Een herhaling van Sylvia Plath's schizofrenie?

(voor Assia Wevill (1927 - 1969))

Je bent geboren als Assia Esther Gutmann op 15 mei 1927 in Berlijn. Jouw vader was Dr. Lonya Gutmann, een Joodse arts van Letse oorsprong. Jouw Duitse, lutheraanse moeder was Elisabeth (Lisa) Gaedeke. Op 22 september 1929 is jouw zus Celia geboren.
Het grootste deel van jouw jeugd woonde je in Tel Aviv. Je was een vrijgevochten, jonge vrouw, toen je in een Engelse soldatenclub ging dansen, waar je sergeant John Steel ontmoette, die later jouw eerste echtgenoot werd. In 1946 zijn John en jij naar Londen verhuisd.

Jouw huwelijk met John was in wezen liefdeloos en grotendeels gedaan om jouw familie naar Engeland te kunnen laten emigreren. Later verhuisde je met John naar Vancouver in Canada. Je studeerde aan de University of British Columbia, waar je de Canadese econoom Richard George Lipsey (1928, Victoria) ontmoette, die nu emeritus hoogleraar economie aan de Simon Fraser University is. Je hertrouwde met Richard en in 1956 ontmoette je op een schip richting Londen de 21-jarige dichter/vertaler David Anthony Wevill (1935, Japan), met wie jij een liefdesrelatie begon.

In 1960 hertrouwde je met David, die nu emeritus hoogleraar Engels aan de University of Texas in Austin is. In 1962 stond Richard in de bloemlezing 'The New Poetry' van Alfred Alvarez (1929, Londen), waardoor hij bekend werd. Alvarez schreef o.a. 'The Savage God', een studieboek over zelfdoding. Richard was ook een bekend lid van de ondergrondse, literaire, Londense beweging The Group. Verder was hij redacteur van het literaire tijdschrift 'Delos'.

Het dichtersechtpaar Sylvia Plath (geboren op 27 oktober 1932 in Boston) en Ted Hughes en hun dochter Frieda Rebecca (1 april 1960) hadden een huurflat op 3 Chalcot Square in Londen. In 1961 gingen Richard en jij in die huurflat wonen, terwijl zij in North Tawton woonden. Daar werd op 17 januari 1962 hun zoon Nicholas geboren. Ted en jij kregen vrij snel een liefdesrelatie, wat Sylvia in juli 1962 ontdekte. In september 1962 zijn Sylvia en Ted gescheiden. In december 1962 ging Sylvia met haar kinderen naar een flat op 23 Fitzroy Road in Londen. In januari 1963 verscheen haar roman 'The Bell Jar'. Op 11 februari 1963 pleegde Sylvia zelfdoding door koolmonoxidevergiftiging. Ze werd 30 jaar.

Sylvia leed aan een chronische depressie. Haar vriend Alfred Alvarez zei, dat Sylvia om hulp schreeuwde en dat hij destijds de chronische depressie van haar niet herkende en dat hij het betreurt dat hij haar geen emotionele steun heeft kunnen bieden. Ze had persoonlijke zorg nodig. Sylvia is begraven bij de Heptonstall Church St. Thomas the Apostle in Calderdale, West Yorkshire, nabij Mytholmroyd, waar Ted op 17 augustus 1930 is geboren. Ted was kapot van Sylvia's overlijden, maar sommigen beweerden dat hij haar de dood had ingejaagd. Door geestelijke en fysieke mishandelingen. Fans van Sylvia probeerden de naam 'Hughes' van haar grafsteen te beitelen. De dichteres Robin Morgan beschuldigde Ted openlijk van moord. Op Sylvia's grafsteen staat: 'Even amidst fierce flames the golden lotus can be planted'. Gekozen door Ted.

Jij was destijds zwanger van Ted en je besloot tot een abortus. Ted en jij verhuisden naar Court Green aan Essington Road in North-Tawton. Daar woont nu Ted's weduwe Carol Orchard-Hughes. Jij hielp Ted om voor zijn kinderen Frieda en Nicholas te zorgen. Jij gebruikte dingen, die ooit van Sylvia waren geweest. Je kon niet om haar geest heen. Op 3 maart 1965 werd jullie dochter Alexandra Tatiana Elise, bijgenaamd Shura, geboren. Officieel was je nog met David Wevill getrouwd. Je werd door de vrienden en familieleden van Ted afgewezen en de herinnering aan Sylvia bleef de boventoon voeren. Je werd angstig en paranoïde. Ted was jou ontrouw met een getrouwde kennis, Brenda Hedden, en met de 20 jaar jongere verpleegster Carol Orchard, met wie hij in 1970 trouwde.

Ted behandelde jou als een minderwaardige huishoudster en hij ontweek een eventueel huwelijk. Op 23 maart 1969 heb jij jezelf met jouw 4-jarige dochter Shura vergast, in jullie huis op 3 Okeover Manor in Londen. Je had het keukenraam en de keukendeur dichtgemaakt. Je had water met opgeloste slaappillen en whisky gebruikt en daarna het gasfornuis aangedaan. De Duitse au pair Else Ludwig vond jullie op een matras in de keuken. Jij werd 41 jaar.
Een overeenkomst met Sylvia's manier van overlijden is snel gemaakt. Je bent bijna op enge wijze in haar rol gekropen, met dezelfde schizofrene symptomen als gevolg. Alsof je na jouw zelfdoding één zou worden met de schim van Sylvia in Teds geest. Of zelfs Sylvia's schim zou kunnen verdrijven. Alsof alles, zelfs de meest extreme waanzin, om jullie liefde voor die ongrijpbare, glibberige, magische, betoverende, onbetrouwbare Ted draaide.

Ted overleed op 28 oktober 1998 in Londen. Sylvia's broer Warren Plath (27 april 1935) leeft nog. Haar zoon Nicholas heeft zichzelf op 16 maart 2009 opgehangen. Hij was zwaar depressief.
Frieda Plath is een kunstenares/dichteres, die nabij Montgomery in Wales woont. Zij studeerde aan de Central Saint Martins College of Art and Design. Ze is drie keer getrouwd geweest en ze heeft o.a. diverse uilen als huisdieren, die ze ook schildert/filmt en van namen voorziet. Ze beschildert ook meubelen. Haar Siberische husky heet Sam en een tweeling mini-hondjes heten Widget en Snickers. Verder rijdt Frieda graag op een snelle motor. Het lijkt erop dat zij de genetische depressiedoemdans is ontsprongen.