Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Ik wil een boek schrijven VII

- Het moeilijkste is het natuurlijk jezelf in de huiselijke kringen in de hand te houden. Daar ben je vertrouwd en niet geremd door factoren die bijvoorbeeld in het dagelijkse werk een rol spelen.
- Over dagelijks werk gesproken, je was toch aan het vertellen over je vorige baan.
- Ja. Ik was met mezelf bezig, ik hield me, mijn gedrag en gedachten, in de gaten en was diep ontevreden over wat ik zag. Maar mijn collega’s dachten daar waarschijnlijk anders over. Ze zagen iets anders en begonnen me op te zoeken, me te plagen, wat me steeds meer pijn ging doen. En, ik vond dat ik niets terug moest doen.
- Waarom niet? Dat is toch normaal, niemand laat zomaar over zich heen lopen.
- Ja. Maar ik was eigenlijk bezig mezelf te veranderen. Ik was niet tevreden met mezelf, ik vond dat ik door mijn eigen karakter werd tegengehouden in mijn ontwikkeling. Ik had genoeg van dat kinderachtige heen en weer gezeik om het gelijk en de verdraaiing van uitspraken en zo. Nooit had ik het gevoel van: ha, eindelijk iemand die me begrijpt.
- Hmm. Duister. Het licht toch ook aan jezelf. Je begrijpelijk uitdrukken, op een gewone manier met anderen praten, dat kost moeite, een inspanning die je elke dag moet leveren. Ik kan me dat van vroeger nog wel herinneren. Je hebt allerlei mechanismen, waarmee mensen hun communicatie vormgeven. De een accentueert zijn afkomst uitdrukkelijk ermee, de ander zijn positie. Maar communicatie is het effectiefste als er een eerlijke poging wordt ondernomen zich begrijpelijk uit te drukken. Daarbij moeten de eigen sores opzij gezet worden en het luisterapparaat moet fijntjes op de andere partij zijn afgestemd.
- Ja. Ik ben ook uitgebreid met communicatie bezig geweest. Eigenlijk met taal in het algemeen. Van jongs af aan heb ik een zwak voor taal gehad. Volgens mij kwam daar uiteindelijk ook mijn onmachtig gevoel vandaan.
- Hoe bedoel je. Zou het dan niet kunnen zijn, dat je jouw vermogen tot communiceren te hoog schatte?
- Maar het gaat me nu niet zozeer om communicatie, als wel de moeilijkheden om je gevoelens uit te drukken. Ik weet niet hoe het anderen vergaat, maar ik heb het steeds als een probleem ervaren. Hetzelfde geldt voor complexe gedachten en overtuigingen. Tot ik erachter kwam dat het de taal is, die onvoldoende exact is om de ultieme communicatie tot stand te brengen.
- Het is maar net wat je onder de ultieme communicatie verstaat. En wat versta je onder complexe gedachten en wat zijn gevoelens?
- Volgens mij is het een natuurlijke behoefte van mensen om overtuigingen en gedachten te delen. Tot halverwege mijn pubertijd was ik daartoe nog wel in staat. Maar uiteindelijk stuitte ik steeds vaker tegen onbegrip op. Mijn gedachtewereld begon zich te vervreemden van mijn ouders, zussen en vrienden. Steeds vaker werd me te kennen gegeven dat ik te ver ging, dat ik normaal moest praten of dat ik niet zo moest filosoferen. Ook op school uiteraard. Nou, als je een paar keer goed uitgelachen bent, om waar je gedachten naar uit gaan, dan kijk je wel uit om nog eens iets te zeggen. Maar innerlijk ging ik steeds meer nadenken over waarom mijn interessen ogenschijnlijk zo vreemd waren. Nu weet ik dat de interessen van de meeste mensen niet zo ver gaan. En dat het klaarblijkelijk beledigend werkt om hardop uit te spreken wat je bezighoudt op het moment dat het niet allerdaags is.
- Ja, je moet daar inderdaad mee uitkijken. Maar je komt toch vroeg of laat wel een kring tegen om je interessen te ventileren en uit te bouwen. Ik zie het probleem niet.
- Maar overal kwam ik vergelijkbare muren tegen. De behoefte van mensen om gelijk te hebben, macht uit te oefenen, die communicatieprincipes die jij net noemde. Dus ik ging meer nog op zoek naar antwoorden op de vraag: waarom is taal niet in staat tot datgene waartoe taal bedoelt is en gebruikt wordt. Op toevallige wijze ben ik toen met Wittgenstein in aanraking gekomen.
- De taalfilosoof.
- Ja. Hij heeft me voor het eerst op het spoor gezet van de problemen die een rol spelen bij taalgebruik. Voor het eerst besefte ik dat taal een inexact werktuig is. Ik begon te begrijpen waarom wetenschappelijk taalgebruik vaak uiterst formeel moet zijn en waarom exacte definities noodzakelijk zijn. En uiteraard de relatie die er is tussen logica en taal.
- Maar het heeft je uiteraard niet verder geholpen in het uitdrukken van je eigen gedachten en gevoelens. Ik weet nog dat je altijd alles wilde weten en je weet nu dat niet alles te weten en te kennen is.
- Ja, je adviseerde me om eerst mijn opleiding af te maken en goed mijn best te doen in mijn eerste baan. De rest zou wel komen. Maar mijn drang om zoveel mogelijk te weten, heeft me eigenlijk nooit verlaten. En nog steeds vind ik dat de rek er niet uit is.
- Nog steeds niet?
- Ik denk dat het kenvermogen van mensen verder gaat dan ze zelf kunnen bevroeden.
- Dat heb je je vast en zeker door anderen laten influisteren. Ik ben tevreden met mijn kenvermogen. Ik geloof dat er één of andere macht is, die we nooit en te nimmer kunnen doorgronden en dat we verder ons best moeten doen in ons dagelijkse leven. Sinds ik met deze gedachten de kerk heb verlaten, ben ik een stuk rustiger in het leven terecht gekomen.
- Ben je misschien niet in slaap gevallen?
- Hoezo? Ik zie met jou nog wel hetzelfde gebeuren. Die niet aflatende onrust om alles te weten, dat staat haaks op de kerkse principes van navolging en berusting.
- Kijk, dat bedoel ik nou. Altijd weer die anderen die het beter weten.
- Voel jij je dan nog thuis in de kerk? Na alles wat ik van je gehoord heb. Al die zorgen en onzekerheden die ik je hoorde noemen, die lossen gelovigen in de kerk op.

Schrijver: Willem Houtgraaf, 9 december 2004


Geplaatst in de categorie: kunst

-0.2 met 19 stemmen 1.078



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)