Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

1944, een doos met eten

Opgevoed in het geloof ben ik niet, mijn moeder was wel katholiek en ging vlak voor haar overlijden meer bidden, ze was getrouwd met een lieve man, mijn vader, die niet geloofde in een God. Toen ik met pensioen ging volgde ik een bijbel cursus. Mijn schoonzoon noemde mij al ''Paus, Kees de eerste.'' Ik ben gedoopt en terwijl ik nog in het water stond moest ik een toespraakje houden tot de Gemeente, waarom ik mij bekeerd had. Dat kwam door een gebeurtenis op de tweede Kerstdag in 1944, toen moeder, ik en drie jongere broertjes al om zeven uur in bed lagen, het was het bed van mijn ouders, die in de huiskamer was geplaatst. Vader was wegens verzet tegen de Duitse bezetter opgepakt en naar een concentratiekamp in Duitsland gebracht. Van hem kregen we geen bericht meer, we lagen dus in bed allemaal bij elkaar om ons warm te houden, buiten vroor het dat het kraakte en we hadden vreselijke honger.

Op een gegeven moment sprong moeder het bed uit en rende duidelijk overspannen naar de veranda en ik hoorde, dat ze hard begon te schreeuwen en Hitler, de veroorzaker van alle ellende, uit begon te schelden en ze keek tegelijkertijd naar de hemel en riep naar de Lieve Heer, waarom doet U er niets aan lieve Heer, mijn kinderen gaan dood van de honger. Met zachte drang heb ik moeder, die vreselijk huilde, weer naar bed gebracht.

De volgende morgen toen het weer licht was en ijskoud in de kamer, ben ik als oudste zoon het bed uit gestapt en heb op een noodkacheltje surrogaat thee gezet. Plotseling hoorde ik bonzen op de deur, moeder kwam het bed uit en zei, ga jij eens kijken, Kees.
Ik deed voorzichtig de deur open en zag alleen een kartonnen doos staan. Ik pakte de doos en bracht die naar de huiskamer, tot onze grote verbazing zagen we eten in de doos, wat aardappelen, meel, boter en een klein kerstbroodje. We sprongen van vreugde door de kamer, eindelijk wat lekkers te eten. Moeder zei, ik ga straks pannenkoeken voor jullie bakken en met een luid gejuich doken de jongens weer het bed in.

Moeder was er van overtuigd, dat God voor het eten had gezorgd en bad tot hem om hem te danken. Dat heb ik dus verteld aan de Gemeente van de Evangelische kerk, maar na een paar jaar begon ik te twijfelen, bestaat God wel? Onrustig werd ik en bezocht de kerk niet meer. Waarom al die ellende op de wereld, altijd maar oorlogen en miljoenen mensen vermoord door mensen, ik ben al zover, dat ik niet meer naar het journaal op de TV kijk. Er moet toch een tijd geweest zijn op deze wereld, dat de mensen geen besef hadden van het kwaad of van verkeerde gedachten, iedereen ging lief met elkaar om.

Ik dacht maar na, hoe zou God er uit zien, dus geen oude man met een baard die hoog in de hemel naar beneden kijkt, het zou een geest van liefde kunnen zijn die rondom de aarde zweeft en alles ziet en moet huilen wat zijn schepsels elkaar aandoen. Toen dacht ik verder, God heeft wel de aarde geschapen en in den beginne was alles vredig, maar Hij is nog niet klaar met de schepping, wat voor Hem één dag is is voor ons misschien duizend jaar, de duivel heeft daarvan gebruik gemaakt en regeert nog steeds, hij stookt de mensen op elkaar leed aan te doen, maar gelukkig heeft God ook nog wat te vertellen en zijn er nog goede mensen op de wereld, zoals nu de vluchtelingen worden geholpen.

Kees Niesse.

Schrijver: kees niesse, 8 september 2015


Geplaatst in de categorie: oorlog

4.0 met 2 stemmen 77



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)