Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Heel Denemarken luisterde tevergeefs

(voor Tove Ditlevsen (1917 - 1976))

Je bent geboren als Tove Irma Margit Ditlevsen op 14 december 1917 in Vestebro, Kopenhagen. Vesterbro is een arbeidersdistrict, waar je vaak over schreef en waardoor je grotendeels bent beïnvloed. Jouw ouders waren Ditlev N. Ditlevsen en Alfrida Mundus Ditlevsen. Jouw vader was emotioneel gesloten en jouw moeder was dominant en grillig. Je ging naar de Matthaesgade's gemeenteschool in Kopenhagen en op jouw twaalfde begon je gedichten te schrijven. In de jaren dertig was je één van de schrijvers, die met het tijdschrift 'Vild Hvede' (Wilde Tarwe) waren verbonden. Een redacteur van dat blad was Viggo F. Moller. Het heet nu 'Hvedekorn' (Tarwekorrel).

In 1939 debuteerde je met het gedicht 'Aan het dode kind in mij' in 'Vild Hvede' en in dat jaar verscheen jouw eerste dichtbundel 'Meisjesgedicht' bij Rasmus Naver. In 1941 verscheen jouw eerste roman 'Iemand heeft een kind verwond' bij Athenians. In 1943 verscheen jouw novelle 'Kindertijd Straat', waarin je over jouw jeugd en adolescentie schreef. Dat deed je ook in 'Kindertijd' en 'Jeugd' uit 1967. Je was een getraumatiseerd kind. Je had een problematische relatie met jouw moeder en een slecht, kapotgemaakt gevoel van eigenwaarde. Je voelde jezelf altijd een nul. Je bent door jouw ouders emotioneel verwaarloosd. Er resteerde niets van eigenheid. De veerkracht was gesaboteerd. Jouw persoonlijke leefruimte is compleet afgepakt en in bezit genomen. Jouw ouders hadden een narcistische persoonlijkheidsstoornis, waardoor ze jou narcistisch bezet hebben. Een gruwelijke ravage en geïsoleerde eenzaamheid achterlatend.

In 1940 trouwde jij met de schrijver/redacteur Viggo F. Moller, geboren op 24 april 1887 in Odense, die dertig jaar ouder was. Hij debuteerde in 1919 met de verhalenbundel 'Nerver'. Jullie zijn in 1942 gescheiden. In 1942 hertrouwde je met Ebbe Munk, met wie je in 1943 dochter Helle kreeg. Zij overleed in 2008. In 1945 zijn Ebbe en jij gescheiden. In 1945 hertrouwde je met de arts Carl Theodor Ryberg, die lichamelijk gehandicapt was. Carl heeft van jou een drugsverslaafde gemaakt. Dat kwam bij jouw alcoholverslaving. Je gebruikte deze verdovende roesmiddelen om jouw (kinder)angsten te bezweren. Verder was jij rusteloos en moeilijk in de omgang. En een leugenares, net als jouw moeder.

Je bent diverse keren in een psychiatrisch ziekenhuis opgenomen en je hebt meerdere keren geprobeerd om zelfdoding te plegen. In 1946 adopteerde jij Trine, de dochter van Carl. Op 16 juli 1946 kregen Carl en jij zoon Michael Ryberg. In 1947 verscheen jouw dichtbundel 'Blinkende Lichten'. In 1950 zijn Carl en jij gescheiden. In 1951 hertrouwde je met Victor Johannes Andreasen (1920 - 2000), een ambtenaar en iemand die in de tijdschriftenindustrie werkte. Hij was eerder getrouwd met Inger Margrethe Nielsen en hun dochter heet Birgitte. In 1953 ontving je de Tagea Brandt Rejselegat, een belangrijke prijs, vernoemd naar de Deense feminist Tagea Dorothea Brandt, die op haar 35-ste door een ongeneeslijke bloedziekte overleed.

In 1955 verscheen 'Gedachten van een Vrouw', in 1961 'Het Geheime Raam', in 1969 'De Volwassenen' en in 1973 'De Ronde Kamer'. Je was een populaire dichteres/schrijfster, maar je werd bekritiseerd omdat je te traditioneel, populair en eenvoudig schreef. Toch was je in wezen postmodernistisch.

Je vermengde het populaire met het serieuze en veel van jouw gedichten zijn te zingen. Je gedichten zijn door Anne Linnet (1953, Arhus) gezongen op haar album 'Barndommens Gade'. In de gelijknamige film uit 1986 speelde Sofie Grabol de hoofdrol. Het is de verfilming van jouw roman uit 1943. Je werd ook geliefd door jouw werk in het Deense weekblad 'Het Familiedagboek, wat in 1877 door de uitgever/lithograaf Carl Julius Aller is opgericht. Het heet nu 'Aller'. Je werkte 20 jaar voor dit blad, waarin je persoonlijke lezersbrieven las en beantwoordde. In 1973 zijn Victor en jij gescheiden. Je kreeg zenuwinzinkingen en je deed suïcidepogingen. In 1974 probeerde je opnieuw een einde aan jouw leven te maken. Daarna was je geestelijk en lichamelijk erg verzwakt, maar je schreef wel de novelle 'Vilhelm's Kamer', die in 1975 verscheen. Daarin schreef je over de problemen tussen Victor en jou.

Je schreef ook kinderboeken, zoals 'Annelise - 13 jaar' en 'Hoe zit het met Annelise?'. In totaal publiceerde je 29 boeken. In 1975 verscheen ook 'Tove Ditlevsen over zichzelf - herinneringen' en in 1976 verscheen het essay 'De Bekentenissen van een Waarzegster'. Op 7 maart 1976 pleegde jij in Kopenhagen zelfdoding met een overdosis slaappillen. Je werd 58 jaar en je bent bij de Christ Church in Vesterbro begraven. In 1978 verscheen postuum jouw gedicht 'Aan een klein meisje'.

Schrijver: Joanan Goddess Namaste, 26 februari 2019


Geplaatst in de categorie: idool

2.7 met 3 stemmen 231



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)