Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

De dageraad: het vallei van Serra (5)

Achter de bergen verscheen een rode vuurbal. De zonnestralen scheen langs de bergwand over de vallei. Dat zorgde voor een oranjegloed over het landschap. Knaagdieren zochten hun bescherming om niet te worden gepakt door roofvogels of slangen. Het was begin maart de thermometer aan de pilaar van de veranda gaf elf graden aan. Miranda droeg een vest want de ochtend voelde nog kil.
Omringd door stilte nam ze een slok koffie en genoot van het uitzicht en dacht: dit voelt goed dat ik ben verhuisd van Italië naar Spanje na de dood van mijn man.
Plotseling echoden twee klappen van dichtslaande portieren door de vallei. Dit zorgde dat vogels uit een struik wegvlogen richting de opkomende zon.

“Mam!”, riep Noa enthousiast. Met armen wijd strompelde ze lachend naar haar moeder.
Ontroerd bracht Miranda twee handen naar de mond en keek met grote ogen en zei: “oh! Kind, hoe gaat het nu met je?”
“Nou, je ziet het. Ik strompel nog vanwege spierpijn in de been”.
Ik stond naast Noa en strekte mijn arm uit naar Miranda: “leuk u nu te ontmoeten. Via Skype hebben we elkaar al vaak gesproken. Sorry dat we gisteravond niet gelijk vanaf de luchthaven van Valencia naar u zijn gereden”.
Sarcastisch keek ik richting Noa en zei: “madam hier! Werd verleid door het avondlicht van het nachtleven toen we boven Valencia vlogen. Dus moesten we onverwachts opzoek naar een hotel”.
Ik kreeg een por in mijn zij en Noa keek mij boos aan en zei: “zo kan het wel weer! We hoeven hier niet alles te bespreken over ons privéleven”.
Met een glimlach draaide Noa het gezicht naar haar moeder: “mam, we vlogen gisteravond boven Valencia. Ik zag door het raampje van het vliegtuig de sfeerverlichting van de stad.
Noa keek met een grijns naar mij en zei tegen haar moeder: “ik bedacht mij geen seconde om mij met déze romanticus te verzoenen na een onnodige ruzie.

Ik keek op mijn horloge en zei tegen Noa: “nog drie uur en dan vertrekt ons vliegtuig. Wat een fijn gevoel dat we gisteravond al via internet hebben ingecheckt. Dan kunnen we meteen doorlopen met onze handbagage langs de douane”.
“Leuk, om dit jaar samen naar mijn moeder te gaan”. Noa balanceerde op haar been richting de trap en zei met een glimlach: “ik wil nog even naar de badkamer”.
Plotseling dacht ik aan gisteren: “Oh ja! Een studiegenoot vertelde mij . . . .”
Bij de trap draaide Noa zich om en met een venijnige blik zei ze geïrriteerd: “Ja- ja! Tiffany! Twee jaar geleden hoorde ik wel de ondertoon van jullie gesprek in de supermarkt.”
“Wat bedoel je?”
Ze deed theatraal haar handen in de heup en bewoog heen en weer en zei op een kinderachtige toon: “het aanstellerig met elkaar praten”.
Ze richtte haar arm naar mij en bewoog haar pols slapjes op en neer en zei minachtend: “zijig tikjes geven op de schouder”.
“Waar heb je het over?”
“Verdorie! Snel van begrip ben je niet. Net zoals in de supermarkt dat ik opzettelijk tegen je rug stootte. Ik wilde jullie gesprek zo snel mogelijk beëindigen. Het was geen gehoor! Ik had nog meer te doen die dag. Mijn broer wachtte in de auto van de parkeergarage. Maar ik wilde wel eerst weten of ik aandacht van je kon krijgen?”
“Maar waarom hebben we het nu ineens over Tiffany?”
“Gisteren sprak ik Tiffany in de supermarkt. Ze vertelde dat jullie hebben gézoend!”
Verbaasd zei ik: “dat was tijdens het schoolfeest! Terwijl zij niet eens gevoelens voor mij had. Áls je goed had geluisterd in de supermarkt.”
“Ja! Nou! Dat heb je mij nooit verteld?”.
Ik zuchtte diep en vroeg verbluft: “vertel jij mij alles over je relaties die je voor mij had?
“Nee!”
“Nou, zie je wel! Kom op schat”. Ik reikte mijn hand om de vrede te herstellen.
Ze sloeg mijn hand weg en draaide zich om voor de traptreden.
Ik dacht: jammer, nu dit weer. Ik ga nog eerst naar het toilet voordat we vertrekken.

Ik deed de deur dicht van de toilet en keek naar de keuken en riep: Noa?
Het bleef stil.
Ik liep naar de trap en leunde op een trede en riep naar boven: “Nóá? Ben je al zover?
Ik kreeg nog geen reactie.
Ik liep terug naar de keuken en keek door de keukenraam in de tuin. Ik liep naar de voordeur en in het halletje en riep: “Noa?!”
Vlug liep ik naar boven en keek nauwkeurig in drie slaapkamers. Met fronsende wenkbrauwen stond ik bij de trap richting de zolder en riep: “Nóá?! Ben je dáár?
Ik liep naar zolder en keek zorgvuldig rond: “Noa?!” Ik wreef met mijn hand door het haar en zuchtte diep en ik dacht na. Natuurlijk! De badkamer. Snel liep ik naar beneden. Ik deed de badkamerdeur open en, Noa was daar niet. Op de overloop riep ik nogmaals: “Nóá?! Jeetje! Waar zit je toch?”
Eenmaal beneden naast de inloopkast stond ik met een gebogen rug en de handen op mijn bovenbeen uit te hijgen. Ik schudde met mijn hoofd en sprak in mezelf: “Verdorie!” Toen dacht ik: oh nee! Dat zegt Noa altijd.
Plotseling ging de deur open van de inloopkast. Zingend kwam Noa met haar mobiel in de hand en dopjes in haar oren: “Why tell me, Why, tell me why, tell me why do I pray. I need to know right now”.
Terwijl ik nog gebogen stond uit te hijgen keek ik Noa verwijtend aan.
Met een ondeugende blik zong zij steeds langzamer: “o- óó- o- oooh”.
Op de veranda glunderde Miranda en zei: “Gezellig, fijn dat jullie er zijn. Ik haal de koffie en de koffiemokken. Geniet van het uitzicht over de vallei en de ontspanning hier”.
“Kan ik u helpen”, vroeg ik.
Lachend zij ze: “nee, Prince Charming. Blijf jij maar bij mijn dochter. Anders wordt ze jaloers.

Schrijver: Alexander v/d Zande, 29 januari 2017


Geplaatst in de categorie: liefde

2.0 met 1 stemmen 548



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)