Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Moederdag

Al heel vroeg was Wouter opgestaan en in zijn pyjama naar de keuken gegaan. Voor Mien maakte hij een ontbijtje klaar, een snee krentenbrood, een gekookt ei en een glas sinassap en dat was al veel, want normaal nam ze in de morgen alleen een kopje thee en een plak ontbijtkoek. Toen hij met het ontbijt boven kwam snurkte ze nog. Hij ging bij haar op de rand van het bed zitten en aaide haar over de wangen en riep zachtjes:

''Het is moederdag Mien, hier heb ik een ontbijtje voor je en een cadeau, en beneden heb ik een bos rode tulpen in een vaas op de tafel gezet.''
''Dat vind ik lief van je, dat je daar aan gedacht hebt.''
Ze pakte haar cadeau uit, het was een flesje parfum en een stukje geurende zeep. Uit dankbaarheid kuste ze hem speels op zijn wang

Even later zaten ze beneden in de huiskamer gezellig koffie te drinken met een slagroomtaartje.
''Darling, weet jij nog hoe wij aan elkaar gekomen zijn?''
''Ja, het is al bijna zestig jaar geleden, dat ik je leerde kennen in de gevangenis. Ik was daar bewaakster en bracht het eten rond en toen ik je het blikje eten aanreikte hield je even mijn hand vast en kriebelde erin en je keek mij zo verliefd aan. '

''Ja, dat weet ik nog, het was een mooie warme dag in het voorjaar en hebben toen een fiets gehuurd en zijn gaan fietsen in de landelijke omgeving van Assen. Jij zag toen een hooiberg en stelde mij voor daarop te gaan vrijen.''
''Dat lieg je hufter, jij wilde het, maar ik vond het goed, dat je mij alleen maar mocht zoenen en aan mijn tieten voelen, meer niet, maar je hebt toch met geweld mijn onderbroek naar beneden getrokken, spitsboef.''

De huisbel rinkelde.
Wouter slofte naar de deur en opende die. Daar stond buurvrouw Carla met een bos bloemen in haar hand. Ze zag er uit om in te bijten, dacht Wouter, wat een mooie vrouw.
''Kom binnen meid, de koffie is bruin.''
Ze gingen de huiskamer binnen.
Hallo buurvrouw, hier een bos bloemen voor je, en ze gaf haar een vluchtige omhelzing.

''Waaraan heb ik dat te danken, Carla?''
''Soms voel ik, dat je mijn moeder bent, want ondanks onze ruzies ben je altijd weer goed voor me geweest.''
Toen zeide Mien:
''Die ruzies waren niet nodig geweest Carla, maar je weet waarom wij soms bonje hadden. Je zegt steeds, dat je lesbisch bent en een vriendin heeft, maar hoe vaak heb ik je niet betrapt met Wouter in een innige houding, de smeerlap.''

Carla haalde schaapachtig haar schouders op en stond op het punt in huilen uit te barsten.
''Het zal niet meer gebeuren buurvrouw, ik ben nu verliefd op Chantal, mijn nieuwe vriendin.''
''Goed Carla, ik hoop dat je hem niet meer aanhaalt, want hij lust er pap van, de schooier.''
Hij voelde zich beledigd door zijn vrouw en verliet diep gegriefd de kamer.

Mien weer tegen Carla:
'' Ik was nog een onschuldig meisje en had nog nooit iets met een man gehad, dus ging ik met hem mee toen hij een dag met proefverlof mocht. We gingen fietsen en hij lokte me mee in een hooiberg van zijn oom, die niet thuis was. Laat ik nou niet meer ongesteld worden en mijn moeder had het in de gaten en mijn vader was woest.

De huisarts vertelde me, dat ik in verwachting was. Ik vertelde het de bajesklant en laat ie nou zeggen, dat het wel van hem zou zijn en dat we dus moesten trouwen, want het was in die tijd een schande in verwachting te zijn wanneer je niet getrouwd was. Dat trouwen stelde niks voor, we waren alleen op het stadhuis getrouwd en een feest kon er niet af. Mijn vader heeft alleen een etentje georganiseerd in een restaurant en toen we de zaak verlieten heeft die schooier nog een fiets gejat.''

Het ergste moet ik je nog vertellen, toen het winter werd en er veel sneeuw lag was ik nog thuis bij mijn ouders. Ik kreeg ontsluiting en weeén. We hadden geen telefoon, dus mijn vader moest op de fiets door de sneeuw naar de vroedvrouw om haar te waarschuwen. Ze kwam meteen op haar brommer, net op tijd, want het kind kwam al en was helemaal blauw. Mijn moeder viel flauw toen de vroedvrouw vertelde, dat het kind dood was, het was een meisje.

Onze huisarts kwam spoedig, maar heeft officieel de dood geconstateerd. Wouter was helemaal van de kaart en samen hebben we in elkaars armen gehuild. In het ziekenhuis in Assen is vastgesteld, dat ik geen kinderen meer kon krijgen. We zijn altijd bij elkaar gebleven, nu al bijna zestig jaar, maar ik heb wat meegemaakt met hem. Achteraf hoorde je, dat hij uit een crimineel gezin kwam, zijn vader zat vaak in de gevangenis en zijn moeder was een eerste klas sloerie, die de hele dag liep te vloeken en te schelden en ze stuurde de kinderen de straat op om te gaan zakkenrollen.

Een zooitje was het. Ik heb nog een keertje bij ze gegeten, aangebrande piepers en een haar in de andijvie. Zijn ouders kregen ruzie om een kwartje en zijn vader die al bezopen was gooide toen een bord vreten naar zijn vrouw en die kwam rakelings langs mijn kop. Dat was mijn kennismaking.´´

Carla ging na de koffie weer naar huis, ze had medelijden met Mien en besloot Wouter niet meer aan te halen. De volgende morgen kwam ze hem tegen in de steeg naast het huis en hij wilde haar omarmen en zoenen, maar ze duwde hem weg. Hij liep door en begreep wel waarom, zijn vrouw zal hem wel zwart hebben gemaakt bij Carla. En zo leefden de oudjes voort, ze konden ook niet meer buiten elkaar.

Schrijver: kees niesse, 9 mei 2012


Geplaatst in de categorie: moederdag

2.0 met 2 stemmen 170



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)