. Samen met Clive kreeg je twee zonen, Julian en Quentin, maar na de eerste wereldoorlog gingen jij en Clive uit elkaar, al zijn jullie nooit officieel gescheiden, jullie hadden allebeide meer lucht nodig, meer seksuele en persoonlijke vrijheid. Al na de geboorte van Quentin kreeg je grote twijfels over Clive, want hij bleek na je moeilijke herstel opeens heel onaardig, terwijl je nieuwe minnaar, de kunstcriticus Roger Fry juist heel teder voor je was, waardoor je beet hapte. Overigens nam Clive de flamboyante Mary Hutchinson als minnares. Maar na twee jaar geknuffel en gevrij met Roger liet je hem pardoes in de steek voor de biseksuele kunstschilder Duncan Grant, wat Rogers hart brak, maar hij zou je desondanks trouw blijven. Jij ging samenwonen met Duncan, ook omdat jullie elkaar op voortreffelijke wijze stimuleerden, zowel in bed als op het doek. Jullie kregen samen je dochter Angelica, die door Clive liefdevol werd opgevoed, want Duncan had daar geen aanleg voor, zijn homo-kanten braken steeds meer door en hij begon een relatie met de biseksuele uitgever/schrijver David Garnett. Je zoon Quentin stierf op negenentwintigjarige leeftijd in de Spaanse burgeroorlog en vier jaar later pleegde je innig geliefde zus Virginia zelfdoding door zichzelf te verdrinken. Het werd een eenzame spooksfeer in het landhuis Charleston bij Firle, Oost-Sussex, waar de laatsten van de Bloomsbury-groep elkander vasthielden als verlatenen op een schipbreukvlot. Je knappe gelaat bleef overschaduwd door je brute incestverleden, je melancholische uitstralingen waren volkomen te begrijpen, je treurnis werd voor een groot deel hersteld door je meesterlijke schilderijen en Duncan schilderde tot het einde aan je bevallige zijde. Je schilderde de bedrijvige dienstmeid heel warm en zelfs een naakte man op een stoel, wat zeer vooruitstrevend was. In je Sussex-landhuis ben je, ondanks de tegenberichten, toch en zeer terecht, vredig gestorven.

Schrijver: Joanan Rutgers, 17 januari 2012


Geplaatst in de categorie: literatuur

2.7 met 3 stemmen 141



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)