Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Liefdestragedie in Bierum

Sinds twee weken woont Sylvia Soepboer in haar eigen huisje aan de Kerkstraat in Bierum. Ze is nog druk aan het schuren en verven. Ze is erg in haar nopjes over de bordeaux-rode gordijnen in haar woonkamer. Haar vader is boer Jaap Soepboer, die aardappelen, bieten en uien verbouwt.

In de garage heeft ze een eigen atelier gemaakt, waar ze moderne werken schildert, ook al kreeg ze les van de realist Henk Helmantel. Sylvia werkt als verkoopster bij de bakkerij aan de Bakkersstraat en haar vader heeft haar en haar negen zussen streng-gereformeerd opgevoed. De artisticiteit heeft ze van haar moeder, Stientje Wieringa, een domineesdochter uit Delfzijl, die op de hooizolder stiekem Franse romans las en in het geheim tekenschriften vol tekende. Toen Jaap die tekenschriften in een keukenkastje vond, heeft hij ze verbrand. Daarna heeft Stientje nauwelijks nog een woord gesproken en na een zondagse avonddienst in de Gereformeerde Irenekerk heeft ze zichzelf in de zee verdronken.

Sander Salamander woont al twee jaar in het riante landhuis aan de Borgsingel 11. Hij had een goedlopende horlogerie in Amstelveen, maar hij was de drukte in het westen zat. Nu is hij antiekhandelaar in Bierum en daarnaast organiseert hij wijnfeesten met diverse soorten Franse kaas en tapas. Op één van die avonden ontmoette hij Sylvia, die daar in grote angst naartoe ging, bang om gespot te worden door gemeenteleden. Gelukkig waren er geen andere gereformeerden naartoe gekomen. Sylvia had een lange, strakke jurk gedragen, waarbij haar volle borstenpaar sterk geaccentueerd werd. Sander kreeg meteen zin in haar en na een los gesprekje ontdekte hij, dat ze kunst schilderde. Hij liet haar een Edgar Degas zien, die hij onlangs had opgekocht. Het betrof een naaktstudie. 'Doe je ook dit soort werk?', vroeg hij haar. 'Blote vrouwen?, nou nee!', zei zij. 'Of blote mannen!', antwoordde hij haar, terwijl hij diep in haar helderblauwe ogen keek. 'Dat al helemaal niet!', zei ze nadrukkelijk. 'Het is anders heel hip in de huidige kunstscene, mocht je ooit belangstelling hebben, ik hou mijzelf van harte aanbevolen en ik doe het gratis!', zei Sander al slurpend van zijn exclusieve wijn.

Sander haalt elke dag een paar gebakjes bij Sylvia, zodat hij het vuur brandende kan houden. 's Avonds loopt hij altijd even langs haar huis en loert hij als een havik naar binnen. Op een gelukzalige avond stond zij topless voor een bovenraam om de gordijnen te sluiten. 'Wat een majesteitelijke voorgevel!', dacht hij opgewonden. Sander wilde maar wat graag aanbellen, maar hij hield zich in.
Een maand later lag er een briefje in zijn postvak, of hij vrijdagavond wilde komen poseren, was getekend Sylvia. Hij springt een gat in de lucht. Op die bewuste avond ging hij uitgebreid in een geurig bad en trok hij zijn mooiste kleren aan. Sylvia liet hem direct binnen, schichtig over de straat kijkend. Op een rotan stoel legde hij zijn kleren en hij hoefde alleen maar te staan en een fles wijn vast te houden. Na drie uren was ze grotendeels klaar. 'De details werk ik later wel uit!', zei ze. Ze dronken van de meegenomen wijn en van het één kwam het ander.
Buurman Ton de Magere had Sander de volgende ochtend uit Sylvia's huis zien komen en dat ging hij meteen aan de ouderling Jaap Soepboer berichten. 'Die smerige, roomse westerling!', krijste Jaap, 'nog maar net in ons dorp en dan al onze dochters bezoedelen!'.

Na het Bierummerschuurfeest met als topact Jannes zijn Sander en Sylvia hand in hand gesignaleerd door enkele gereformeerden en dominee Frank Donkersloot belde Jaap om iets aan dat onzedelijke gedrag van zijn dochter te doen, want er zijn bepaalde gemeenteleden die kwaad in de zin hebben. Terwijl het liefdespaar op het Freulelaantje wandelde, reden enkele brommers hen bijna omver en werd er 'Vieze, vuile afvalligen!' geschreeuwd. Rond twee uur 's nachts liggen Sander en Sylvia lekker tegen elkaar aan onder het wollen dekbed, tot er ineens enkele ramen worden ingegooid. Ze snellen naar beneden en overal zijn brandhaarden. Op straat schuiven rare schimmen heen en weer. Ze vluchten via de achterdeur en enkele tuinen richting de Sebastiaankerk, maar zonder dat ze het door hebben worden ze door enkele duisterlingen achtervolgd. Ze verschuilen zich onder de grote steunbeer van de Sebastiaankerk, waar ze elkaar rillend van de angst stevig omarmen. Dan weergalmen er enkele geweerschoten. Boer Jaap komt met zijn jachtgeweer aangerend en hij vindt Sylvia en Sander onder de steunbeer. Nog één schot weerklinkt en boer Jaap zakt naast hen in elkaar.

Schrijver: Joanan Rutgers, 15 januari 2016


Geplaatst in de categorie: rampen

4.0 met 4 stemmen 177



Er zijn 3 reacties op deze inzending:

Naam:
Ton Hettema
Datum:
19 januari 2016
dat is een standpunt van ongeremde en ongecensureerde FLOW dat ik zeer goed met je kan meevoelen, beste J. Goed ook dat je het begrip bio-dyn zijn juiste betekenis teruggeeft. Het effect voor de lezer is inderdaad een filmische, nee een multisensuele meebeleving met de onweerstaanbare en fatale spelingen van het Noordelijke Noodlot.. Ga door, ga door...
Naam:
Joanan Rutgers
Datum:
17 januari 2016
Ik schrijf meestal in een bepaalde, biologisch-dynamische, geëxalteerde roesvorm, waardoor de chronologische tijdsindeling vaak vervaagt, al is het filmische geheel voor mijzelf altijd volkomen duidelijk. Juist die imperfectie hanteer ik graag om mijn verhaalprocedé vloeiend te laten verlopen. Net als de dadaïsten gebruik ik dan de automatische schrijfpiloot. Volmaaktheid bestaat niet, ook niet in de schrijfkunst, want heeft het wel die schijn, dan is het vaak te gelikt geschreven en op die manier weer onvolmaakt. Ik geloof in de volmaaktheid in de onvolmaaktheid. Net zoals wij mensen in elkaar steken. Het is overigens geen tijdgebrek, maar mijn overtuiging over wat ware bezieling is. Ik denk in beelden. Het gaat mij dan ook vooral om de beeldoverdracht. Ik beloof nooit iets, maar het kan zomaar zijn dat ik Noord-Nederland weer als verhaallocatie kies, omdat ik daar mijn jeugd heb versleten. De wortels blijven blijkbaar trekken.
Naam:
Ton Hettema
Datum:
16 januari 2016
Je hebt een aanstekelijke en voelbare trant van schrijven, beste Joanan. Het stramien is goed voor een groot aantal sappige streekverhalen. Als je alleen maar wat meer tijd had om wat verder te schaven, zoals de 'tijden' van je werkwoorden te stroomlijnen, want alle ingrediënten voor een volstrekt gereviseerde geschiedschrijving van de vervolging van kunstenaars door geloofsfanatici in onze noordelijke provincies zitten al in je pen en de voortreffelijke fles wijn waarin die gedoopt is.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)