Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

De dageraad: onregelmatig hart

Voetstappen die de honderdmeter in negen seconden liepen hoorde ik dichterbij komen. Een kind kwam hijgend langs de schappen van de pasta en slaolie en riep: ik heb het! Ik heb het mama”. Als een turnster sprong zij omhoog in de armen van haar moeder.
Tiffany ademde stevig uit en zei: “Oei, je wordt met de dag groter en zwaarder om zo uitbundig te doen”. Ze wees naar mij en vervolgde haar zin: “Leonora met deze meneer heb ik op school gezeten”
Ik fronste mijn wenkbrauwen en verwonderlijk zei ik: “Meneer? Zijn we al zo oud?”
Lachend zei ze: “Tja! We zijn geen twintig meer”.
Tiffany was nog niet uitgelachen en Leonora zei: “Ciao, come stai”.
“Zo! Spreken jullie thuis Italiaans?”
Met trots keek ze naar Leonora en zei: “nee hoor! Ze wilt duidelijk maken van welk land haar papa komt. Ze is een papa’s kindje! Als hij thuis komt springt ze als een blij kind in de armen van hem. Tiffany stopte met haar zin en keek mij vragend aan en vroeg : “wat was dat zonet voor een hartstochtelijk schouwspel voor mijn ogen? Je kan niet ontkennen dat je de dame van de pastasaus nog een keer wilt ontmoeten. Als ik jou was zou ik ons gesprek eindige. En achter haar aangaan!”
Ze keek bedenkelijk en hield twee seconden stilte en zei met een vinger in de lucht: “want welk spreekwoord zegt men ook alweer? Je moet het ijzer smeden als het heet is”.
Lachend met een gebalde vuist stootte ik zachtjes tegen haar schouder en zei: “Nou, je wijze raad zal ik dan maar snel opvolgen. Leuk met je gesproken te hebben”.
In het gangpad keek ik met een glimlach om en wees met een wijsvinger naar Leonora en riep: “ niet alle snoep tegelijkertijd opeten”.
Leonora zwaaide en riep: “arrivederci”. Tiffany riep daarna: “succes met de dame van de pastasaus”.
Leonora keek haar mama aan en vroeg: “wat gaat die meneer doen?”
“Hij gaat zijn toekomst tegemoet, kind”.

Terwijl mijn boodschappen naar de kassière ging via de lopende band toetste mijn voorganger zijn pincode.
Ik dacht aan verschillende zinnen wat ik had kunnen zeggen tegen de dame met de boblijn.
Plotseling verscheen in mijn ooghoek op de lopende band een potje pastasaus. Ik voelde mijn hart bonzen in mijn keel. Ik draaide mij langzaam met een glimlach om.
En daar stond Tiffany! Met een grijns op haar gezicht zei ze sarcastisch: “Jammer hé!”
Voor mijn gevoel zakte de grond onder mijn voeten vandaan. Ik zuchtte diep en keek Tiffany verwijtend aan en zei: “Leuk! Grappig hoor”.
Op een cynisch toon zei Tiffany: “nu is de liefde zeker over die je voelde tijdens de opleiding?”
“Oh, dat is gemeen. Nu kwets je mijn gevoel”.
“Sorry, dat was niet mijn bedoeling”.
Ik toetste mijn pincode. Naast mij hoorde ik een kassière zeggen: “zesentwintig euro veertig. Wilt u de kassabon meenemen?”
Ik keek naar de kassa naast mij. Mijn ogen werden zo groot of ik vuur zag branden. Mijn hart sloeg één hartslag over van euforie.
Tiffany riep achter mij: “O, dear! Geef me een fauteuil de pauze is voorbij. Deel twee van het schouwspel”.

Het begon nu op een detectiveverhaal te lijken. Ik liep als een schaduw achter haar aan. Maar om een gesprek te beginnen kwam er niet. Het ene moment stond ze in een boutique bij een rek van verschillende blouses te kijken. Een ander moment stond ze in een rij bij een bonbonnerie. Toen keek ze voor de derde maal op haar telefoon. Voor mijn gevoel draaide mijn maag driehonderdzestig graden om van de nervositeit.
Plotseling lachte ze naar een jongen met stoppelbaard met een Zuid Europees uiterlijk. Ze omhelsde elkaar.
Ik zag dit van honderd meter afstand en dacht: “wat hebben die meiden toch met Italianen?”
Met een diepe zucht keek ik teleurgesteld naar beneden. Ik keek nog eenmaal in de richting van haar. Mijn ademhaling haperde, ik stond verstijfd en slikte langzaam. Hypnotiserende bruine ogen keken mij doordringend aan. Schuin keek ze met haar hoofd opzij. Met een gebaar van wat wil je?! Na drie seconden ontspande haar gezicht en wees naar de jongen en bewoog haar mond “mijn broer”.
Ik voelde een last van schouder. Mijn spieren ontspande in mijn lichaam. Ik liep naar haar toe.
Toen ik met een glimlach naast haar kwam duwde ze me met één hand weg en zei met fronsende wenkbrauwen: “oelewapper”.
Ik keek haar broer aan en zei: “ja, we hebben elkaar al eerder gesproken”.
“Dat is mij bekend,” zei haar broer.
Verbaasd keek ik hem aan. Met een lach liet hij de tekst op zijn telefoon zien met twee berichten.

Ik heb een aardige jongen ontmoet, maar ik wacht af.
Jammer! Hij wacht ook af. Maar er is hoop, hij blijft mij volgen.

Schrijver: Alexander v/d Zande, 17 januari 2017


Geplaatst in de categorie: liefde

4.0 met 1 stemmen 51



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)