Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

De strik van de Olle Grieze - slot

Met knikkende knieën liep hij de trappen van het studentenhuis op en trok de deur van zijn zolderkamer met een harde slag achter zich dicht. Zonder zijn jas uit te trekken plofte hij in een leunstoel en begon te prakkiseren. Misschien zouden ze hem straks komen ophalen en meenemen naar het bureau. Er bestond nog een kleine kans dat hij het bankpasje onderweg naar de toren verloren had, maar daar kon hij niet te veel op rekenen. Op de omloop van de tweede trans had hij zich verschillende keren moeten bukken: allereerst om de bussen verf te openen, later om het spiegeltje aan te brengen waarmee hij naar het resultaat van zijn klodderpartij had gekeken. Bovendien was hij daarna nog gestruikeld over een verfbus. Het pasje, met zijn naam en rekeningnummer erop, was daarbij natuurlijk uit de binnenzak van zijn overjas gegleden. Maar misschien had hij het ergens anders verloren. Hij moest en zou nog eens naar de Martini fietsen om te kijken of het daar ergens op straat lag!

Op deze stralende 28e augustus, de Groninger feestdag bij uitstek, was het in het voetgangersgebied van de Herestraat veel drukker dan gewoonlijk. Drommen stadjers, ommelanders en toeristen flaneerden op hun dooie gemak langs de vele winkels en terrasjes in het hart van de city. Vliegtuigjes met lange repen reclametekst er achteraan ronkten onophoudelijk over. Op strategische plekken hadden zich straatmuzikanten opgesteld die hun repertoire met verve ten gehore brachten. Zo had hij, vanaf de plek waar hij stond, zicht op een groepje doedelzakspelers. Evenals hijzelf stonden ze hier al vanaf tien uur ’s ochtends. Hun hele repertoire bestond uit drie nummers, en die had hij nu al zo’n twintig keer aangehoord. Het gejengel van die aanstellers met hun geruite rokjes aan begon hem zo langzamerhand de keel uit te hangen, het werd hoog tijd een andere standplaats te zoeken. Bij dat groentestalletje dan maar? Hij raapte zijn feestartikelen bij elkaar en sjokte erheen. Het maakte trouwens toch weinig uit waar hij stond, want de meeste mensen namen nauwelijks notitie van hem. Eigenlijk was dat maar goed ook, want hij kon wel hardop vloeken van ellende. De politierechter had hem veroordeeld tot honderd uur dienstverlening in het kader van de festiviteiten rondom het 950-jarig bestaan van de stad. De sadisten!

Door een vijftiger met een wit petje op werd hij uit zijn sombere overpeinzingen opgeschikt. Samen met zijn vrouw en twee kleine dochtertjes was de man verwachtingsvol voor hem blijven staan. “Nah, das ist ja sehr freundlich von Ihnen. Darf ich das annehmen?” Met een vermoeid gebaar en gehuld in een groenwit gestreept clownspakje reikte hij daarop de toerist een roosje aan. Daaraan hing een kaartje met de tekst: “Er gaat niets boven Groningen!” “Und auch noch ein Röslein für die beiden Kinder, bitte?”

Lusteloos pakte hij nog een paar van het stapeltje af. Schoorvoetend kwamen de beide meisje naderbij. Kennelijk vertrouwden ze het niet helemaal. Waarom keek die clown toch zo chagrijnig? Gelukkig vertrok het groepje al snel. “Wir wünschen Ihnen noch einen schönen Tag!” riep de Duitser hem nog na. Vriendelijk glimlachend stak de man zijn hand op.

Hij staarde het groepje na. En alsof iets binnenin hem al heel lang op een geschikte gelegenheid had gewacht, brak zijn woede opeens in alle hevigheid baan. Voor de ogen van het winkelend publiek, dat dacht dat er een speciale act werd opgevoerd, raapte hij alle nog overgebleven rozen bij elkaar en sloeg ze kapot tegen een lantaarnpaal. Het clownspetje en de trekharmonika, die met een touwtje om zijn hals was bevestigd, ondergingen hetzelfde lot. Die Groningers konden de pot op met elkaar!

Nog voordat het kringetje toeschouwers, dat zich inmiddels had gevormd, om deze vertoning had kunnen klappen, zette hij het op een lopen. Achter hem maakte een straathond zich van de resten van zijn trekharmonika meester.

Schrijver: Hendrik Klaassens, 14 augustus 2016


Geplaatst in de categorie: woede

3.7 met 14 stemmen 404



Er zijn 2 reacties op deze inzending:

Naam:
Hendrik Klaassens
Datum:
14 augustus 2016
Email:
klaassens38zonnet.nl
Tot 1984 heb ik in Groningen gewoond, Joanan, en de Martinitoren heb ik al verschillende keren beklommen, vooral vanwege het fenomenale uitzicht, maar ook omdat ik graag fotografeer. Dit verhaal is niet autobiografisch, behalve dan het feit dat ik in Groningen (theologie) heb gestudeerd. Gelukkig is het met mij beter afgelopen :-)

Graag ga ik op jouw suggestie in om een vervolgverhaal te schrijven over allerlei soorten losers. Eigenlijk is het leven van zulke mensen nog veel boeiender en intrigerender dan van iemand bij wie alles van een leien dakje loopt.
Naam:
Joanan Rutgers
Datum:
14 augustus 2016
Je vierdelige verhaal helemaal gelezen en ik zag er meteen spectaculaire filmbeelden bij, wat een goed teken is. Mooi hoe die student zijn woede botviert en zijn studie op het spel zet, wat heet, op gepaste wijze weet te torpederen. Als volbloed Groninger waardeer ik natuurlijk ook het feit, dat je de Martinitoren zo centraal stelt. Prachtig hoe je de chaotische wanhoop van een uitzichtloze jongeman zonder bankpasje weet te typeren. De desperate toestand van de hoofdpersoon komt helemaal tot uiting en ik smacht werkelijk naar vervolgverhalen over deze zogenaamde loser.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)